ECLI:NL:GHARL:2023:9769

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
22 november 2023
Publicatiedatum
20 november 2023
Zaaknummer
21-000098-23
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor het bezit en vervaardigen van kinderporno en ontucht met minderjarig nichtje

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 22 november 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Midden-Nederland. De verdachte is veroordeeld voor het bezit en vervaardigen van kinderporno en het plegen van ontucht met zijn minderjarige nichtje. Het hof heeft het verweer van de verdachte verworpen dat de kinderpornografische afbeeldingen zonder zijn medeweten op zijn gegevensdragers terecht zouden zijn gekomen. De rechtbank had de verdachte eerder veroordeeld tot een gevangenisstraf van 36 maanden, waarvan zes maanden voorwaardelijk, en had een contactverbod opgelegd. Het hof heeft het vonnis van de rechtbank vernietigd en opnieuw recht gedaan, waarbij het hof tot een andere bewijsbeslissing en strafmaat is gekomen. De verdachte is vrijgesproken van een deel van de tenlastelegging, maar het hof heeft vastgesteld dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan ontuchtige handelingen met zijn nichtje, die op dat moment nog geen zestien jaar oud was. Het hof heeft de verdachte een gevangenisstraf van 36 maanden opgelegd, met bijzondere voorwaarden, waaronder een meldplicht en behandeling.

Uitspraak

Afdeling strafrecht
Parketnummer: 21-000098-23
Uitspraak d.d.: 22 november 2023
TEGENSPRAAK
Arrestvan de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof
Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Arnhem, gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Midden-Nederland, zittingsplaats Utrecht, van
21 december 2022 met parketnummer 16-069060-22 in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1986,
thans verblijvende in [PI] .
Het hoger beroep
De verdachte heeft tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van het hof van 8 november 2023 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422 van het Wetboek van Strafvordering, het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal. Deze vordering is na voorlezing aan het hof overgelegd.
Het hof heeft verder kennisgenomen van hetgeen door verdachte en zijn raadsvrouw,
mr. S.M. Hoogenraad en de raadsvrouw van de benadeelde partij, mr. M. Rotgans, naar voren is gebracht.
Het vonnis waarvan beroep
De rechtbank Midden-Nederland heeft verdachte bij vonnis van 21 december 2022 veroordeeld voor onder meer het vervaardigen en bezit van kinderporno tot een gevangenisstraf van 36 maanden, waarvan zes maanden voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaar en met aftrek van de tijd die verdachte in voorarrest heeft doorgebracht. De rechtbank heeft verder beslissingen genomen op het beslag en de vordering van de benadeelde partij en een contactverbod voor vijf jaar opgelegd.
Het hof zal het vonnis waarvan beroep -voor zover aan het oordeel van het hof onderworpen- vernietigen omdat het onder meer tot een andere bewijsbeslissing, een andere straf- en maatregelbeslissing en een andere beslissing op de vordering van de benadeelde partij komt.
Het hof zal daarom opnieuw rechtdoen.
Omvang van het hoger beroep
Verdachte is bij vonnis waarvan beroep vrijgesproken van het hem onder feit 4 tenlastegelegde bezit van dierenpornografische afbeeldingen. Hoger beroep tegen deze vrijspraak staat voor verdachte niet open. Het hof zal verdachte daarom in zoverre
niet-ontvankelijk in zijn hoger beroep verklaren.
De tenlastelegging
Aan verdachte is -na wijziging van de tenlastelegging ter terechtzitting in eerste aanleg- en voor zover nog aan het oordeel van het hof onderworpen- tenlastegelegd dat:
1.
primairhij op of omstreeks te 26 mei 2017 te [pleegplaats] , althans in het arrondissement Midden-Nederland met zijn aan zijn waakzaamheid toevertrouwde nichtje [slachtoffer] , geboren op [geboortedag] 2012, die toen de leeftijd van twaalf jaren nog niet had bereikt, een of meer handelingen heeft gepleegd, die bestonden uit of mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer] , te weten het
- stoppen/houden van zijn verdachtes vinger(s) in de vagina en/of tussen de schaamlippen van die [slachtoffer] en/of
- wrijven over en/of betast/aanraken van de vagina en/of de schaamlippen, althans de schaamstreek van die [slachtoffer] ;1.
subsidiairhij op of omstreeks 26 mei 2017 te [pleegplaats] , althans in het arrondissement
Midden-Nederland, met zijn aan zijn waakzaamheid toevertrouwde nichtje [slachtoffer]
, geboren op [geboortedag] 2012, die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet
had bereikt, buiten echt, een of meer ontuchtige handelingen heeft gepleegd,
bestaande uit het ontuchtig betasten/aanraken van de schaamlippen en/of vagina, althans de
schaamstreek van die [slachtoffer] en/of met zijn, verdachtes handen, spreiden/openen van de schaamlippen en/of vagina van die [slachtoffer] ;
2.
hij op een of meer tijdstip(pen) in de periode van 2 september 2016 tot en met 26 mei 2017 te [pleegplaats] , in elk geval in Nederland, meermalen, althans eenmaal, (telkens) (een) afbeelding(en), te weten (een) foto('s) en/of een gegevensdragers bevattende (een) afbeelding(en), te weten een of meer telefoon(s) en/of een of meer harde schijf(ven)en en/of een laptop en/of een of meer computer(s), van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, te weten [slachtoffer] , geboren op [geboortedag] 2012, is betrokken of schijnbaar is betrokken, heeft vervaardigd en/of in bezit gehad en/of zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft, welke seksuele gedraging(en) - zakelijk weergegeven - bestond(en) uit:
- het met de/een vinger(s)/hand, vaginaal en/of tussen de schaamlippen penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of
- het betasten van de vagina en/of schaamlippen, althans de schaamstreek, van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of
- het ontbloten van de vagina en/of schaamlippen, althans de schaamstreek, van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of
- het fotograferen en/of filmen van deze persoon, al dan niet slapend op een bed, en/of waarbij deze persoon van zijn/haar kleding wordt ontdaan en/of waarbij een persoon de kleding en/of onderbroek van deze persoon, die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, aan de kant schuift en/of
- (waarna) door het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden van deze persoon en/of de uitsnede van de foto’s/films nadrukkelijk het (ontblote en/of geopende) geslachtsdeel, de borsten en/of billen van die/deze persoon in beeld gebracht worden,
(waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling, althans, welke seksuele gedragingen bestonden uit het tonen van het naakte/ontblote lichaam, althans delen van het naakte/ontblote lichaam, van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt; (beschrijving op pagina 3 en 112 van het dossier en de foto's op pagina 199 tm 202 en 801 tm 805 in het dossier)3.
