ECLI:NL:GHARL:2024:2214

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
29 maart 2024
Publicatiedatum
2 april 2024
Zaaknummer
21-005288-22
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht; Strafprocesrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor medeplichtigheid aan gewelddadige woningoverval met cryptocurrency-diefstal

In deze zaak heeft het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 29 maart 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Noord-Nederland. De verdachte is veroordeeld voor medeplichtigheid aan een gewelddadige woningoverval die plaatsvond op 24 juni 2021, waarbij 5.1 Bitcoin werd gestolen. De verdachte had hoger beroep ingesteld tegen een eerdere veroordeling tot vijf jaar gevangenisstraf. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte, hoewel niet fysiek aanwezig tijdens de overval, wel degelijk een rol heeft gespeeld door als chauffeur te fungeren en de medeverdachten naar de woning van het slachtoffer te brengen. De overval zelf was gewelddadig, waarbij het slachtoffer ernstig letsel opliep. Het hof heeft de eerdere veroordeling vernietigd en de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 40 maanden, met aftrek van voorarrest. Daarnaast is er een schadevergoeding toegewezen aan het slachtoffer, die deels verrekend wordt met de waarde van in beslag genomen bitcoins. Het hof heeft ook de vordering van de benadeelde partij gedeeltelijk toegewezen, maar heeft de verzoeken om schadevergoeding voor de fluctuaties in de waarde van de bitcoins afgewezen, omdat dit een onevenredige belasting van het strafproces zou opleveren. De uitspraak benadrukt de ernst van de betrokkenheid van de verdachte bij de gewelddadige overval en de gevolgen voor het slachtoffer.

Uitspraak

Afdeling strafrecht
Parketnummer: 21-005288-22
Uitspraak d.d.: 29 maart 2024
TEGENSPRAAK
Arrestvan de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof Arnhem- Leeuwarden , zittingsplaats Leeuwarden , gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Noord-Nederland van 24 november 2022 met parketnummer 18-341397-21 in de strafzaak tegen

[verdachte] ,

geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 2001,
thans verblijvende in P.I. [verblijfplaats] .

Het hoger beroep

De verdachte heeft tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van het hof van 15 maart 2024 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422 van het Wetboek van Strafvordering, het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, strekkende tot bevestiging van het vonnis. Deze vordering is na voorlezing aan het hof overgelegd.
Het hof heeft verder kennisgenomen van hetgeen door verdachte en zijn raadsman, mr. P.A. van der Waal, naar voren is gebracht.
Ook heeft het hof kennisgenomen van hetgeen door de [benadeelde] en zijn advocaat, mr. R. Spoelstra, naar voren is gebracht.

Het vonnis waarvan beroep

Verdachte is bij vonnis van de rechtbank Noord-Nederland van 24 november 2022 ter zake van het primair ten laste gelegde (te weten: diefstal met geweld, gepleegd in vereniging) veroordeeld tot een gevangenisstraf van vijf jaren, met aftrek van het voorarrest. Daarnaast heeft de rechtbank beslist op de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij en het beslag.
Het hof zal het vonnis waarvan beroep vernietigen omdat het tot een andere bewijsbeslissing komt en daarom opnieuw rechtdoen.

De tenlastelegging

Aan verdachte is – na wijziging van de tenlastelegging ter terechtzitting in eerste aanleg – tenlastegelegd dat:
primair
hij op of omstreeks 24 juni 2021 te [plaats 1] . in de woning [adres 1] , tezamen
en in vereniging met een of meer anderen. althans alleen, een ledger (met daarop 5.01 bitcoin), althans een hoeveelheid cryptocurrency en/of twee recovery sheets, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan een persoon genaamd [benadeelde] , in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn/mededader(s) toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl deze diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [benadeelde] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden of gemakkelijk te maken, of om. bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf of andere deelnemers aan het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, door
- de (onder)arm tegen de keel van die [benadeelde] te duwen en/of
- een arm om de nek van die [benadeelde] te leggen en/of te houden en/of te klemmen en/of
- die [benadeelde] met ductape en/of (een) tiewrap(s) vast te binden en/of
- die [benadeelde] meermalen, althans eenmaal hard met (een)vuist(en) en/of een (hard) voorwerp
in het gezicht en/of tegen het hoofd te stompen en/of te slaan en/of
- ander fysiek geweld op/tegen het lichaam van die [benadeelde] uit te oefenen:
en/of
hij op of omstreeks 24juni 2021 te [plaats 1] . in de woning [adres 1] . tezamen en in vereniging met een of meer anderen. althans alleen, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [benadeelde] heeft gedwongen tot de afgifte van een ledger (met daarop 5.01 bitcoin), althans een hoeveelheid cryptocurrency en/of twee recovery sheets, in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan [benadeelde] toebehoorde door
- de (onder)arm tegen de keel van die [benadeelde] te duwen en/of
- een arm om de nek van die [benadeelde] te leggen en/of te houden en/of te klemmen en/of
- die [benadeelde] met ductape en/of (een) tiewrap(s) vast te binden en/of
- die [benadeelde] meermalen, althans eenmaal hard met (een)vuist(en) en/of een (hard) voorwerp
in het gezicht en/of tegen het hoofd te stom pen en/of te slaan en/of
- ander fysiek geweld op/tegen het lichaam van die [benadeelde] uit te oefenen;
subsidiair
[medeverdachte] en/of een of meer (onbekend gebleven) mededaders op of omstreeks 24 juni 2021 te [plaats 1] , in de woning [adres 1] , tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een ledger (met daarop 5.01 bitcoin), althans een hoeveelheid cryptocurrency en/of twee recovery sheets, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele
aan een persoon genaamd [benadeelde] , in elk geval aan een ander dan aan die [medeverdachte] en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n) heeft weggenomen met het
oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen. welke diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld of bedreiging met geweld tegen die [benadeelde] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf en/of andere deelnemers aan dat misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren door
- de (onder)arm tegen de keel van die [benadeelde] te duwen en/of
- een arm om de nek van die [benadeelde] te leggen en/of te houden en/of te klemmen en/of
- die [benadeelde] met ductape en/of (een) tiewrap(s) vast te binden en/of- die [benadeelde] meermalen, althans eenmaal hard met (een) vuist(en) en/of een (hard) voorwerp in het gezicht en/of tegen het hoofd te stompen en/of te slaan en/of
- ander fysiek geweld op/tegen het lichaam van die [benadeelde] uit te oefenen,
bij en/of tot het plegen van welk misdrijf verdachte op of omstreeks 24 juni 2021 te [plaats 1] opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft, door
- in het bezit te zijn van een tumbnail van het ontvangende walletadres en/of
- een papier met daarop het ontvangende walletadres uit te printen en/of mee te nemen en/of af te geven aan die [medeverdachte] en/of zijn mededader(s) en/of
- die [medeverdachte] en/of zijn mededader(s) naar de woning van die [benadeelde] te brengen, althans die [medeverdachte] en/of zijn mededader(s) heeft vervoerd, met zijn verdachtes auto en/of
- heeft geholpen de cryptocurrency uit de wal let van die [benadeelde] over te zetten naar (een) andere wallet(s):
en/of
[medeverdachte] en/of een of meer onbekend gebleven mededaders op of omstreeks 24 juni 2021 te [plaats 1] , in de woning [adres 1] , tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [benadeelde] heeft gedwongen tot de afgifte van een ledger (met daarop 5.01 bitcoin), althans een hoeveelheid cryptocurrency en/of twee recovery sheets, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [benadeelde] toebehoorde(n), door
- de (onder)arm tegen de keel van die [benadeelde] te duwen en/of
- een arm om de nek van die [benadeelde] te leggen en/of te houden en/of te klemmen en/of
- die [benadeelde] met ductape en/of (een) tiewrap(s) vast te binden en/of
- die [benadeelde] meermalen, althans eenmaal hard met (een) vuist(en) en/of een (hard)
voorwerp in het gezicht en/of tegen het hoofd te stompen en/of te slaan en/of
- ander fysiek geweld op/tegen het lichaam van die [benadeelde] uit te oefenen,
bij en/of tot het plegen van welk misdrijf verdachte op of omstreeks 24 juni 2021 te [plaats 1] , opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft door
- in het bezit te zijn van een tumbnail van het ontvangende walletadres en/of
- een papier met daarop het ontvangende walletadres uit te printen en/of mee te nemen en/of af te geven aan die [medeverdachte] en/of zijn mededader(s) en/of
- die [medeverdachte] en/of zijn mededader(s) naar de woning van die [benadeelde] te brengen, althans die [medeverdachte] en/of zijn mededader(s) heeft vervoerd, met zijn verdachtes auto en/of
- heeft geholpen de cryptocurrency uit de wallet van die [benadeelde] over te zetten naar (een) andere wallet(s).
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

