De vader is met twee grieven in hoger beroep gekomen van de bestreden beschikking.
De vader verzoekt het hof de bestreden beschikking te vernietigen, en, opnieuw beschikkende:
- de eerste drie maanden:
woensdag in de schoolweken gedurende zes uren, waarbij de vader [de minderjarige] ophaalt van school en de overdracht bij de moeder na afloop van het omgangsmoment begeleid wordt door een onafhankelijke instantie;
- na ommekomst van drie maanden:
woensdag in de schoolweken gedurende zes uren, waarbij de vader [de minderjarige] ophaalt van school en de overdracht bij de moeder na afloop van het omgangsmoment begeleid wordt door een onafhankelijke instantie;
eens per twee weken een zaterdag, waarbij de moeder [de minderjarige] naar de vader brengt om 12.00 uur en de vader [de minderjarige] te 18.30 uur weer terugbrengt naar de moeder;
- na ommekomst van zes maanden:
woensdag in de schoolweken gedurende zes uren, waarbij de vader [de minderjarige] ophaalt van school en de overdracht bij de moeder na afloop van het omgangsmoment begeleid wordt door een onafhankelijke instantie;
eens per twee weken een weekend van zaterdag 12.00 uur tot en met zondag 12.00 uur, waarbij de ouder waar [de minderjarige] tot dan verblijft [de minderjarige] naar de andere ouder toebrengt;
- na ommekomst van negen maanden:
woensdag in de schoolweken gedurende zes uren, waarbij de vader [de minderjarige] ophaalt van school en de overdracht bij de moeder na afloop van het omgangsmoment begeleid wordt door een onafhankelijke instantie;
eens per twee weken een weekend van zaterdag 12.00 uur tot en met zondag 17.00 uur, waarbij de ouder waar [de minderjarige] tot dan verblijft [de minderjarige] naar de andere ouder toebrengt;
alsmede gedurende de helft van de feest- en vakantiedagen in nader onderling overleg tussen de ouders te verdelen.