hij op één of meer tijdstip(pen) in de periode van 16 december 2015 tot en met 22 maart 2022 te [pleegplaats] , in elk geval in Nederland, meermalen, althans eenmaal, (telkens) (een) afbeelding(en) van een seksuele gedraging, te weten (een) foto('s), en/of een gegevensdragers bevattende (een) afbeelding(en), te weten een of meer harde schijf(ven) en/of een laptop en/of een of meer computer(s), van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, heeft verspreid en/of aangeboden en/of verworven en/of in bezit heeft gehad en/of zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft, welke seksuele gedraging(en) - zakelijk weergegeven - bestond(en) uit:
het met de/een vinger(s)/hand en/of (een) penis, vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt (foto nr 1 tm 4, P. 793 en 794 in het dossier) en/of
het met de/een vinger(s)/hand en/of mond/tong, betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt (foto nr 5 tm 7, P. 794 en 795 in het dossier) en/of
het met de mond/tong, betasten/aanraken en/of likken van het geslachtsdeel van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt (foto nr 6 en 7, P. 795 in het dossier en/of
het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van/door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij deze persoon gekleed is en/of opgemaakt is en/of poseert in een omgeving en/of in een (erotisch getinte) houding (op een wijze) die niet bij zijn/haar leeftijd past/passen en/of waarbij deze persoon zich (vervolgens) in opeenvolgende afbeeldingen/filmfragmenten van zijn/haar kleding ontdoet en/of (waarna) door het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden van deze persoon en/of de uitsnede van de foto's/films nadrukkelijk het (ontblote) geslachtsdeel, de borsten en/of billen van die persoon in beeld gebracht worden, (waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling, althans, welke seksuele gedragingen bestonden uit het tonen van het naakte/ontblote lichaam, althans delen van het naakte/ontblote lichaam, van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt; (foto nr 8 tm 12, P. 795 tot en met 797 in het dossier) en/of
het masturberen boven/bij en/of ejaculeren op het gezicht en/of het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of het houden van een (stijve) penis bij/naast het gezicht en/of lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij op dat gezicht en/of lichaam een op sperma gelijkende substantie zichtbaar is, (waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling, althans, welke seksuele gedragingen bestonden uit het tonen van het naakte/ontblote lichaam, althans delen van het naakte/ontblote lichaam, van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt; (Foto nr 13 en 14, P. 797 en 798 in het dossier)
en hij aldus van het plegen van dit misdrijf een gewoonte heeft gemaakt;
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Vrijspraak
De rechtbank heeft verdachte op goede gronden vrijgesproken van het onder feit 1 primair tenlastegelegde. De advocaat-generaal heeft ter terechtzitting in hoger beroep eveneens gevorderd dat verdachte zal worden vrijgesproken van dit feit. Ook het hof heeft uit het onderzoek ter terechtzitting niet door de inhoud van wettige bewijsmiddelen de overtuiging gekregen dat verdachte het onder 1 primair tenlastegelegde heeft begaan, zodat verdachte daarvan behoort te worden vrijgesproken.
Overweging met betrekking tot het bewijs

Inleiding

Op woensdag 16 maart 2022 ontving het Team Bestrijding Kinderporno en Kindersekstoerisme (hierna: TBKK) een meldingsrapport inclusief beeldmateriaal van
het Amerikaanse National Center for Missing and Exploited Children (hierna: NCMEC).
Uit de melding kwam naar voren dat Google aan de Cybertipline had gemeld dat een gebruiker met de naam ' [verdachte] ', het telefoonnummer [telefoonnummer] , de geboortedatum [geboortedag] 1986 en gebruikmakend van de e-mailadressen ‘ [e-mailadres 1] ’ en ‘ [e-mailadres 2] ’, vanaf meerdere
IP-adressen, op 14 maart 2022 omstreeks 18.00 uur (Nederlandse tijd) beeldmateriaal had geplaatst op Google Photos en Google Drive dat vermoedelijk kinderpornografie betrof. Google had eerder al acht meldingen aangaande dit account verstuurd. Verder werd aangegeven dat een aantal van de kinderpornografische foto’s niet voorkwam in de bestaande database met kinderpornografische afbeeldingen, waaruit werd geconcludeerd dat het om nieuw vervaardigd beeldmateriaal ging. Van elf kinderpornografische afbeeldingen die op 14 maart 2022 zijn geüpload naar Google, is vastgesteld dat daarbij gebruik is gemaakt van een aan verdachte gekoppeld IP-adres. Lopende het onderzoek ontving het TBKK nog twee meldingen het NCMEC over het account van verdachte. Het TBKK stelde vast dat van de in totaal 3742 foto's, genoemd in de NCMEC-meldingen, 3731 foto's beoordeeld konden worden als kinderpornografische afbeeldingen.
Het TBKK heeft eerst de melding van 16 maart 2022 nader onderzocht en trof tussen de afbeeldingen een foto aan van het paspoort van verdachte. Een aantal afbeeldingen waren voorzien van Exif informatie, waaruit bijvoorbeeld kan worden opgemaakt waar, wanneer en met welk type camera een foto is gemaakt. Onderzoek van deze data leidde naar de naam- en adresgegevens van verdachte en naar de veronderstelling dat het meisje dat te zien was op de afbeeldingen die nog niet in de database voor kwamen, het nichtje van de partner van verdachte betrof, [slachtoffer] .
Daarop vond op 22 maart 2022 een doorzoeking van de woning van verdachte plaats, waarbij 33 gegevensdragers in beslag werden genomen. Verdachte is diezelfde dag aangehouden op verdenking van het vervaardigen en bezit van kinderporno.

Feit 1, subsidiair en feit 2

Standpunt van het openbaar ministerie
De advocaat-generaal heeft zich op het standpunt gesteld dat feit 1, subsidiair en feit 2 wettig en overtuigend bewezen kunnen worden verklaard. Zij heeft daartoe onder meer aangevoerd dat de hand van verdachte dezelfde kenmerken vertoont als de hand op de foto's van [slachtoffer] (
opmerking griffier: verdachte heeft ter zitting zijn handen getoond) en dat het vlekje op de handen van verdachte ook nu nog te zien is. Bovendien heeft [slachtoffer] tijdens het studioverhoor verklaard dat verdachte de foto's heeft gemaakt.
Standpunt van de verdediging
Verdachte heeft ten stelligste ontkend dat hij de tenlastegelegde feiten heeft gepleegd.