Overwegingen van het hof

Standpunt van de advocaat-generaal
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat verdachte wordt veroordeeld voor het primair tenlastegelegde. Hij heeft onder verwijzing naar het vonnis in eerste aanleg aangevoerd dat de betrokkenheid van verdachte bij de woningoverval blijkt uit de in de woning van aangever aangetroffen verbrande papiersnippers van een geprinte e-mail (naar het [e-mail adres 1] ) met daarop een QR-code, een walletadres en delen van de naam van verdachte, de onder verdachte in beslag genomen tablet, de camerabeelden, de ANPR-gegevens, de snapchat-locatie, de whatsappjes, de verklaringen van getuigen en de overige in het vonnis genoemde bewijsmiddelen. De advocaat-generaal constateert dat het niet anders kan zijn dan dat verdachte ook in de woning is geweest. De ontkennende verklaring van verdachte is volstrekt ongeloofwaardig.
Standpunt van de verdediging
Door en namens verdachte is betoogd dat verdachte moet worden vrijgesproken van het primair en subsidiair tenlastegelegde. Hiertoe is aangevoerd dat er geen enkel bewijs is voor het verrichten van uitvoeringshandelingen en evenmin kan worden vastgesteld dat verdachte betrokken is geweest bij een vooropgezet plan of gemaakte afspraken voor de overval. Er blijkt niet dat verdachte een handeling heeft uitgevoerd voorafgaand of ten tijde van de overval, waarmee hij de overvallers behulpzaam is geweest. Ook bevat het dossier geen enkel aanknopingspunt dat verdachte wetenschap, laat staan opzet, al dan niet in voorwaardelijke zin, heeft gehad op de geweldshandelingen. Evenmin kan worden geconcludeerd dat hij medeplichtig is geweest aan de overval.
Anders dan de rechtbank heeft gedaan, kan niet worden vastgesteld dat verdachte de QR-code en het walletadres heeft aangemaakt en geprint. Ook kan niet worden vastgesteld dat verdachte de betreffende notitie in zijn tablet heeft gemaakt. Bovendien kan zijn aanwezigheid in de woning niet worden vastgesteld op grond van de verklaringen van de getuigen. Tot slot is de aanname van de rechtbank dat verdachte heeft gedeeld in de buit van de woningoverval bewijsrechtelijk gebaseerd op drijfzand.
Subsidiair is verzocht om vrijspraak van medeplegen. Als wel zou worden uitgegaan van het bericht ‘3 driver’, dan is dit een duidelijke indicatie voor niet meer dan een ondersteunende rol als chauffeur (een typische medeplichtigheidsgedraging) en daarmee een contra-indicatie voor het medeplegen. Als het hof zou vaststellen dat verdachte de daders heen en weer heeft gereden naar de overval en een printopdracht van zijn telefoon heeft verzonden, dan zijn dat typisch ondersteunende gedragingen die op medeplichtigheid zien.
Oordeel van het hof
Inleiding [1]
Niet ter discussie staat dat op de avond van donderdag 24 juni 2021 een woningoverval heeft plaatsgevonden aan de [adres 1] in [plaats 1] . Bij de overval is onder meer 5.1 Bitcoin weggenomen. Aangever [benadeelde] is fors (hoofd)letsel toegebracht, terwijl hij gekneveld en gewond is achtergelaten in zijn woning.
Het hof ziet zich voor de vraag gesteld of wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte als medepleger, subsidiair als medeplichtige, bij deze gewelddadige overval betrokken is geweest.
Het hof sluit zich grotendeels aan bij de overwegingen van de rechtbank. Na de bespreking van de bewijsmiddelen volgt de bewijsoverweging.
Het bewijs
De woningoverval
Op de avond van donderdag 24 juni 2021 werd aangebeld bij de woning van aangever [benadeelde] (hierna: aangever) aan de [adres 1] in [plaats 1] . Er stonden drie mannen in groene KPN-jasjes voor zijn deur. Ze zeiden dat ze er waren in verband met de glasvezelkabel van de bovenbuurman die storing had. Die kabel zou ook door de meterkast van aangever lopen. [2] Eén van de mannen duwde plotseling zijn arm tegen de keel van aangever en legde zijn andere arm om zijn nek. Er werd gezegd dat ze voor zijn ledger [3] kwamen. In eerste instantie kon aangever door de impact van de overval niets verklaren over wat er daarna was gebeurd. [4] Op 15 juli 2021 heeft aangever verklaard dat hij in zijn woning in een wurggreep werd gehouden door de grote jongen en dat hij klappen kreeg. Meer kon hij zich niet herinneren. [5]
Aangever gaf het volgende signalement van de man die hem beetpakte: hij was licht getint, mogelijk van Marokkaanse afkomst en kwam qua lengte tot zijn wenkbrauwen. Aangever is zelf 1.92 meter. De man sprak goed Nederlands. De man die voor het raam stond had een gezet postuur en een stoppelbaardje. Van de derde man kon aangever geen signalement geven. De mannen droegen alle drie groene jasjes, waarvan één feller van kleur. [6]
Bij de overval is 5.1 Bitcoin weggenomen. [7] Aangever had twee ledgers en twee recovery seeds [8] (het hof begrijpt: herstelzinnen) waarmee toegang kon worden verkregen tot zijn bitcoins. Eén van de ledgers lag in een wit kommetje in de keuken. [9] Aangever weet niet of de recovery seed is gevonden of dat hij de code van de ledger onder dwang heeft gegeven. [10] Voor het overboeken van bitcoins wordt gebruik gemaakt van het programma Ledger Live op de computer van aangever. Daarvoor moet de ledger worden aangesloten op de computer en een pincode worden ingevoerd die aangever uit zijn hoofd weet. Volgens aangever is de code tijdens de overval uit hem geslagen of gevonden in een tekstbestand op zijn computer. [11]
Twee buren van aangever zijn als getuige gehoord. [getuige 1] hoorde op 24 juni 2021 tegen twaalf uur ’s nachts iemand op zijn deur bonzen. Hij trof aangever aan. Zijn polsen en enkels zaten met ducttape vast. Zijn armen zaten achter zijn lichaam vastgebonden en de ducttape zat vanaf de toppen van zijn vingers tot aan zijn polsen. Aangever had een snee op zijn hoofd die behoorlijk bloedde en zijn linkeroog was opgezwollen en zat dicht. [12]
[getuige 2] woont in het appartement boven dat van aangever. Hij werd door [getuige 1] om hulp gevraagd. Hij heeft gezien dat aangever tape om zijn mond had en veel tape en een tiewrap om zijn polsen. Zijn hoofd was blauw. [getuige 2] had tussen 21:30 uur en 22:30 uur mensen gehoord in de woning van aangever. Dit was opvallend, omdat aangever bijna nooit visite had ’s avonds. [13]
Verbalisanten die op de melding afkwamen troffen aangever aan met een bebloed gezicht met meerdere zwellingen. Hij was erg warrig en het letsel leek invloed te hebben op zijn geheugen. [14]
Aangever is op 25 juni 2021 in het ziekenhuis door een forensisch arts onderzocht. Er is bij hem licht traumatisch schedel-hersenletsel vastgesteld en blauwe plekken en schaafwonden over zijn gehele lichaam. Daarnaast had hij wazig zicht, waren zijn oogleden fors gezwollen en had hij een wond boven zijn wenkbrauw. [15]
Forensisch en digitaal onderzoek
In de woning van aangever werden verbrande papierresten aangetroffen op het gasfornuis. Daarop stond een QR-code en een deel van een code: [walletadres 1] . [16] Invoer van deze code in het analyseprogramma Reactor gaf als enige resultaat het walletadres [walletadres 1] . [17]
Op de papierresten werden nog meer delen van woorden en zinnen aangetroffen. Daarover is (onder meer) het volgende geverbaliseerd:
- Afbeelding 3 en 4: Stukje tekst, na het uitvouwen van het verbrande papier staat er “urd vanaf mij (het hof begrijpt: mijn) i”. Waarschijnlijk stond hier compleet “verstuurd vanaf mijn iphone”.
- Afbeelding 5 en 6: Op bovenstaande afbeelding is een gedeelte van een papier te zien, na het uit elkaar vouwen staat er [e-mail adres 1] met het kleine stukje m staat hier waarschijnlijk [e-mail adres 1] .
[e-mail adres 2] in vergelijk van de u en de i in het woord [e-mail adres 1] staat hier het emailadres [e-mail adres 2] Het is niet uit te sluiten dat er voor [e-mail adres 2] meer letters staan.
- Afbeelding 7: Op bovenstaande afbeelding is een gedeelte van een papier te zien met de dikgedrukte tekst [e-mail adres 3] . Waarschijnlijk is [e-mail adres 3] het laatste gedeelte van de naam die aan een emailadres is gekoppeld. In een e-mailbericht staat na een dikgedrukte naam een < teken en achter dit teken staat het emailadres geschreven.
