Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
- het beroepschrift, ingekomen op 21 februari 2023;
- het verweerschrift tevens houdende incidenteel hoger beroep met producties 1 en 2;
- het verweerschrift in het incidenteel hoger beroep tevens vermeerdering van verzoek met producties 1 en 2;
- een journaalbericht van mr. Maas van 13 juni 2023 met twee herstelbeschikkingen, en
- een journaalbericht van mr. Maas van 17 juli 2023 met productie 3.
3.De kern van de zaak
- overwogen dat partijen over en weer veel bedragen van elkaar te vorderen hebben en dat zij samen afspraken zullen moeten maken hoe zij dit gaan verrekenen en voldoen;
- bepaald dat de man de woning, althans het aandeel van de vrouw daarin, uiterlijk twee maanden na de beschikking zal overnemen, onder de voorwaarde dat de man de op die woning rustende hypothecaire lening als eigen schuld zal aflossen en dat de vrouw uit haar (hoofdelijke) aansprakelijkheid ten aanzien van die lening zal worden ontslagen, en aan de vrouw de helft van de overwaarde (verschil tussen de getaxeerde waarde en de hypothecaire schuld) zal voldoen, waarbij de kosten van overdracht van de woning door partijen ieder voor de helft worden gedragen;
- bepaald dat indien het niet mogelijk is voor de man om de overname van de woning binnen de gestelde termijn te realiseren, de woning zo spoedig mogelijk moet worden verkocht via makelaar [naam1] , waarna de netto verkoopopbrengst bij helfte wordt gedeeld;
- bepaald dat de man aan de vrouw € 50.310,54 moet betalen als gevolg van het aan de vrouw toekomende vergoedingsrecht samenhangend met de overbruggingsfinanciering;
- bepaald dat het saldo van de opbouwspaarrekening aan de man wordt toegedeeld tegen de waarde op de datum van de levering van de echtelijke woning, waarbij wordt verrekend hetgeen de vrouw tot die datum te weinig heeft bijgedragen aan deze rekening;
- bepaald dat partijen de woon- en eigenaarslasten vanaf 1 november 2022 gelijktijdig met de levering van de woning met elkaar zullen verrekenen;
- bepaald dat de vrouw in verband met een schuldbekentenis een bedrag van € 47.500, vermeerderd met de rente van 5% per jaar, aan de man moet voldoen, te rekenen vanaf het tijdstip van de beëindiging van het geregistreerd partnerschap totdat dit door de vrouw is voldaan danwel is verrekend.
- te bepalen dat de rente over de schuldbekentenis is verschuldigd tot 23 januari 2023, althans tot een door het hof te bepalen datum,
- te bepalen dat de man een bepaalde gebruiksvergoeding is verschuldigd,
- te bepalen dat de vrouw € 3.000 onverschuldigd heeft betaald aan de man en hem te veroordelen dit terug te betalen,
- te bepalen dat de man haar € 58.547,47 moet voldoen wegens het vergoedingsrecht, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 23 november 2022,
- te bepalen dat de opbouwspaarrekening tegen de waarde op de datum van levering van de woning wordt toegedeeld aan de man en hij veroordeeld wordt de helft van die waarde aan de vrouw te voldoen, waarbij wordt verrekend wat de vrouw tot die datum te weinig heeft bijgedragen, waarbij dat laatste door de man onderbouwd moet worden met verificatoire stukken, en
- de vergoedingsvorderingen van de man te verrekenen met het aandeel van de vrouw in de overwaarde van de woning.
4.De motivering van de beslissing
diestelling - nu die wordt betwist - de bewijslast. Hij voert echter aan dat het aan de vrouw is om aan te tonen wat er met de overbruggingsgelden is gedaan. Daarmee miskent de man de bewijsrechtelijke systematiek uit de wet. De man toont ook op geen enkele wijze aan dat deze overbruggingsgelden enkel aan de vrouw ten goede zijn gekomen. Zelfs maar een begin van bewijs daarvan ontbreekt. Het is overigens ook logisch dat de overbruggingsgelden zijn gebruikt ten behoeve van de aankoop van de woning. Van algemene bekendheid is dat een overbruggingshypotheek er voor bedoeld is om de aankoop van een nieuwe woning te kunnen betalen als de oude woning nog niet is verkocht. De verkoopopbrengst van de oude woning is dan namelijk nog niet beschikbaar. Zodra de oude woning verkocht is, wordt uit de verkoopopbrengst de overbruggingslening voldaan. Deze systematiek staat ook in een bericht van [de bank] , waarin nadere uitleg wordt gegeven over de overbruggingshypotheek. Een bericht dat de man nota bene zelf als productie heeft overgelegd. Ook in het slot van zijn spreekaantekeningen merkt mr. Maas de systematiek van een overbruggingshypotheek op en vermeldt daarin dat ook de vrouw dat begrijpt. Des te onbegrijpelijker is daarom het betoog van de man dat de overbruggingsgelden niet zijn gebruikt voor de aankoop van de woning en een overbruggingskrediet altijd voor iets anders is dan ‘grond en stenen’.