De verdediging heeft daarom verzocht verdachte integraal vrij te spreken. De raadsvrouw heeft daartoe het volgende aangevoerd:
- er is geen bewijs dat de foto's van [slachtoffer] op 14 maart 2022 door verdachte op Google Drive of Google Photos zijn geplaatst. Dat iemand gebruik heeft gemaakt van de gegevens van verdachte, wil niet zeggen dat hij daar daadwerkelijk achter zit. De rechtbank heeft overwogen dat op de [telefoon 1] van verdachte de app Google Drive werd aangetroffen. Maar de app was niet aan een account gekoppeld, zodat niet bewezen kan worden dat hij gebruik heeft gemaakt van deze app. Google Photos is niet aangetroffen op de [telefoon 1] . De foto's van [slachtoffer] zijn ook niet op de gegevensdragers van verdachte aangetroffen;
- verdachte kan de foto's niet hebben gemaakt, omdat hij op 2 september 2016 en
26 mei 2017 niet aanwezig was in de woning en [slachtoffer] op dat moment ook niet in zijn woning aanwezig kan zijn geweest. Uit de overgelegde e-mail van een oud-collega, blijkt voldoende dat verdachte in die tijd tot tenminste 17.30 uur werkzaam was in [plaats 1] .
Hij kan dus geen foto van [slachtoffer] hebben gemaakt in zijn woning in [plaats 2] rond 18.45 uur. De verklaringen van de getuigen over de avond van 26 mei 2017 kloppen niet. Zoals de verdediging heeft aangetoond waren [naam 1] (
ex-partner van verdachte)en [naam 2] (
de moeder van [slachtoffer] )naar een bingo-avond. Op bingo-avonden van [naam 1] , was verdachte bijna alle keren bij zijn schoonouders. Volgens verdachte moet het dus iemand anders zijn geweest, die de foto's heeft gemaakt;
- er is onvoldoende onderzoek gedaan naar mogelijke andere verdachten, zoals de heer [naam 3] . Ook vanaf zijn IP-adres zouden foto's zijn geüpload. Aan het Google-account
' [e-mailadres 1] ' zijn volgens het dossier 2 Android-toestellen gekoppeld en een IP-adres. Dit IP-adres is niet onderzocht en verdachte heeft nooit Android apparaten in zijn bezit gehad;
- de verklaring van [slachtoffer] is onbetrouwbaar;
- op de foto's van [slachtoffer] is een hand te zien, die volgens de rechtbank aan verdachte toebehoort. Dat oordeel is gebaseerd op een handvergelijkend onderzoek van het NFI, waarbij gebruik is gemaakt van onduidelijke, oude foto's. Bovendien berust de conclusie van het NFI slechts op een minimale overeenkomst tussen de handen, namelijk een huidvlekje op het vingerkootje van de middelvinger.
Oordeel van het hof
Het hof is van oordeel dat het door verdachte gevoerde verweer strekkende tot vrijspraak van het tenlastegelegde wordt weersproken door de gebezigde bewijsmiddelen (zoals opgenomen in de bijlage bij dit arrest). Het hof heeft geen reden om aan de juistheid en betrouwbaarheid van de inhoud van die bewijsmiddelen te twijfelen.
De rechtbank is op goede gronden tot een bewezenverklaring van feit 1 subsidiair en feit 2 gekomen. Het hof neemt de overwegingen van de rechtbank over en maakt die tot de zijne. De rechtbank heeft in haar vonnis van 21 december 2022 ten aanzien van de feiten
1. subsidiair en 2 het volgende overwogen (cursief weergegeven):
Op basis van de aangehaalde bewijsmiddelen stelt de rechtbank het volgende vast.
Op 14 maart 2022 zijn een aantal foto’s op (onder meer) Google Drive geplaatst door een
gebruiker die de naam en geboortedatum van verdachte heeft opgegeven alsmede twee
e-mailadressen die door verdachte in gebruik zijn (geweest). Onder deze foto’s bevonden zich 14 kinderpornografische foto’s van [slachtoffer] , het (op [geboortedag] 2012 geboren) nichtje van verdachte. Van deze foto’s zijn er 8 gemaakt op 2 september 2016 tussen 18:45-18:49 uur, met een [telefoon 2] . De overige 6 foto’s zijn gemaakt op
26 mei 2017 tussen 23:26-23:57 uur, met een [telefoon 3] .
Verdachte beschikte op 2 september 2016 over een [telefoon 2] en op 26 mei 2017 over een [telefoon 3] . Alle kinderpornografische foto’s van [slachtoffer] zijn gemaakt in de (directe)
omgeving van de (toenmalige) woning van verdachte. [slachtoffer] heeft verklaard dat verdachte
degene is die deaan haar tijdens het studioverhoor getoonde (toevoeging hof)
foto’s heeft gemaakt. Op de op 22 maart 2022 in beslag genomen [telefoon 1] van verdachte, bevond zich de app Google Drive.
Op de op 26 mei 2017 gemaakte foto’s is een volwassen hand zichtbaar. Het NFI heeft op
basis van handvergelijkend onderzoek geconcludeerd dat de bevindingen van het onderzoek
veel waarschijnlijker zijn als de hand op de kinderpornografische foto’s dezelfde hand als de hand van verdachte is dan wanneer dit een andere hand zou zijn.
Gelet op het voorgaande acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de
foto’s van [slachtoffer] heeft gemaakt en in bezit heeft gehad, zoals ten laste is gelegd onder
feit 2. Bij het maken van de 6 foto’s die op 26 mei 2017 zijn gemaakt, heeft verdachte zich bovendien schuldig gemaakt aan het plegen van ontucht met [slachtoffer] , zoals ten laste is gelegd onder feit 1 subsidiair, nu op die foto’s is waar te nemen dat verdachte de vagina van [slachtoffer] aanraakt en haar schaamlippen met zijn vingers open spreidt.
Betrouwbaarheid vergelijkend handonderzoek
Ten aanzien van feit 1 en feit 2 heeft de verdediging zich op het standpunt gesteld dat verdachte daarvan vrijgesproken dient te worden nu niet vast kan komen te staan dat de handen die waarneembaar zijn op de foto’s van [slachtoffer] de handen van verdachte zijn. Daarbij heeft de verdediging onder meer aangevoerd dat de resultaten van het vergelijkend handonderzoek onbetrouwbaar zijn nu de voor dat onderzoek gebruikte afbeeldingen van de handen van verdachte niet van optimale kwaliteit zijn en nu niet alle deskundigen tot dezelfde bevindingen komen.
De rechtbank ziet geen reden om te twijfelen aan de betrouwbaarheid van het vergelijkend
handonderzoek. De conclusie van het vergelijkend handonderzoek is duidelijk en onderbouwd en wordt gedragen door alle deskundigen die bij het onderzoek betrokken zijn geweest. Het enkele feit dat de betrokken deskundigen op onderdelen niet hetzelfde hebben geconstateerd, doet niet af aan hun gezamenlijke conclusie. Het verweer van de verdediging wordt dan ook verworpen.
Tijdstip waarop de afbeeldingen zijn gemaakt
Ter terechtzitting (opmerking Hof: ook ter terechtzitting van het hof van 8 november 2023
) heeft verdachte betoogd dat hij de afbeeldingen niet kan hebben gemaakt, gelet op het tijdstip waarop ze gemaakt zijn, omdat hij toen aan het werk was. Daarbij heeft verdachte aangegeven doorgaans tot half zes in de middag te werken.