- Afbeelding 8: Op bovenstaande afbeelding is een gedeelte van een papier te zien met dik gedrukte tekst ‘ [e-mail adres 4] ’ onder deze tekst sta [e-mail adres 4]
- Afbeelding 9, 10, 11 en 12: Overige foto’s met een gedeelte van een QR code en losse woorden de, tou en PI. [18]
Onderzoek naar de lettercombinaties ‘ [e-mail adres 3] ’ en ‘ [e-mail adres 4] ’ wees uit dat er in de politiesystemen één familienaam bekend is waarin deze lettercombinaties voorkomen. Dat betreft de naam [familienaam] . Uit GBA-gegevens is gebleken dat [verdachte] staat ingeschreven op een adres in [plaats 2] . De politie concludeert dat de lettercombinaties ‘ [e-mail adres 3] ’, ‘ [e-mail adres 4] ’, ‘tou’ en ‘ [e-mail adres 2] ’ passen bij deze naam. [19]
De politie heeft geen ledger aangetroffen in de woning van aangever op de plek waar de ledger volgens aangever lag. [20]
De computer van aangever is in beslag genomen en onderzocht. Op 24 juni 2021 werd er om
21:04:57 uur ingelogd op de computer. Om 21:05:36 werd het programma Ledger Live gestart. Om 21:33:07 uur is het tekstbestand ‘Nieuw tekstdocument.txt’ geopend. Om 21:51:33 uur werd de ledger van aangever in de computer geplaatst. Vervolgens werd om 21:54:41 op [naam website 1] [21] gekeken naar de transactie naar het walletadres [walletadres 1] . Om 21:54:43 uur werd op [naam website 2] de huidige koers van de Bitcoin bekeken. Vervolgens is om 21:54:59 uur op [naam website 3] gekeken naar de transacties op het hiervoor genoemde walletadres. Het programma Ledger Live werd om 21:55:06 uur gesloten en om 21:55:10 uur werd de ledger uit de computer verwijderd. Ten slotte werd om 21:56:36 uur nogmaals naar het walletadres gekeken via [naam website 3] . [22]
De politie heeft onderzoek gedaan naar de herstelzin (ook wel: recoveryseed of mnemonic phrase) van de wallet van aangever die is aangetroffen in zijn woning. Met gebruik van de herstelzin werd de wallet van aangever teruggezet. De laatste transactie in bitcoin vanuit de wallet van aangever was op 24 juni 2021 om 21:52 uur. Dat was een uitgaande transactie van 5.14203662 Bitcoin naar het walletadres [walletadres 1] . Daarna was er geen tegoed meer in de wallet. [23]
Uit een analyse van de bitcoinstromen vanuit de wallet van aangever blijkt dat de 5.14203662 Bitcoin die naar het adres [walletadres 1] is overgeboekt in de nacht van 25 juni 2021 werd gesplitst in 3.1927 en 1.9484 Bitcoin. Via een ander walletadres kwamen de tegoeden aan het einde van de dag weer samen op het adres [walletadres 2] . [24]
Getuigen en camerabeelden
Naar aanleiding van een Facebookbericht van de politie hebben de getuigen [getuige 3] en [getuige 4] een verklaring afgelegd. Zij wonen aan de [straatnaam 1] in [plaats 1] . Getuige [getuige 3] heeft gezien dat op een avond in de zomer van 2021 drie mannen uit een auto stapten die geparkeerd stond naast de garage bij [straatnaam 2] . Zij haalden groene KPN-jasjes uit de kofferbak en trokken deze aan. Ze liepen in de richting van de [supermarkt] aan [straatnaam 2] . Volgens getuige [getuige 3] waren het Marokkaanse jongens. Een dag eerder waren dezelfde jongens met dezelfde auto ook in de straat. Ze had ze de eerste keer in de middag gezien. [25]
Getuige [getuige 4] heeft gezien dat de auto waar de mannen uitstapten een Volkswagen Polo betrof. Op de eerste dag dat de auto geparkeerd stond, zag getuige [getuige 4] dat het een donkergrijsgekleurde, shiny auto met mooie, bijzondere velgen (breed van boven en smal in het midden) betrof. De tweede dag stapten drie mannen uit de auto. De auto stond met de neus in de [straatnaam 1] en met de kont naar [straatnaam 2] . Er werden drie groene jasjes uit de kofferbak gehaald. Eén van de jasjes was feller van kleur. De eerste dag was het in ieder geval in de middag. De tweede dag was het in de avond. [26]
De politie heeft camerabeelden bekeken van camera’s gevestigd aan de [straatnaam 3] (waarop [straatnaam 4] en een deel van [straatnaam 2] zichtbaar is), [adres 2] (met zicht op [straatnaam 2] ) en de [adres 3] (met zicht op de kruising [straatnamen] ). Op de beelden is te zien dat op 24 juni 2021 om 20:39 uur drie personen gekleed in groene jasjes, waarvan één jasje met een fellere kleur, over [straatnaam 2] liepen. De persoon met het felgekleurde jasje had een donkergekleurd voorwerp in zijn hand. Het voorwerp komt qua omvang overeen met het formaat van een tablet. De personen kwamen uit de richting van de kruising [straatnaam 4] - [straatnaam 1] - [straatnaam 2] en liepen in de richting van de kruising [straatnamen] . De personen liepen vervolgens vanaf [straatnaam 2] de [straatnaam 5] in. [27]
Op 24 juni 2021 om 22:00 uur is op de camerabeelden te zien dat de personen met hetzelfde signalement als in de hiervoor beschreven camerabeelden uit de richting van de woning van aangever (aan de [adres 1] ) richting [straatnaam 2] liepen en rechtsaf sloegen en vervolgens in noordelijke richting liepen. [28]
Betrokken auto
Op basis van voornoemde camerabeelden heeft de politie onderzoek gedaan naar het door de getuigen beschreven verdachte voertuig. Daaruit bleek dat op 24 juni 2021 om 20:35 uur een donkergrijs voertuig met lichtmetalen velgen en privacyglas over [straatnaam 2] reed en vaart minderde. Naar uiterlijke verschijningsvormen komt de auto het meest overeen met een vijfde generatie Volkswagen Polo met de [kleur] en met velgen [type] . Bij voertuigen die rechtdoor reden op [straatnaam 2] was een reflectie in een raam te zien op de beelden. Bij dit voertuig bleek dat niet zo te zijn. De politie concludeert daarom dat de auto waarschijnlijk rechtsaf de [straatnaam 1] is ingeslagen. [29]
Verdachte is op 9 juli 2021 gecontroleerd in een Volkswagen Polo met het kenteken [kenteken] Bij die controle is een foto gemaakt van de auto. De kleur, velgen en geblindeerde achterramen komen overeen met de Volkswagen Polo die op de camerabeelden staat. [30]
Verdachte heeft verklaard dat hij een grijze Volkswagen Polo met kenteken [kenteken] heeft. Hij is op de avond van 24 juni 2021 naar [plaats 1] heen en weer gereden. Verdachte heeft verder verklaard dat de auto die op de camerabeelden bij [straatnaam 2] is te zien op zijn auto lijkt. [31]
De Volkswagen Polo met het kenteken [kenteken] is op 24 juni 2021 om 20:10 uur gefotografeerd op de A7 bij [plaats 3] ter hoogte van [hectometerpaal] , rijdend in de richting van Friesland. Op 24 juni 2021 om 22:29 uur is de auto op hetzelfde punt gefotografeerd, rijdend in de richting van Noord-Holland. Volgens Google Maps is de gemiddelde reistijd van deze hectometerpaal naar het adres [adres 1] te [plaats 1] 28 minuten. [32]
Telefoon- en tabletgegevens
Het telefoonnummer [telefoonnummer] is in gebruik bij verdachte. [33] Uit de historische verkeersgegevens blijkt dat deze telefoon op 24 juni 2021 tot 18:43 uur masten in [plaats 2] aanstraalde. Tussen 20:41 uur en 21:48 uur werden de masten aan de [straatnaam 6] en de [straatnaam 7] in [plaats 1] aangestraald. Die masten liggen hemelsbreed op 947 en 809 meter van de woning van aangever. Vervolgens werd om 22:10 uur een mast aangestraald aan [adres 4] in [plaats 1] en om 22:15 een mast in [plaats 4] en aansluitend een mast in [plaats 5] . Om 23:19 uur is een mast aangestraald aan de [straatnaam 8] te [plaats 2] . [34]
De iPhone van verdachte is in beslag genomen en onderzocht. Op die telefoon is een thumbnail aangetroffen waarop een QR-code en het [walletadres 1] zichtbaar is. Dit betreft het walletadres waarnaar de bitcoins van aangever zijn overgeboekt. Deze thumbnail is op 24 juni 2021 om 18:42 uur aangemaakt. Op 24 juni 2021 om 19:19 uur is via de app Mail (de standaardmailapplicatie van Apple) een mail verzonden van [e-mail adres 5] naar
[e-mail adres 1] . [35]
Met de iPhone van verdachte is op 24 juni 2021 om 21:13 uur een Snapchat gemaakt. Op basis van een zogenaamde venuefilter, waarbij Snapchat op basis van de huidige locatie van de telefoon suggesties toont, is gebleken dat de Snapchat in de buurt van de volgende locaties is gemaakt:
- [bedrijf 1] , gelegen aan [adres 5] te [plaats 1]
