ECLI:NL:GHARL:2023:9289
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte in hoger beroep tegen eerdere vrijspraak van de rechtbank voor omkoping, oplichting en valsheid in geschrift
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 31 oktober 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Noord-Nederland van 15 juli 2021. De verdachte, een bedrijf gevestigd te [plaats], was eerder vrijgesproken van de tenlastegelegde feiten van actieve omkoping van een ambtenaar, oplichting en valsheid in geschrift. De officier van justitie had hoger beroep ingesteld tegen deze vrijspraak. Tijdens de zitting op 17 oktober 2023 heeft het hof het dossier en de vordering van de advocaat-generaal, die een geldboete van € 36.000,- vroeg, bestudeerd. De verdediging voerde aan dat het openbaar ministerie niet-ontvankelijk in de vervolging moest worden verklaard, omdat het gelijkheidsbeginsel zou zijn geschonden. Het hof oordeelde echter dat het openbaar ministerie ontvankelijk was in de vervolging, aangezien de beslissing om al dan niet tot vervolging over te gaan discretionair is en slechts in uitzonderlijke gevallen kan worden getoetst.
Het hof bevestigde het vonnis van de rechtbank, waarbij werd geoordeeld dat de inhoud van de e-mail- en Whatsappberichten in het dossier niet het wettig en overtuigend bewijs voor omkoping en valsheid in geschrift opleverde. Het hof was van mening dat de rechtbank op juiste wijze en goede gronden had beslist en dat de behandeling in hoger beroep geen aanleiding gaf om anders te oordelen. De verdachte werd derhalve vrijgesproken van alle tenlastegelegde feiten, en het hof bevestigde het eerdere vonnis van de rechtbank.