De rechtbank gaat aan dit verweer voorbij, nu de verklaring van verdachte geenszins uitsluit dat de foto’s gemaakt kunnen zijn door verdachte, gelet op de tijdstippen waarop de foto’s zijn gemaakt.
Aanvulling door het hof
:
De in hoger beroep overgelegde verklaring van een oud-collega, maakt dat niet anders.
De vaststelling dat er sprake is van geregelde, dagelijks dezelfde werktijden geeft slechts een algemeen beeld van de aanwezigheid van verdachte op zijn werkplek. Het zegt niets over zijn doen en laten op een specifieke datum en tijdstip. Ook het verweer dat er geen sprake van kon zijn dat [slachtoffer] op het moment dat de foto's zijn gemaakt in de woning van verdachte logeerde, is niet in strijd met de bewijsmiddelen. Het is zeer wel denkbaar dat [slachtoffer] weliswaar niet bleef logeren, maar wel te slapen werd gelegd in het huis van verdachte, terwijl haar ouders verdachte en zijn partner bezochten. De moeder van [slachtoffer] heeft ook verklaard dat zij veel bij elkaar kwamen en dat de kinderen dan wel boven op bed werden gelegd.
De verdediging heeft voorts aangevoerd dat Google Drive weliswaar is aangetroffen op de [telefoon 1] van verdachte, maar dat de app niet aan een account was gekoppeld, zodat niet bewezen kan worden dat hij gebruik heeft gemaakt van deze app. Op de [telefoon 1] is echter wel een Apple ID aangetroffen, gekoppeld aan het e-mailadres ' [e-mailadres 2] ', hetzelfde e-mailadres als is aangetroffen op de laptop en één van de adressen die volgens de NCMEC aan het Google Drive-account waren gekoppeld.
Betrouwbaarheid studioverhoor slachtoffer
De verdediging heeft zich op het standpunt gesteld dat het studioverhoor van het slachtoffer
niet betrouwbaar is, nu de verhoorder de naam van verdachte (op een vroeg moment) tijdens het studieverhoor ter sprake heeft gebracht. Anders dan de verdediging is de rechtbank van oordeel dat het enkele feit dat op een vroeg moment in het verhoor de naam van verdachte ter sprake is gekomen niet betekent dat het verhoor sturend is geweest. De rechtbank verwerpt het verweer van de verdediging dan ook en acht de verklaring van het slachtoffer bruikbaar voor het bewijs.
Ten slotte overweegt het hof het volgende.
De rechtbank heeft onder feit 1, subsidiair, bewezenverklaard dat verdachte ontuchtige handelingen heeft gepleegd met 'zijn aan zijn waakzaamheid toevertrouwde nichtje'.
Het hof heeft niet uit het dossier kunnen opmaken dat de ontucht is gepleegd op een moment dat [slachtoffer] aan de waakzaamheid van verdachte was toevertrouwd. Zoals hierboven opgemerkt, ligt het meer voor de hand dat de foto's zijn gemaakt terwijl [slachtoffer] met haar ouders bij verdachte op bezoek was. Strikt genomen is [slachtoffer] evenmin een nichtje van verdachte. Het hof zal verdachte daarom van dit deel van de tenlastelegging vrijspreken.

Feit 3

Standpunt van het openbaar ministerie
De advocaat-generaal heeft gerekwireerd tot bewezenverklaring van het onder feit 3 tenlastegelegde. Op een aantal devices van verdachte is kinderporno aangetroffen. Volgens verdachte staan de kinderpornografische afbeeldingen zomaar opeens op zijn telefoons en laptop. De politie heeft serieus onderzocht of die bewering tot de mogelijkheden behoort, maar dat verweer is naar het rijk der fabelen verwezen. Het is heel onwaarschijnlijk dat iemand anders de afbeeldingen in mappen met privé-bestanden, zoals loonstrookjes, heeft geplaatst. Er is op allerlei plekken en op allerlei momenten een link met verdachte en ook de verklaring van de ex-partner weegt zwaar. Zij was aanvankelijk zeer terughoudend in haar verklaringen, maar heeft later toch toegegeven dat zij kinderporno op de telefoon van verdachte had aangetroffen.
Standpunt van de verdediging
De verdediging heeft verzocht verdachte ook van het onder feit 3 tenlastegelegde vrij te spreken. Daartoe is het volgende aangevoerd:
- het gaat om 14 foto's zoals opgenomen in Bijlage III. Van de meeste foto's is geen creatiedatum bekend. Niet kan worden bewezen dat verdachte deze foto's binnen de tenlastegelegde periode heeft verworven of in zijn bezit heeft gehad;
- het gaat om computers/gegevensdragers, die client met de daarop aanwezige bestanden heeft overgenomen dan wel waar meer mensen gebruik van maakten. Er wordt aangegeven dat de bestanden zijn aangetroffen in mappen met persoonlijke foto's, maar dat betroffen meestal gezinsfoto's en zien dus niet enkel op verdachte. Ook zijn er bestanden aangetroffen op een laptop van de familie van [naam 1] , waar verdachte nimmer toegang tot heeft gehad. Uit het dossier blijkt niet dat hij wetenschap heeft gehad van het in bezit hebben van kinderpornografisch materiaal. Op de [telefoon 1] van verdachte is geen kinderporno aangetroffen;
- uit het dossier (pag. 377 e.v.) is op te maken dat er tussen 14 en 18 april 2022 ook nog meldingen van het NCMEC zijn binnengekomen over dezelfde gebruikersnaam/e-mailadres.
Verdachte zat op dat moment in detentie en kan daar dan ook niet mee te maken hebben;
-nu de creatiedatum van de foto's niet is te achterhalen, kan de lengte van het bezit niet worden aangetoond. Ook het aantal van de aangetroffen afbeeldingen, in totaal 14 foto's, duidt niet op het tenlastegelegde 'gewoonte maken van'. Verdachte dient daarvan te worden vrijgesproken.
Oordeel van het hof
De rechtbank is op goede gronden tot een bewezenverklaring van het onder feit 3 tenlastegelegde gekomen. Het hof neemt de overwegingen van de rechtbank over en maakt die tot de zijne. De rechtbank heeft in haar vonnis van 21 december 2022 ten aanzien van feit 3 het volgende overwogen (cursief weergegeven):
De rechtbank stelt op basis van de stukken in het dossier het volgende vast.
Op 22 maart 2022 heeft er een doorzoeking plaatsgevonden in de woning van verdachte. In deze woning zijn diverse gegevensdragers in beslag genomen, waaronder de gegevensdragers waarop kinderpornografisch materiaal is aangetroffen. Deze gegevensdragers zijn onderzocht waarbij is gekeken naar de locaties op de gegevensdragers waar het materiaal is aangetroffen. Daaruit blijkt dat het kinderpornografisch materiaal rechtstreeks door de gebruiker te benaderen is.