- [bedrijf 2] , gelegen aan [adres 6] te [plaats 1]
- [bedrijf 3] , gelegen aan de [adres 7] te [plaats 1]
- [bedrijf 4] , gelegen aan [adres 8] te [plaats 1]
- [stadspark] , gelegen aan [straatnaam 2] / [straatnaam 9] te [plaats 1] . [36]
Op de telefoon van verdachte stonden vier cryptocurrency applicaties geïnstalleerd. Verder is gebleken dat verdachte in verschillende Telegramgroepen zat waarin werd gesproken over cryptocurrency. [37] Uit informatie van [naam website 2] bleek dat verdachte over meerdere cryptovaluta beschikte. [38]
In de telefoon van verdachte is een chatgesprek tussen verdachte en [medeverdachte] aangetroffen. Op 13 maart 2022 vond het volgende chatgesprek plaats (T = verdachte, A = [medeverdachte] ):
T Jo
A Yoooo bro
T Die dag toen je me die 3 gaf had je gezegd dat er niks meer over was en daarom gaf je me daarna nog 2 dat had je gezegd toch?
A Jaa wat dan?
T In een vid zeggen ze wat anders
A Wie?
T In een zegge ze ook dat alles bevroren is dus zijn allemaal leugens
A Maar wat wilje zegge precies
T Ja dat
T Wrm zoude ze liegen?
T Of jij hebt tegen me gelogen
T Of zij
A Je weet dat als alles bevroren is zou betekenen geen geld toch?
A Ze zeggen dat zodat andere mensen t niet gaan doen
T Ze hebben het bevroren nadat jij het me hebt verteld
T Dus of je hebt wat achterwegen gelaten en tegen me gelogen of kan zijn dat het echt zo is
T Wil alleen wat helderheid
A Bro niks is bevroren geloof mij maar hahahaha
A Ze liegen daarover
T Dus er ligt nog wat?
A Nee
A Wat die dag er was was alles
A Kijk is niet logisch
A Als het bevroren was
A Wrm zou die man zeggen
A Ik wil me geld terug
T Oke dus je hebt niet tegen me gelogen?
A Dan zoude ze t terug geven aan hem toch bro
A Dan zoude ze zeggen een deel heeft hij terug
A Nee tuurlijk niet
T Saff
A Als k met mensen op zo iets ga wrm zou ik liegen bro
T Is normaal
T Had er geen twijfels over tot dat filmpje
T Vroeg het me alleen af het zat al heel lang in me hoofd vandaar dat ik je bericht
A Je kn me altijd alles vragen broo
A Zal je altijd eerlijk antwoord geven
A Er is lx uitgecasht lx geld gekomen dat was die dag
A En die dag was ook echt alles verdeeld
T Isgoed bro thanks
Aangever heeft in de uitzending van Opsporing Verzocht van 7 december 2021 gezegd dat hij graag zijn geld terug wil en de politie heeft in dat programma verteld dat een deel van de buit is bevroren. [39]
De Samsung tablet van verdachte is ook in beslag genomen en onderzocht. Op 24 juni 2021 om 18:48 uur is in de tablet een notitie aangemaakt. Deze notitie is voor het laatst gewijzigd op 24 juni 2021 om 20:45 uur. De notitie houdt in: ‘Storing op 1 hoog in kabels [straatnaam 10] ’. [40]
Telefoongegevens medeverdachte
De iPhone van [medeverdachte] is in beslag genomen en onderzocht. Daarop is onder meer een snapchatgesprek met de [gebruikersnaam] van 1 juli 2021 aangetroffen. Op die datum is het volgende bericht verstuurd: “85000 strak verdeeld, 22 tipgever, 3 driver, 60 wij”. [41]
Bewijsoverwegingen
Op grond van het vorenstaande stelt het hof vast dat op 24 juni 2021 in de woning aan de [adres 1] in [plaats 1] een gewelddadige woningoverval heeft plaatsgevonden. Aangever werd bij de keel gepakt en zijn mond, polsen en enkels zijn met ducttape vastgebonden. Gelet op het letsel dat aangever heeft opgelopen is er tijdens de overval excessief geweld gebruikt, waaronder stompend geweld tegen zijn gezicht en hoofd en fysiek geweld tegen zijn lichaam.
Bij de overval is 5.1 Bitcoin van aangever weggenomen door deze over te boeken naar het walletadres [walletadres 1] . De ledger van aangever werd niet in zijn woning aangetroffen. De recoveryseed werd wel aangetroffen in de woning. Het hof acht bewezen dat bij de overval een ledger en een hoeveelheid cryptocurrency is weggenomen.
De betrokkenheid en rol van verdachte
Uit de bewijsmiddelen volgt dat op de telefoon van verdachte op 24 juni 2021 om 18:42 uur een thumbnail (afbeelding) van een QR-code met het walletadres [walletadres 1] is aangemaakt. Dit betreft het walletadres waarnaar de bitcoins van aangever tijdens de overval zijn overgeboekt. Even later, om 19:19 uur, is vanaf de telefoon met het e-mailadres [e-mail adres 5] een mail gestuurd naar [e-mail adres 1] . In de woning van aangever is in verbrande papiersnippers een geprinte e-mail aangetroffen met daarop (delen van) de hiervoor genoemde emailadressen, de afbeelding van de QR-code en het walletadres.
De Volkswagen Polo met het kenteken [kenteken] van verdachte is op 24 juni 2021 om 20:10 uur gefotografeerd op de A7 bij [plaats 3] , rijdend in de richting van Friesland. Verdachte heeft verklaard dat hij op het moment dat zijn auto is gefotografeerd onderweg was naar [plaats 1] . De reistijd tussen [plaats 3] en de woning van aangever aan de [adres 1] bedraagt gemiddeld 28 minuten. Om 20:35 uur, en dus 25 minuten later, is op camerabeelden aan [straatnaam 2] in [plaats 1] een donkergrijze Volkswagen Polo te zien die zeer waarschijnlijk is afgeslagen naar de [straatnaam 1] . De kenmerken van deze auto, namelijk de donkergrijze kleur, de bijzondere velgen en de geblindeerde achterramen vertonen zeer sterke gelijkenissen met de Volkswagen Polo van verdachte. Uit de historische verkeersgegevens van de telefoon van verdachte valt op te maken dat het toestel tussen 20:41 uur en 21:48 uur masten aanstraalde in de buurt van de [straatnaam 1] . De zendmastgegevens tonen geen exacte plaatsbepaling van de telefoon, maar uit de gegevens kan wel worden afgeleid dat de telefoon in de buurt van de masten is geweest. Ook de snapchat die verdachte om 21:13 uur heeft gemaakt past bij een verblijf aan de [straatnaam 1] in [plaats 1] . Het hof is gelet op het voorgaande van oordeel dat de Volkswagen Polo die om 20:35 uur op de camerabeelden van de [supermarkt] aan [straatnaam 2] in [plaats 1] is te zien de Volkswagen Polo van verdachte is en dat deze op dat moment door verdachte werd bestuurd. Op grond van de bevindingen dat de auto waarschijnlijk de [straatnaam 1] is ingereden en de getuigenverklaring van [getuige 4] waaruit volgt dat hij heeft gezien dat een donkergrijsgekleurde Volkswagen Polo met bijzondere velgen in deze straat stond, stelt het hof vast dat de auto van verdachte op 24 juni 2021 omstreeks 20:35 uur in de [straatnaam 1] werd geparkeerd.
Aangever heeft verklaard dat er drie mannen in groene KPN-jasjes voor zijn deur stonden die zeiden dat er een storing was. Uit de getuigenverklaringen van [getuige 3] en [getuige 4] volgt dat uit de verdachte auto (die het hof aan verdachte toeschrijft) drie mannen stapten die groene KPN-jasjes aantrokken, waarvan één feller van kleur, en vervolgens in de richting van [straatnaam 2] liepen. Uit de camerabeelden volgt dat deze mannen omstreeks 20:39 uur via [straatnaam 2] richting de woning van aangever zijn gelopen. De man in het felgekleurde jasje had op dat moment een zwart voorwerp dat qua omvang overeenkomt met het formaat van een tablet in zijn hand. Om 20:45 uur is de notitie die om 18:48 uur op de tablet van verdachte is aangemaakt ‘gewijzigd’. De notitie houdt in: ‘Storing op 1 hoog in kabels [straatnaam 10] ’. Op grond van het voorgaande concludeert het hof dat het zwarte voorwerp de Samsung tablet van verdachte betrof en dat het daarop aangetroffen bericht gewijzigd is rond het moment waarop deze drie mannen bij aangever aankwamen.
Op de computer van aangever was er activiteit tussen 21:04 uur en 21:56 uur. Om 21:52 uur vond de uitgaande transactie van 5.1 Bitcoin naar het adres [walletadres 1] plaats. Dit is het walletadres dat met bijbehorende QR-code als thumpnail op de telefoon van verdachte is aangetroffen.
Op grond van de camerabeelden stelt het hof vast dat de verdachten die de woningoverval hebben gepleegd omstreeks 22:00 uur via [straatnaam 2] in de richting van de [straatnaam 1] zijn gelopen. De auto van verdachte is 29 minuten later, om 22:29 uur, gefotografeerd op de A7 bij [plaats 3] , rijdend in de richting van Noord-Holland. Een dik uur later, om 23:48 uur, heeft verdachte een snapchat gemaakt in [plaats 2] . Uit het voorgaande leidt het hof af dat verdachte na de woningoverval met de medeverdachten in zijn auto is teruggereden naar [plaats 2] .
