Uitspraak
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
mr. A.M. Veld, naar voren is gebracht.
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 14 februari 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Nederland. De verdachte was eerder veroordeeld tot een voorwaardelijke geldboete van € 350,00 subsidiair 7 dagen vervangende hechtenis voor het beledigen van een ambtenaar in functie. De verdachte heeft hoger beroep ingesteld tegen dit vonnis. Tijdens de zitting op 31 januari 2024 heeft het hof het dossier en de vordering van de advocaat-generaal bestudeerd, die vroeg om vernietiging van het eerdere vonnis en veroordeling van de verdachte tot een lagere geldboete van € 200,00 met een proeftijd van één jaar.
Het hof heeft de verklaringen van de verdachte en zijn raadsvrouw, mr. A.M. Veld, gehoord en de beeldfragmenten van het incident bekeken. Het hof kwam tot de conclusie dat, hoewel er voldoende bewijs aanwezig was, dit niet overtuigend genoeg was om te concluderen dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan de tenlastegelegde belediging. De verklaringen van de agent en getuigen verschilden van de beelden die het hof had gezien, wat leidde tot gerede twijfel over de schuld van de verdachte.
Uiteindelijk heeft het hof het vonnis van de politierechter vernietigd en de verdachte vrijgesproken van de tenlastegelegde feiten. De uitspraak benadrukt het belang van bewijs en de noodzaak voor een overtuigende bewijsvoering in strafzaken.