Sommige namen van mappen waarin het materiaal is aangetroffen verwijzen naar verdachte, zoals de map ‘Foto’s [verdachte] ’. Ook zijn er in de mappen waarin de kinderpornografische afbeeldingen zijn aangetroffen diverse persoonlijke documenten van verdachte gevonden, zoals foto's, een curriculum vitae, documenten van de belastingdienst en loonstroken.
Gelet hierop acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat het verdachte is geweest
die het kinderpornografisch materiaal op de desbetreffende gegevensdragers heeft geplaatst. Het feit dat de creatiedatum van het materiaal onbekend is dan wel ligt voor de ten laste gelegde periode is niet ontlastend, omdat dit onverlet laat dat de afbeeldingen op een later moment verworven zijn door verdachte. Uit het aantreffen van de nog toegankelijke afbeeldingen op de inbeslaggenomen gegevensdragers in de persoonlijke mappen van verdachte, blijkt dat verdachte die afbeeldingen in elk geval binnen de ten laste gelegde periode in bezit heeft gehad. De rechtbank zal verdachte dan ook veroordelen voor feit 3, met uitzondering van de Thumbs-bestanden, nu niet kan worden vastgesteld dat deze betrekking hebben op toegankelijke kinderpornografische bestanden in de ten laste gelegde periode.
In aanvulling hierop overweegt het hof het volgende.
Als een rode draad loopt door het verweer van verdachte dat iemand anders
gebruik heeft gemaakt van zijn gegevens/accounts en gegevensdragers (hij is gehackt/er is sprake van identiteitsfraude) of wel dat de afbeeldingen automatisch en zonder zijn wetenschap op zijn gegevensdragers zijn terecht gekomen.
Het hof stelt voorop dat bij de beoordeling van een dergelijk verweer als maatstaf dient te worden aangelegd of – alle feiten en omstandigheden in ogenschouw nemende – dit verweer al dan niet in meer of mindere mate aannemelijk is geworden. De door verdachte aangevoerde omstandigheden zijn echter vrijwel zonder uitzondering te weerleggen door de bewijsmiddelen in het dossier.
Zo heeft de verdediging, verwijzend naar pagina 377 e.v. van het dossier, aangevoerd dat tussen 14 en 18 april 2022 nog NCMEC-meldingen zijn binnengekomen, waaruit blijkt dat (vermoedelijk) kinderpornografische afbeeldingen vanaf het account van verdachte zijn geüpload. Omdat hij zich toen al in voorlopige hechtenis bevond, kan hij daar niets mee te maken hebben en moet dus iemand anders over zijn gegevens en account kunnen beschikken. Het hof heeft vastgesteld dat de door verdachte bedoelde meldingen weliswaar een "Incident Time" aangeven tussen 14 april 2022 en 18 april 2022, maar dat met Incident Time wordt bedoeld: " The incident date refers to the approximate date and time
Google became awareof the reported material". Alle daaronder onder "Suspect" genoemde inlogdata betreffen data van vóór half februari 2022, derhalve voor de periode dat verdachte gedetineerd raakte.
Verder heeft verdachte aangevoerd dat er foto's naar zijn Google account zijn geüpload met een Android toestel en vanaf IP-adres [IP-adres] , terwijl hij niet beschikt over Android apparaten en geen onderzoek is gedaan naar dit IP-adres. Bij de doorzoeking van het woonhuis van verdachte zijn echter 33 gegevensdragers in beslag genomen, waaronder een groot aantal met een Android besturingssysteem. Ook het bedoelde IP-adres is onderzocht. Het bleek gekoppeld aan [verdachte] te [plaats 3] .
Dat anderen de kinderpornografische afbeeldingen op zijn gegevensdragers hebben geplaatst, acht het hof zeer onaannemelijk. Volgens de NCMEC-meldingen is er vanaf
26 juni 2021 tot 13 februari 2022 veertien keer ingelogd op het Google account, vrijwel alle keren met een IP-adres van verdachte maar ook een keer met een IP-adres van zijn toenmalige werkgever [bedrijf] . Dat maakt de kans dat een familielid of een willekeurige derde gebruik maakt van zijn account uiterst gering. Ook het overnemen van gegevensdragers van anderen, waarbij de verkoper (benaderbare) kinderporno op het verkochte zou achterlaten is moeilijk voorstelbaar. Dat er geen kinderporno op zijn [telefoon 1] is aangetroffen, kan geen verbazing wekken. Zowel verdachte als zijn ex-partner hebben verklaard dat zij die foto's enkele weken voor zijn aanhouding van de telefoon hebben verwijderd. Overigens zijn de foto's van [slachtoffer] wel aangetroffen als thumbnails op de [telefoon 1] en de [laptop 1] .
Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte opzet op het bezit (en vervaardigen) van kinderporno heeft gehad. Het opzet blijkt in het bijzonder uit de omstandigheid dat verdachte steeds een (bewuste) handeling heeft moeten uitvoeren om de foto's te uploaden, dan wel de foto's in zijn privé-mappen te plaatsen.
Gewoonte maken van het bezit van kinderporno
Het hof is van oordeel dat wettig en overtuigend kan worden bewezen dat verdachte een gewoonte heeft gemaakt van het bezit van kinderporno.
De foto's van [slachtoffer] zijn al in 2016 en 2017 gemaakt door verdachte en het kan niet anders dan dat deze in zijn bezit zijn geweest. Op de in 2022 inbeslaggenomen gegevensdragers zijn kinderpornografische afbeeldingen aangetroffen. Dat er sprake is van een langdurige interesse in kinderporno wordt ondersteund door aangetroffen zoektermen die op verschillende gegevensdragers van verdachte zijn aangetroffen. Zo heeft verdachte in 2016 gezocht op "preteen porn" en stond een URL-link 'Father and daughter quick incest' in een op 15 februari 2021 door verdachte aangemaakt map als favoriet opgeslagen.
Het hof verwerpt de verweren.