Uit de aangetroffen berichten in zowel de telefoon van verdachte als die van de medeverdachte volgt naar het oordeel van het hof dat verdachte heeft meegedeeld in de buit. De [medeverdachte] heeft een bericht gestuurd waaruit volgt dat de ‘driver’ (het hof begrijpt: de chauffeur) 3 zou krijgen. Dit past bij het bericht dat verdachte op 13 maart 2022 naar [medeverdachte] heeft gestuurd: “Die dag toen je me die 3 gaf had je gezegd dat er niks meer over was en daarom gaf je me daarna nog 2 dat had je gezegd toch?”
Het hof verwerpt het verweer dat uit het bericht volgt dat verdachte ‘5’ heeft gekregen en dat het daarom niet op de verdeling van de buit kan zien. Uit het bericht valt namelijk op te maken dat kennelijk eerst was afgesproken dat verdachte ‘3’ zou krijgen. Daarbij neemt het hof ook in aanmerking dat verdachte, hoewel hij daartoe uitdrukkelijk is uitgenodigd, geen uitleg heeft gegeven over deze voor het bewijs redengevende berichten. Het hof betrekt bij zijn bewijsoordeel dat verdachte hiervoor geen aannemelijk, die redengevendheid ontzenuwende verklaring heeft gegeven.
Op grond van het voorgaande stelt het hof vast dat verdachte een aantal uren voorafgaand aan de overval (om 18:42 uur) in het bezit was van een afbeelding van het walletadres met bijbehorende QR-code waarnaar de bitcoins van aangever zijn overgeboekt, dat op zijn tablet een notitie die verband houdt met de overval is aangetroffen, dat hij met de medeverdachten in zijn auto van [plaats 2] naar [plaats 1] (en weer terug) is gereden op de avond van de overval op tijdstippen die passen in de verklaringen van aangever en getuigen over het tijdstip van aanbellen aan de deur, het horen van geluiden die wezen op aanwezigheid van personen in de woning van aangever en het later aantreffen van aangever na de overval aan de deur, dat zijn tablet bij de overval is gebruikt en ten slotte dat hij heeft meegedeeld in de buit.
Anders dan de advocaat-generaal is het hof van oordeel dat niet kan worden vastgesteld dat verdachte één van de drie mannen is geweest die in de woning van aangever waren ten tijde van de overval. Op basis van de adressen, die Snapchat als suggestie toonde toen verdachte om 21.13 uur een snapchat maakte, is het aannemelijker dat verdachte zich op dat tijdstip bij zijn auto bevond dan in de woning van aangever. Dit tijdstip valt in de tijdspanne waarin de daders in de woning waren. Uit het dossier volgt niet dat één van die daders tussentijds naar de auto terug is gelopen. De geprinte mail met daarop de QR-code plaatst verdachte, zonder ander bewijs, evenmin in de woning van aangever. Tenslotte bevat het dossier ook overigens geen aanwijzingen dat verdachte daadwerkelijk in de woning is geweest. De berichten over de verdeling van de buit duiden ook op een geringe betrokkenheid van verdachte, te weten niet anders dan als chauffeur.
Medeplegen of medeplichtigheid
Het hof stelt voorop dat de betrokkenheid aan een strafbaar feit als medeplegen kan worden bewezenverklaard als is komen vast te staan dat bij het begaan daarvan sprake is geweest van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking.
Ook als het tenlastegelegde medeplegen in de kern niet bestaat uit een gezamenlijke uitvoering tijdens het begaan van het strafbare feit, maar uit gedragingen die doorgaans met medeplichtigheid in verband plegen te worden gebracht (zoals het verstrekken van inlichtingen, op de uitkijk staan, helpen bij de vlucht), kan sprake zijn van de voor medeplegen vereiste nauwe en bewuste samenwerking. De materiële en/of intellectuele bijdrage van de verdachte aan het strafbare feit zal dan van voldoende gewicht moeten zijn.
Bij de beoordeling of daaraan is voldaan, kan rekening worden gehouden met onder meer de intensiteit van de samenwerking, de onderlinge taakverdeling, de rol in de voorbereiding, de uitvoering of de afhandeling van het delict en het belang van de rol van de verdachte, diens aanwezigheid op belangrijke momenten en het zich niet terugtrekken op een daartoe geëigend tijdstip.
Het hof heeft hiervoor vastgesteld waaruit verdachtes betrokkenheid van de overval heeft bestaan, kort gezegd: het bezit van een afbeelding met daarop het walletadres en bijbehorende QR-code, de notitie in de tablet van verdachte, het vervoeren naar/van [plaats 1] en het (in geringe mate) delen in de buit. Niet is vastgesteld dat verdachte één van de overvallers in de woning van aangever is geweest.
Op grond van het voorgaande is het hof van oordeel dat de voor medeplegen vereiste voldoende nauwe en bewuste samenwerking tussen verdachte en de medeverdachte(n) niet is komen vast te staan. De rol van verdachte hield in de kern in dat hij de chauffeur was en voor die rol heeft hij meegedeeld in de buit. Dat zijn rol ook door de mededaders werd gewaardeerd als een bijrol blijkt uit het feit dat verdachte ‘slechts’ 3 (naar het hof begrijpt: € 3.000,-) kreeg, terwijl de tipgever ‘22’ (naar het hof begrijpt: € 22.000,-) kreeg en [medeverdachte] met een ander dan wel anderen ‘60’ (naar het hof begrijpt: € 60.000,-) kregen. De bijdrage van verdachte aan het tenlastegelegde is naar het oordeel van het hof van onvoldoende gewicht om zijn rol te kwalificeren als medepleger. Daarom zal verdachte worden vrijgesproken van het tenlastegelegde medeplegen.
Ten aanzien van de medeplichtigheid overweegt het hof dat voor de bewezenverklaring van medeplichtigheid aan een misdrijf is vereist dat niet alleen wordt bewezen dat het opzet van de verdachte was gericht op zijn handelingen als medeplichtige als bedoeld in art. 48, aanhef en onder 1° of 2º Sr, maar ook dat zijn opzet, al dan niet in voorwaardelijke vorm, was gericht op het door de dader gepleegde misdrijf (het gronddelict). Bij de bewezenverklaring en kwalificatie van de medeplichtigheid moet worden uitgegaan van de door de dader verrichte handelingen, ook indien het opzet van de medeplichtige slechts was gericht op een deel van het door de dader gepleegde misdrijf. Het opzet van de medeplichtige behoeft niet te zijn gericht op de precieze wijze waarop het gronddelict wordt begaan. Onder die precieze wijze waarop het gronddelict wordt begaan, is ook begrepen of het gronddelict al dan niet in deelneming wordt begaan; op die deelnemingsvorm behoeft het opzet van de medeplichtige dus niet te zijn gericht.
Ingeval het (voorwaardelijk) opzet van de medeplichtige niet (volledig) was gericht op het gronddelict, moet het misdrijf waarop het opzet van de medeplichtige wel was gericht, voldoende verband houden met het gronddelict. Of van een dergelijk verband sprake is, is afhankelijk van de concrete omstandigheden van het geval. Doorgaans kan worden aangenomen dat dit verband bestaat indien het misdrijf waarop het (voorwaardelijk) opzet van de medeplichtige was gericht, een onderdeel vormt van het gronddelict, zoals het geval is bij een misdrijf dat is begaan onder strafverzwarende omstandigheden. Maar ook in andere gevallen, waarbij zowel de aard van het gronddelict als de aard van de gedraging van de medeplichtige en de overige omstandigheden van het geval van belang zijn, kan sprake zijn van een dergelijk verband.
Hiervoor heeft het hof vastgesteld wat de rol van verdachte bij de overval is geweest. Daaruit volgt dat het (voorwaardelijk) opzet van verdachte in elk geval was gericht op het behulpzaam zijn van anderen bij diefstal in vereniging van Bitcoins. Dat aangever vrijwillig en dus zonder het gebruik van geweld zijn bitcoins zou laten wegnemen, was zeer onwaarschijnlijk. Verdachte moet zich bewust zijn geweest van de aanmerkelijke kans dat de daders hierbij geweld zouden gebruiken en hij heeft die kans aanvaard. Dat hij mogelijk niet heeft geweten welk geweld precies zou worden gebruikt en hoe fors dat zou zijn, doet daar niet aan af. Het door de daders gepleegde misdrijf houdt daarom voldoende verband met het gronddelict (medeplegen diefstal met geweld). Het hof komt daarmee tot een bewezenverklaring van het subsidiair ten laste gelegde.