Bewezenverklaring
Door wettige bewijsmiddelen, waarbij de inhoud van elk bewijsmiddel -ook in onderdelen- slechts wordt gebezigd tot het bewijs van dat tenlastegelegde feit waarop het blijkens de inhoud kennelijk betrekking heeft, en waarin zijn vervat de redengevende feiten en omstandigheden waarop de bewezenverklaring steunt, acht het hof wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder 1 subsidiair, 2 en 3 tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande, dat:
1. subsidiair
hij op of omstreeks 26 mei 2017 te [pleegplaats] , althans in het arrondissement
Midden-Nederland, met
zijn aan zijn waakzaamheid toevertrouwde nichtje
[slachtoffer] , geboren op [geboortedag] 2012, die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet
had bereikt, buiten echt, een of meer ontuchtige handelingen heeft gepleegd,
bestaande uit het ontuchtig
- betasten/aanraken van de schaamlippen en/of vagina
, althans de
schaamstreek vandie [slachtoffer] en/of
- met zijn, verdachtes handen, spreiden/openen van de schaamlippen en/of
vagina van die [slachtoffer] ;
2.
hij op een of meer tijdstip
(pen
)in de periode van 2 september 2016 tot en met 26 mei 2017 te [pleegplaats] ,
in elk geval in Nederland, meermalen,
althans eenmaal,
(telkens
) (een
)afbeelding
(en),te weten
(een
)foto
('s) en/of een gegevensdragers bevattende (een) afbeelding(en), te weten een of meer telefoon(s) en/of een of meer harde schijf(ven)en en/of een laptop en/of een of meer computer(s),van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, te weten [slachtoffer] , geboren op [geboortedag] 2012, is betrokken of schijnbaar is betrokken, heeft vervaardigd
en/of in bezit gehad en/of zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft,welke seksuele gedraging
(en
)- zakelijk weergegeven - bestond
(en
)uit:
- -
het met de/een vinger(s)/hand, vaginaal en/of tussen de schaamlippen penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of
- het betasten van de vagina en/of schaamlippen,
althans de schaamstreek, van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en
/of
- het ontbloten van de vagina en/of schaamlippen,
althans de schaamstreek, van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en
/of
- het fotograferen
en/of filmenvan deze persoon, al dan niet slapend op een bed,
en/of waarbij deze persoon van zijn/haar kleding wordt ontdaan en/ofwaarbij een persoon de
kleding en/ofonderbroek van deze persoon, die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, aan de kant schuift en
/of
- ( waarna) door het camerastandpunt
en/of de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden van deze persoon en/of de uitsnede van de foto's/filmsnadrukkelijk het (ontblote en/of geopende) geslachtsdeel,
de borsten en/of billenvan die
/dezepersoon in beeld gebracht wordt,
(waarbij
)de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling,
althans, welke seksuele gedragingen bestonden uit het tonen van het naakte/ontblote lichaam, althans delen van het naakte/ontblote lichaam, van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt;
3.
hij op
één ofmeer tijdstip
(pen
)in de periode van 16 december 2015 tot en met
22 maart 2022
te [pleegplaats], in
elk gevalin Nederland, meermalen,
althans eenmaal, (telkens
) (een
)afbeelding
(en
)van een seksuele gedraging, te weten
(een
)foto
('s),
en/of een gegevensdragers bevattende (een) afbeelding(en), te weten een of meer harde schijf(ven) en/of een laptop en/of een of meer computer(s), van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken,
heeft verspreid en/of aangeboden en/of verworven en/ofin bezit heeft gehad
en/of zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft, welke seksuele gedraging
(en
)- zakelijk weergegeven - bestond
(en
)uit:
-het met de/een vinger(s)/hand en/of (een) penis, vaginaal
en/of anaalpenetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en
/of
-het met
de/een vinger(s)/hand en/ofmond/tong, betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en
/of het met de mond/tong, betasten/aanraken en/of likken van het geslachtsdeel van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt (foto nr 6 en 7, P. 795 in het dossier en/of
- het
geheel ofgedeeltelijk naakt
(laten
)poseren van
/dooreen persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij deze persoon gekleed is en/of opgemaakt is en/of poseert in
een omgeving en/of ineen
(erotisch getinte
)houding (op een wijze) die niet bij zijn/haar leeftijd past/
passenen
/of waarbij deze persoon zich (vervolgens) in opeenvolgende afbeeldingen/filmfragmenten van zijn/haar kleding ontdoet en/of (waarna)door het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose
en/of de wijze van kleden van deze persoon en/of de uitsnede van de foto's/filmsnadrukkelijk het (ontblote) geslachtsdeel, de borsten en/of billen van die persoon in beeld gebracht worden
, (waarbij
)de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling
(foto nr 8 tm 12, P. 795 tot en met 797 in het dossier) en/of het masturberen boven/bij en/of ejaculeren op het gezicht en/of het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of het houden van een (stijve) penis bij/naast het gezicht en/of lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij op dat gezicht en/of lichaam een op sperma gelijkende substantie zichtbaar is, (waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling, althans, welke seksuele gedragingen bestonden uit het tonen van het naakte/ontblote lichaam, althans delen van het naakte/ontblote lichaam,
van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt; (Foto nr 13 en 14, P. 797 en 798 in het dossier)
en hij aldus van het plegen van dit misdrijf een gewoonte heeft gemaakt.
Het hof acht niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezenverklaard, zodat deze daarvan behoort te worden vrijgesproken.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Het onder 1 subsidiair bewezenverklaarde levert op:
met iemand beneden de leeftijd van zestien jaren buiten echt ontuchtige handelingen plegen.
Het onder 2 bewezenverklaarde levert op:
een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, vervaardigen, meermalen gepleegd.
Het onder 3 bewezenverklaarde levert op:
een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, in bezit hebben, terwijl van het plegen van dit misdrijf een gewoonte wordt gemaakt.
Strafbaarheid van de verdachte
Verdachte is strafbaar aangezien geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die verdachte niet strafbaar zou doen zijn.
Oplegging van straf en/of maatregel
Standpunt van het openbaar ministerie
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof verdachte eenzelfde straf zal opleggen als de rechtbank. De ongecensureerde foto's die verdachte in zijn bezit had, zijn shocking en hij blijft tegen de klippen op ontkennen. Verdachte heeft uitsluitend voor zijn eigen gerief een hele familie kapot gemaakt. De advocaat-generaal heeft verzocht de bijzondere voorwaarden overeenkomstig het vonnis aan de voorwaardelijke straf te koppelen en een contactverbod, als bedoeld in artikel 38v van het Wetboek van Strafboek op te leggen.
Standpunt van de verdediging
De verdediging heeft verzocht bij de strafoplegging rekening te houden met de vrijspraak van feit 1 primair. Verdachte zit al 20 maanden in voorarrest en het is een forse straf voor een first offender. De raadsvrouw heeft aangegeven dat een gevangenisstraf van eenzelfde duur als het voorarrest, eventueel met een voorwaardelijke straf, passend zou zijn. De verdediging heeft geen bezwaren tegen de bijzondere voorwaarden naar voren gebracht. Verdachte staat open voor behandeling en zal daaraan meewerken.
Oordeel van het hof
De hierna te melden strafoplegging is in overeenstemming met de aard en de ernst van het bewezenverklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan, mede gelet op de persoon van verdachte, zoals van een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
Het hof heeft bij de straftoemeting in het bijzonder in aanmerking genomen en vindt daarin de redenen die tot de keuze van een deels onvoorwaardelijke vrijheidsstraf van de hierna aan te geven duur leiden het volgende.
Verdachte heeft jarenlang kinderpornografische afbeeldingen (van met name jonge meisjes) in zijn bezit gehad en seksueel getinte foto's van het nichtje van zijn ex-partner gemaakt.
Het is een feit van algemene bekendheid dat kinderen die slachtoffer zijn geweest van de
productie van kinderpornografie nog jaren lang, zo niet hun verdere leven, niet alleen
psychische, maar ook vaak lichamelijke gevolgen ondervinden van het seksueel misbruik dat zij hebben moeten doorstaan en de daarmee gepaard gaande vernederingen.
De vraag naar en het bezit van kinderpornografie dragen bij aan de productie ervan en daarmee dus ook aan het misbruik van die kinderen.
Verdachte heeft verder de vagina van het nichtje van zijn ex-partner betast en gefotografeerd en daarmee niet alleen haar lichamelijke integriteit geschonden, maar ook het vertrouwen van zijn partner en haar familie ernstig beschaamd.
Het hof heeft bij de bepaling van de straf de oriëntatiepunten van het Landelijk Overleg
Vakinhoud Strafrecht (LOVS) als uitgangspunt genomen. De rechtbank heeft een gevangenisstraf van 36 maanden opgelegd, waarvan zes maanden voorwaardelijk. Daarbij is rekening gehouden met de strafverzwarende omstandigheid van artikel 248 van het Wetboek van Strafrecht (aan zijn zorg of waakzaamheid toevertrouwd). Hoewel het hof verdachte hiervan zal vrijspreken, zal dat niet leiden tot een lagere gevangenisstraf.
Het hof overweegt daarbij dat verdachte bij hoog en bij laag blijft volhouden dat hij, ondanks alle bewijzen van het tegendeel, niet degene is geweest die de kinderporno op zijn gegevensdragers heeft geplaatst of de foto's van [slachtoffer] heeft gemaakt. Hij heeft geen enkele verantwoordelijkheid genomen en steeds naar bekende en onbekende derden gewezen. En hoewel hij ter terechtzitting heeft toegezegd mee te zullen werken aan een behandeling, zal een behandeling bij een ontkennende verdachte veel minder effectief zijn om het recidiverisico te beperken. Daarom is het hof van oordeel dat de door de advocaat-generaal gevorderde strafoplegging passend en geboden is. Aan het voorwaardelijk deel van de gevangenisstraf zullen de bijzondere voorwaarden van meldplicht, behandeling, een contactverbod met [slachtoffer] en een voorwaarde ter preventie van- en controle op het bezit van kinderporno, worden verbonden, zoals hieronder geformuleerd.
Contact- en locatieverbod
Het hof ziet geen aanleiding om een contactverbod ten aanzien van de ouders van [slachtoffer] in de bijzondere voorwaarden, verbonden aan de voorwaardelijke straf, op te nemen. Uit het dossier en het onderzoek ter terechtzitting is wel gebleken dat verdachte sinds zijn aanhouding veelvuldig contact met zijn ex-partner heeft gezocht, maar er zijn geen aanwijzingen dat hij contact zou zoeken met haar familieleden, waaronder de ouders van [slachtoffer] .
Het hof zal wel een verbod opleggen om, op welke wijze dan ook, contact te zoeken met [slachtoffer] .
Het opleggen van de maatregel van 38v van het Wetboek van Strafrecht is - zo blijkt uit de aanhef van de strafbepaling- bedoeld ter beveiliging van de maatschappij of ter voorkoming van strafbare feiten.
Het hof acht de kans dat verdachte zich na zijn detentie in de nabijheid van [slachtoffer] of haar ouders zal begeven en de kans op recidive (voor zover het [slachtoffer] betreft) echter dermate laag, dat het opleggen van de maatregel geen meerwaarde biedt. Om diezelfde reden zal ook geen locatieverbod aan de bijzondere voorwaarden worden verbonden.
Tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat de verdachte in aanmerking komt voor deelname aan een penitentiair programma, als bedoeld in artikel 4 Penitentiaire beginselenwet, dan wel de regeling van voorwaardelijke invrijheidstelling, als bedoeld in artikel 6:2:10 Wetboek van Strafvordering, aan de orde is.
Beslag
Het hof zal de volgende voorwerpen op grond van artikel 36c van het Wetboek van
Strafrecht onttrekken aan het verkeer. Het bewezenverklaarde feit 3 is met behulp van deze voorwerpen begaan en op deze gegevensdragers zijn kinderpornografische afbeeldingen aangetroffen, waarvan het ongecontroleerde bezit in strijd is met wet:
-1 computer (omschrijving: [nummer 1] , [computer 1] );
-1 harde schijf zwart (omschrijving: [nummer 2] ) en
-1 computer (omschrijving: [nummer 3] , [computer 2] ).
Het hof zal bepalen dat de [laptop 2] (omschrijving: [nummer 4] ,
[laptop 2] ) dient te worden bewaard ten behoeve van de rechthebbende, nu op deze laptop geen
kinderpornografisch materiaal is aangetroffen en nu verdachte heeft ontkend dat deze laptop
van hem is.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij]
De benadeelde partij heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding van immateriële schade. Deze bedraagt € 10.000,00. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep toegewezen tot een bedrag van € 5.000,00.
De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep opnieuw gevoegd voor het bedrag van de oorspronkelijke vordering.
Mr. Rotgans heeft ter terechtzitting van het hof de vordering nader toegelicht en een verklaring van de moeder van [benadeelde partij] overgelegd.
De raadsvrouw van verdachte heeft verzocht het door de rechtbank toegewezen bedrag te matigen. De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de gehele vordering zal worden toegewezen.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van het onder 1 subsidiair en 2 bewezenverklaarde handelen van verdachte rechtstreeks schade heeft geleden. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden.
Het hof is echter van oordeel dat een vergoeding ter hoogte van € 1.000,-- volstaat. De vergelijking met de door de raadsvrouw genoemde gevallen, gaat mank. Er is geen enkele aanwijzing dat de foto's van [benadeelde partij] op internet terecht zijn gekomen en er is geen sprake van langdurig misbruik al dan niet met penetratie. Ook ziet de psycholoog kennelijk geen aanleiding om [benadeelde partij] te behandelen voor een door de ontuchtige handelingen opgelopen trauma. Het hof acht die gevolgen daarom onvoldoende onderbouwd.
Voor het meer gevorderde is het hof van oordeel dat behandeling van de vordering een onevenredige belasting van het strafgeding oplevert. In zoverre kan de benadeelde partij daarom thans in de vordering niet worden ontvangen en kan de vordering slechts bij de burgerlijke rechter worden aangebracht.