Bewezenverklaring

Door wettige bewijsmiddelen, waarin zijn vervat de redengevende feiten en omstandigheden waarop de bewezenverklaring steunt, acht het hof wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het subsidiair tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
subsidiair
[medeverdachte] en (onbekend gebleven) mededaders op 24 juni 2021 te [plaats 1] , in de woning [adres 1] , tezamen en in vereniging, een ledger en een hoeveelheid cryptocurrency, die aan een persoon genaamd [benadeelde] toebehoorden, heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, welke diefstal werd voorafgegaan en vergezeld van geweld tegen die [benadeelde] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, door:
- de (onder)arm tegen de keel van die [benadeelde] te duwen en
- een arm om de nek van die [benadeelde] te leggen en te houden en
- die [benadeelde] met ducttape en (een) tiewrap(s) vast te binden en
- die [benadeelde] meermalen hard met (een) vuist(en) in het gezicht en tegen het hoofd te stompen en/of te slaan en
- ander fysiek geweld op/tegen het lichaam van die [benadeelde] uit te oefenen,
bij en/of tot het plegen van welk misdrijf verdachte op of omstreeks 24 juni 2021 te [plaats 1] opzettelijk behulpzaam is geweest en inlichtingen heeft verschaft, door
- in het bezit te zijn van een thumbnail van het ontvangende walletadres en
- een papier met daarop het ontvangende walletadres mee te nemen en af te geven aan die
[medeverdachte] en/of zijn mededader(s) en
- die [medeverdachte] en zijn mededaders naar de woning van die [benadeelde] te brengen met zijn, verdachtes, auto.
Het hof acht niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezenverklaard, zodat deze daarvan behoort te worden vrijgesproken.

Strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het subsidiair bewezenverklaarde levert op:
medeplichtigheid aan/tot diefstal, voorafgegaan en vergezeld van geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en die diefstal gemakkelijk te maken, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.

Strafbaarheid van de verdachte

Verdachte is strafbaar aangezien geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die verdachte niet strafbaar zou doen zijn.