Om te bevorderen dat de schade door verdachte wordt vergoed, zal het hof de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht opleggen op de hierna te noemen wijze.
BEM-clausule
Het hof zal, zoals door de wettelijk vertegenwoordiger van de benadeelde partij is
verzocht, tevens bepalen dat de als gevolg van deze uitspraak aan [benadeelde partij] te betalen
schadevergoeding zal worden gestort op een ten behoeve van [benadeelde partij] te openen
bankrekening met een zogenoemde BEM-clausule, ter bescherming van de belangen van de
minderjarige. De minderjarige en haar wettelijke vertegenwoordiger kunnen aldus slechts met toestemming van de kantonrechter over het vermogen van de minderjarige beschikken tot zij achttien jaar is.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
Het hof heeft gelet op de artikelen 14a, 14b, 14c, 36f, 57, 240b en 247 van het Wetboek van Strafrecht.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij golden ten tijde van het bewezenverklaarde.

BESLISSING

Het hof:
Verklaart de verdachte niet-ontvankelijk in het hoger beroep, voor zover gericht tegen de beslissing ter zake van het onder 4 tenlastegelegde.
Vernietigt het vonnis waarvan beroep voor zover aan het oordeel van het hof onderworpen en doet in zoverre opnieuw recht:
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het onder 1 primair tenlastegelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij;
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het onder 1 subsidiair, 2 en 3 tenlastegelegde heeft begaan;
Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezenverklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;
Verklaart het onder 1 subsidiair, 2 en 3 bewezenverklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar;
Veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
36 (zesendertig) maanden;
Bepaalt dat een gedeelte van de gevangenisstraf, groot
6 (zes) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
3 (drie) jaren:
-aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Stelt als bijzondere voorwaarden dat verdachte:
1. zich binnen 5 dagen na het ingaan van de proeftijd meldt bij Reclassering Nederland
in de regio waar betrokkene woonachtig is. Verdachte blijft zich melden op afspraken
met de reclassering, zo vaak en zolang de reclassering dat nodig vindt;
2. zich laat behandelen door de Waag of een soortgelijke zorgverlener gespecialiseerd in
zedenproblematiek, te bepalen door de reclassering. De behandeling start zo spoedig
mogelijk. De behandeling duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering
nodig vindt. Verdachte houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de
zorgverlener geeft voor de behandeling. Gelet op de problematiek kan hieronder ook
het innemen van medicijnen vallen, als de zorgverlener dat nodig vindt;
3. op geen enkele wijze - direct of indirect - contact zoekt met het slachtoffer [slachtoffer] , zolang het Openbaar Ministerie dit verbod nodig vindt.
4. zich op welke wijze dan ook onthoudt van:
- gedrag dat is gericht op het verkrijgen van kinderpornografisch materiaal in een
digitale omgeving;
- gedrag dat is gericht op communicatie over seksuele handelingen met minderjarigen
in een digitale omgeving;
- tijdens de gesprekken met de reclassering bespreekt hoe hij denkt dit gedrag te
voorkomen en zich open opstelt in de gesprekken hierover;
- meewerkt aan (onaangekondigde) geautomatiseerde controle van digitale
gegevensdragers tijdens een huisbezoek ten behoeve van het toezicht op de naleving
van deze gedragsvoorschriften, in die zin dat:
- verdachte maximaal driemaal per jaar in het kader van die controle aan de
reclassering en (een) eventueel door de reclassering uitgenodigde medewerker(s) van de digitale recherche van het Team Bestrijding Kinderporno en Kindersekstoerisme (TBKK) de toegang moet verschaffen tot zijn woning;
- verdachte daarbij op verzoek van de reclassering al zijn digitale gegevensdragers tijdens dat huisbezoek ter beschikking moet stellen dan wel moet overhandigen aan de reclasseringswerker(s) en/of de medewerker(s) van de digitale recherche;
-verdachte de reclasseringswerker(s) en/of de medewerker(s) van de digitale
recherche toegang moet verschaffen tot al zijn digitale gegevensdragers,
bijvoorbeeld door het geven van benodigde wachtwoorden;
De controle dient zich uitdrukkelijk te beperken tot geautomatiseerd onderzoek dat is
gericht op het zoeken naar (de opbrengst van) overtredingen van de hiervoor
geformuleerde gedragsvoorschriften. Dat betekent dat tijdens die controle uitsluitend
geautomatiseerd gezocht mag worden naar (sporen van) het zoeken naar of de
aanwezigheid van kinderpornografische afbeeldingen op de digitale gegevensdragers
en naar feiten waaruit blijkt dat de gegevensdragers zijn gebruikt voor communicatie
over seksuele handelingen met minderjarigen op de digitale gegevensdragers van
verdachte;
Aan de bijzondere voorwaarden is verbonden dat verdachte:
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit zijn medewerking zal verlenen
aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als
bedoeld in artikel 1 Wet op de identificatieplicht ter inzage zal aanbieden;
- zijn medewerking zal verlenen aan het door Reclassering Nederland te houden toezicht, bedoeld in artikel 14c, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen.
Geeft opdracht aan de reclassering tot het houden van toezicht op de naleving van voormelde bijzondere voorwaarden onder 1, 2 en 4 en de verdachte ten behoeve daarvan te begeleiden;
Beveelt dat de tijd die door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in enige in artikel 27, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht bedoelde vorm van voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht;
Beveelt de onttrekking aan het verkeer van de in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
- 1 computer (omschrijving: [nummer 1] , [computer 1] );
- 1 harde schijf zwart (omschrijving: [nummer 2] );
- 1 computer (omschrijving: [nummer 3] , [computer 2] ).
Gelast de bewaring ten behoeve van de rechthebbende van het in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerp, te weten:
1. laptop (omschrijving: [nummer 4] , [laptop 2] ).
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [benadeelde partij] ter zake van het onder 1 subsidiair en 2 bewezenverklaarde tot het bedrag van € 1.000,00 (duizend euro) ter zake van immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen;
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [benadeelde partij] , ter zake van het onder 1 subsidiair en 2 bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 1.000,00 (duizend euro) als vergoeding voor immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening;
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 20 (twintig) dagen. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte aan een van beide betalingsverplichtingen heeft voldaan, de andere vervalt;
Bepaalt de aanvangsdatum van de wettelijke rente voor de immateriële schade op
26 mei 2017;
Bepaalt dat de als gevolg van deze uitspraak te betalen schadevergoeding dient te worden gestort op een ten behoeve van de benadeelde partij te openen bankrekening met een BEM-clausule.
Aldus gewezen door
mr. H.M.E. Tebbenhoff Rijnenberg, voorzitter,
mr. E.W. van den Heuvel en mr. M.H.D.M. van Leent, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. N.E. Versloot, griffier,
en op 22 november 2023 ter openbare terechtzitting uitgesproken.