Oplegging van straf en/of maatregel

De hierna te melden strafoplegging is in overeenstemming met de aard en de ernst van het bewezenverklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan, mede gelet op de persoon van verdachte, zoals van een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
Verdachte heeft zich in zijn hoedanigheid van medeplichtige schuldig gemaakt aan het behulpzaam zijn bij een gewelddadige woningoverval, waarbij 5.1 Bitcoin met een waarde van destijds € 150.000,- buit is gemaakt. De medeplichtigheid van verdachte aan deze gekwalificeerde diefstal bestond eruit dat hij heeft gefungeerd als chauffeur en dat hij aldus de medeverdachten in zijn auto naar de woning heeft gebracht, in de auto is blijven wachten en de medeverdachten weer heeft thuisgebracht. Voor zijn rol heeft hij meegedeeld in de buit.
Niet alleen heeft aangever hierdoor grote financiële schade, belangrijker is dat hij op een zeer gewelddadige manier is overvallen in zijn eigen woning, waar hij zich veilig moet kunnen voelen. Hij had een hersenschudding, dichtgeslagen blauwe ogen, zijn hele lichaam zat onder de blauwe plekken. Hoewel hij zich de precieze mishandelingen – gelukkig – niet allemaal meer kan herinneren, moet hij doodsangsten hebben uitgestaan toen hij gemarteld werd om gegevens vrij te geven om zijn bitcoins te kunnen ontvreemden. Uit zijn slachtofferverklaring blijkt dat hij nog steeds kampt met gevoelens van onveiligheid, niet in de laatste plaats omdat er geen duidelijkheid is gekomen over de vraag wie de tipgever was, wat een gevoel van onmacht en wantrouwen naar zijn naaste omgeving oplevert. Hoewel niet kan worden vastgesteld dat verdachte precies op de hoogte was van welk geweld toegepast zou worden, kan hem wel aangerekend worden dat er geweld is toegepast.
Het hof houdt bij de strafoplegging ook rekening met de persoon van verdachte. Uit een verdachte betreffend uittreksel Justitiële Documentatie van 5 februari 2024 volgt dat verdachte niet eerder ter zake van strafbare feiten onherroepelijk is veroordeeld.
Verder heeft het hof acht geslagen op het advies van de reclassering van 8 juli 2022 en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, zoals deze ter zitting van het hof naar voren zijn gekomen.
Het hof is van oordeel dat gelet op de aard en ernst van de bewezen verklaarde medeplichtigheid aan de gekwalificeerde diefstal slechts kan worden volstaan met een onvoorwaardelijke gevangenisstaf.
Het hof heeft bij het bepalen van de hoogte van de straf aansluiting gezocht bij de oriëntatiepunten voor straftoemeting van het Landelijk Overleg Vakinhoud Strafrecht (LOVS). Het oriëntatiepunt voor een woningoverval gaat als vertrekpunt uit van een gevangenisstaf van vijf jaren.
Op grond van het bovenstaande en uit een oogpunt van normhandhaving en vergelding, alsook gelet op het feit dat het hof de rol van verdachte anders, te weten niet als medepleger maar als medeplichtige, kwalificeert dan de advocaat-generaal, acht het hof – alles afwegend – oplegging van een gevangenisstraf voor de duur van 40 maanden, met aftrek van voorarrest, een passende en geboden straf.
Tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat de verdachte in aanmerking komt voor deelname aan een penitentiair programma, als bedoeld in artikel 4 Penitentiaire beginselenwet, dan wel de regeling van voorwaardelijke invrijheidstelling, als bedoeld in artikel 6:2:10 Wetboek van Strafvordering, aan de orde is.

Beslag

Verbeurdverklaring
Het subsidiair tenlastegelegde en bewezenverklaarde is begaan met behulp van de hierna te noemen in beslag genomen en niet teruggegeven voorwerpen, te weten: een tablet en een iPhone 11 Pro. Zij behoren de verdachte toe. Zij zullen daarom worden verbeurd verklaard. Het hof heeft hierbij rekening gehouden met de draagkracht van verdachte.
Teruggave aan aangever
Ten aanzien van de onder een derde in beslag genomen bitcoins kan aangever redelijkerwijs als rechthebbende worden aangemerkt. Voor de tegenwaarde is, ten aanzien van de inmiddels onmogelijke teruggave ervan, bepalend de waarde van de bitcoins ten tijde van de vervreemding daarvan door het openbaar ministerie op 7 januari 2022. Het hof gelast daarom de teruggave van de in beslag genomen, nog niet teruggegeven, 4 Bitcoin, tegen een waarde van in totaal € 120.385,23.
Teruggave aan verdachte
De overige onder verdachte in beslag genomen goederen moeten worden teruggegeven aan verdachte, nu het belang van strafvordering zich daartegen niet verzet. Het betreft: een iPhone, een Samsung telefoon, drie usb-sticks, een computer, een notebook, een Rolexdoos, een sd-kaart en een paar handschoenen.

Vordering van de [benadeelde]

De benadeelde partij heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt € 166.071,11, te vermeerderen met de wettelijke rente. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep – na verrekening met het beslag – toegewezen tot een bedrag van € 45.685,00, deels te vermeerderen met de wettelijke rente. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep opnieuw gevoegd voor het bedrag van de oorspronkelijke vordering.
De vordering bedraagt € 154.071,11 ter vergoeding van materiële schade en € 12.000,00 ter vergoeding van immateriële schade. De gevorderde materiële schade bestaat uit:
- bitcoins € 150.062,55
- wettelijke rente over in beslaggenomen bitcoins € 3.423,56
- kleding € 100,00
- eigen risico zorgverzekering € 385,00
- eigen risico inboedelverzekering € 100,00
Verzocht wordt om naast het gelasten van de teruggave van de opbrengst van de inbeslaggenomen bitcoins de vordering tot schadevergoeding geheel toe te wijzen. Hiertoe is aangevoerd dat gelet op het koersverloop van de Bitcoin de waarde van 5.142 Bitcoin op 12 maart 2024 € 338.530,61 bedraagt.
De vordering is inhoudelijk niet betwist. Wel is in hoger beroep door de verdediging verzocht om voor wat betreft de waarde van de bitcoins aan te sluiten bij de beslissing van de rechtbank en deze te bepalen aan de hand van de waarde op de dag van de ontvreemding.
Ten aanzien van de gevorderde wettelijke rente over in beslaggenomen bitcoins ter hoogte van € 3.423,56, de kleding ter hoogte van € 100,00, het eigen risico zorgverzekering ter hoogte van € 385,00 en het eigen risico inboedelverzekering ter hoogte van € 100,00 geldt dat zij allemaal voldoende zijn onderbouwd en in rechtstreeks verband staan tot het door verdachte gepleegde strafbare feit, zodat zij voor vergoeding in aanmerking komen.
De vordering tot vergoeding van bitcoins ter hoogte van € 150.062,55 wordt deels toegewezen. Het hof is – evenals de rechtbank – van oordeel dat de schadevergoeding dient te worden verrekend met de waarde van de inbeslaggenomen bitcoins. Het hof heeft in het kader van de afdoening van het beslag gelast dat 4 bitcoins met een waarde van € 120.385.23 worden teruggegeven aan de benadeelde partij. Dit bedrag zal het hof in mindering brengen op het toe te wijzen bedrag. Het hof zal deze post daarom toewijzen tot een bedrag van € 29.677,32.
Verdachte is tot vergoeding van de hiervoor vermelde schade, in totaal: € 45.685,88, gehouden zodat de vordering tot dat bedrag zal worden toegewezen, waarvoor verdachte met zijn mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is. Het hof ziet in de beperkte rol van verdachte geen aanleiding om hiervan af te wijken.
Voor zover onder verwijzing naar de huidige (fluctuerende) koers van de Bitcoin wordt verzocht om toewijzing van de waarde van 5.142 Bitcoin
naastde teruggave van de waarde van 4 Bitcoin is het hof van oordeel dat de vordering van de benadeelde partij dusdanig ingewikkeld is en mogelijk tot nieuwe inzichten kan leiden voor wat betreft het bepalen van de datum waarop de waarde van ontvreemde vermogensrechten moet worden bepaald, dat het strafproces zich daarvoor niet leent en het derhalve een onevenredige belasting van het strafproces met zich meebrengt om hierover een uitspraak te kunnen doen. Daarbij neemt het hof ook in aanmerking dat het – mede gelet op het accessoire karakter van de vordering in het strafproces – onwenselijk wordt geacht dat de keuze van een verdachte om in hoger beroep te gaan (in sterke mate) kan worden beïnvloed door onzekerheid over de hoogte van de vordering. Zeker in het geval de verdachte ontkent het hem ten laste gelegde feit te hebben gepleegd, moeten dergelijke risico’s geen belemmering zijn om hoger beroep in stellen.
Gelet op het bepaalde in artikel 361, derde lid, van het Wetboek van Strafvordering, dient de benadeelde partij in haar vordering in zoverre niet-ontvankelijk te worden verklaard. De benadeelde partij kan de vordering alsnog bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
Schadevergoedingsmaatregel
Om te bevorderen dat de schade door verdachte wordt vergoed, zal het hof de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht opleggen op de hierna te noemen wijze.
In hoger beroep is namens de benadeelde partij verzocht om een schadevergoedingsmaatregel voor een totaalbedrag van € 230.730,38 op te leggen. Hiertoe is aangevoerd dat de waarde van de (sterk fluctuerende koers van) 5.142 Bitcoin op 12 maart 2024 € 338.530,61 bedraagt. Toewijzing van de vordering zoals de rechtbank heeft gedaan zou volgens de benadeelde partij tot een onredelijke uitkomst leiden. Hij kan van het als benadeelde partij in eerste aanleg gevorderde bedrag aan schadevergoeding niet opnieuw dezelfde hoeveelheid bitcoins kopen. Omdat de benadeelde partij gebonden is aan de hoogte van de vordering zoals die in eerste aanleg is ingediend heeft het hof slechts de ruimte om de vordering tot schadevergoeding ten aanzien van de post Bitcoins toe te wijzen tot een bedrag van € 153.486,11. Om tot volledige schadeloosstelling te komen resteert een gat van € 64.659,27 (= € 338.530,61 -/- € 120.358,23 -/- € 153.486,11). Volgens de benadeelde partij is de enige redelijke uitkomst dat voor dit gat de schadevergoedingsmaatregel wordt opgelegd.
Het hof is – zoals hiervoor is overwogen – van oordeel dat een beslissing op de vordering van de benadeelde partij tot volledige schadeloosstelling vanwege de sterk gestegen waarde van de Bitcoin een onevenredige belasting van het strafproces oplevert. Om diezelfde reden zal het hof het verzoek van de raadsman van de benadeelde partij om het restant op te leggen via een schadevergoedingsmaatregel, afwijzen. Het hof legt daarom de schadevergoedingsmaatregel enkel op voor het als schadevergoeding toegewezen bedrag van € 45.685,88.
Proceskosten
Verdachte zal ook worden veroordeeld in de proceskosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog zal maken. Deze kosten worden tot op dit moment begroot op nihil.

Toepasselijke wettelijke voorschriften

Het hof heeft gelet op de artikelen 24, 33, 33a, 36f, 48, 49 en 312 van het Wetboek van Strafrecht.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij golden ten tijde van het bewezenverklaarde.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het primair tenlastegelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het subsidiair tenlastegelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezenverklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart het subsidiair bewezenverklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar.
Veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
40 (veertig) maanden.
Beveelt dat de tijd die door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in enige in artikel 27, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht bedoelde vorm van voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
Verklaart verbeurdde in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
een tablet en een iPhone 11 Pro.
Gelast de
teruggaveaan [benadeelde] van het in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerp, te weten: 4 bitcoins (tegenwaarde: € 120.385,23).
Gelast de
teruggaveaan de verdachte van de in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten: een iPhone, een Samsung telefoon, drie usb-sticks, een computer, een notebook, een Rolexdoos, een sd-kaart en een paar handschoenen.

Vordering van de [benadeelde]

Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de [benadeelde] ter zake van het subsidiair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 45.685,88 (vijfenveertigduizend zeshonderdvijfentachtig euro en achtentachtig cent) bestaande uit € 33.685,88 (drieëndertigduizend zeshonderdvijfentachtig euro en achtentachtig cent) materiële schade en € 12.000,00 (twaalfduizend euro) immateriële schade, waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Bepaalt de aanvangsdatum van de wettelijke rente voor de immateriële en materiële schade tot een bedrag van € 42.262,32 op 24 juni 2021 en voor de materiële schade tot een bedrag van € 3.423,56 op 7 januari 2022.
Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [benadeelde] , ter zake van het subsidiair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 45.685,88 (vijfenveertigduizend zeshonderdvijfentachtig euro en achtentachtig cent) bestaande uit € 33.685,88 (drieëndertigduizend zeshonderdvijfentachtig euro en achtentachtig cent) materiële schade en € 12.000,00 (twaalfduizend euro) immateriële schade.
Bepaalt de aanvangsdatum van de wettelijke rente voor de immateriële en materiële schade tot een bedrag van € 42.262,32 op 24 juni 2021 en voor de materiële schade tot een bedrag van € 3.423,56 op 7 januari 2022.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 263 (tweehonderddrieënzestig) dagen. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Aldus gewezen door
mr. L.J. Hofstra, voorzitter,
mr. F. van der Maden en mr. J.A.M. Kwakman, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. J. Brink, griffier,
en op 29 maart 2024 ter openbare terechtzitting uitgesproken.

Voetnoten

1.Wanneer hierna wordt verwezen naar paginanummers betreft dit pagina’s die zijn opgenomen als bijlagen in het dossier met onderzoeksnummer NN1R021069 (zaak EVAPORIET), opgemaakt door politie Noord-Nederland, gesloten op 24 augustus 2022. Tenzij anders vermeld zijn dit processen-verbaal opgemaakt in de wettelijke vorm door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren.
2.Pagina 273 e.v.
3.Hardware wallets zijn apparaatjes ter grootte van een USB-stick die de sleutelparen opslaan en transacties opstellen. De gebruiker voert een pincode in om de hardware wallet te ontgrendelen. Bekende merken van hardware wallets zijn Ledger en Trezor (Informatieblad Bitcoin van het NFI, januari 2024).
4.Pagina 275 e.v. en pagina 279 e.v.
5.Pagina 293 e.v.
6.Pagina 275 e.v.
7.Pagina 678 e.v.
8.Pagina 275 e.v.
9.Pagina 279 e.v.
10.Pagina 275 e.v.
11.Pagina 293 e.v.
12.Pagina 309 e.v.
13.Pagina 315 e.v.
14.Pagina 268 e.v.
15.Pagina 74 e.v.
16.Pagina 653 e.v.
17.Pagina 720 e.v.
18.Pagina 657 e.v.
19.Pagina 730 e.v.
20.Pagina 653 e.v.
21.Via [naam website 1] kan op transactieniveau worden gekeken naar transacties op het bitcoinnetwerk.
22.Pagina 671 e.v.
23.Pagina 678 e.v.
24.Pagina 682 e.v.
25.Pagina 358 e.v.
26.Pagina 366 e.v.
27.Pagina 445 e.v. Zie ook: het in de wettelijke vorm op ambtsbelofte opgemaakte aanvullend proces-verbaal van bevindingen van 23 mei 2022, opgemaakt door [verbalisant] .
28.Pagina 436 e.v.
29.Pagina 451 e.v.
30.Pagina 734 e.v.
31.Pagina 155 e.v. En ook: het proces-verbaal van de in het openbaar gehouden terechtzitting van de rechtbank Noord-Nederland van 10 november 2022, voor zover inhoudende de verklaring van verdachte.
32.Pagina 737 e.v.
33.Pagina 155 e.v.
34.Pagina 746
35.Pagina 760 e.v.
36.Pagina 760 e.v.
37.Pagina 760 e.v.
38.Pagina 854 e.v.
39.Pagina 788 e.v.
40.Het in de wettelijke vorm op ambtsbelofte opgemaakte aanvullend proces-verbaal van bevindingen van 23 mei 2022, opgemaakt door [verbalisant] .
41.Pagina 809 e.v.