- de man dient de woning uiterlijk binnen één maand na de datum van deze beschikking over te nemen, onder de voorwaarde dat de vrouw zal worden ontslagen uit de (hoofdelijke) aansprakelijkheid voor de hypothecaire geldlening, waarbij de man de hypothecaire geldlening als eigen schuld zal aflossen en aan de vrouw de helft van het verschil tussen de getaxeerde waarde en de hypothecaire geldlening zal voldoen;
- indien de man de woning niet binnen de gestelde termijn heeft overgenomen, dient de woning binnen drie weken daarna in de verkoop te worden gezet;
- partijen zullen alsdan gezamenlijk aan een makelaar van makelaarskantoor [naam1] te [woonplaats2] opdracht geven tot verkoop van de woning aan de [adres] te [plaats1] tegen een door partijen overeen te komen vraagprijs;
- indien het partijen niet lukt om gezamenlijk voormelde makelaar een opdracht tot verkoop te geven wordt de vrouw gemachtigd om de verkoopopdracht mede namens de man te ondertekenen, waarbij deze beschikking de handtekening van de man vervangt;
- indien het partijen niet lukt om binnen één week na de opdrachtverlening gezamenlijk de vraagprijs te bepalen, zal de makelaar die bindend voor partijen vaststellen, waarbij ieder van partijen dit aan de makelaar kan verzoeken;
- indien het volgens de makelaar nodig is de vraagprijs op enig moment bij te stellen dienen partijen het daar over eens te zijn en als zij het niet eens worden kan de makelaar de vraagprijs aanpassen;
- de man dient zijn medewerking te verlenen aan alle feitelijke handelingen die redelijkerwijs nodig zijn om tot een zo hoog mogelijke verkoopprijs van de woning te komen, waaronder in ieder geval:
- het opvolgen van de aanwijzingen van de makelaar;
- het verschaffen van toegang tot de woning aan de makelaar met potentiële kopers;
- het ordelijk en schoonhouden van de woning;
- het netjes houden van de tuin;
- niet aanwezig zijn op het moment dat de makelaar met potentiële kopers op het perceel is;
- het zich onthouden van handelingen die de verkoop van de woning belemmeren/verslechteren;
- partijen dienen het eens te worden over de uiteindelijke verkoopprijs en voor het geval zij het niet eens kunnen worden, kan de makelaar die voor partijen bindend vaststellen door een acceptabel bod te accepteren;
- partijen dienen hun medewerking te verlenen aan de ondertekening van de koopakte;
- voor het geval de man hier op eerste verzoek van de vrouw niet aan meewerkt wordt de vrouw gemachtigd om mede namens de man de koopakte (al dan niet onder de gebruikelijke opschortende en/of ontbindende voorwaarden) van de woning te ondertekenen, waarbij deze beschikking de handtekening van de man vervangt;
- partijen dienen hun medewerking te verlenen aan de akte van levering;
- voor het geval de man hier op eerste verzoek van de vrouw of de notaris niet aan meewerkt wordt de vrouw gemachtigd om namens de man de akte van levering te ondertekenen waarbij deze beschikking de handtekening van de man vervangt;
- de kosten van de makelaar en de overige kosten ter zake van de verkoop en de levering worden door partijen ieder voor de helft gedragen en worden voldaan en verrekend ter gelegenheid van de notariële levering vanuit de verkoopopbrengst van de woning;
- de hypothecaire geldlening wordt bij die gelegenheid afgelost uit de verkoopopbrengst;
- de alsdan resterende netto-verkoopopbrengst zal tussen partijen bij helfte worden verdeeld;
- indien de man niet meewerkt aan de feitelijke handelingen tot verkoop van de woning zoals voornoemd binnen zestig dagen na betekening van deze beschikking, dient de man de woning te ontruimen en ontruimd te houden en de woning onder afgifte van de sleutels ter beschikking van de makelaar te stellen, waarbij de kosten van ontruiming voor rekening van de man zijn.
- helft van de opbouwspaarrekening
- helft overwaarde woning
- helft huurpenningen loods
- helft restitutie jaarkosten [naam2] 2022 (gas en elektra)
- helft restitutie jaarkosten [naam3] 2022 (water)
- rente over de schuldbekentenis
- omzetbelasting huur
- woon- en eigenaarslasten 1 tot en met 3 november 2022
- aanslagbiljet gemeentelijke belastingen 2022 € 477,23
- factuur [naam4] € 553,49
- factuur [naam4] € 164,52
- factuur [naam5] € 249,16
- factuur [naam6] € 206,55
- factuur [naam7] € 234,00
- aanslagbiljet gemeentelijke belastingen 2023 € 1.780,79
5.De slotsom
6.De beslissing
- bepaalt dat man de woning uiterlijk binnen één maand na de datum van deze beschikking dient over te nemen, onder de voorwaarde dat de vrouw zal worden ontslagen uit de (hoofdelijke) aansprakelijkheid voor de hypothecaire geldlening, waarbij de man de hypothecaire geldlening als eigen schuld zal aflossen en aan de vrouw de helft van het verschil tussen de getaxeerde waarde en de hypothecaire geldlening zal voldoen;
- bepaalt dat indien de man de woning niet binnen de gestelde termijn heeft overgenomen, de woning binnen drie weken daarna in de verkoop moet worden gezet;
- bepaalt dat partijen alsdan gezamenlijk aan een makelaar van makelaarskantoor [naam1] te [woonplaats2] opdracht zullen geven tot verkoop van de woning tegen een door partijen overeen te komen vraagprijs;
- indien het partijen niet lukt om gezamenlijk voormelde makelaar een opdracht tot verkoop te geven machtigt het hof de vrouw voor alsdan om mede namens de man de verkoopopdracht te ondertekenen, waarbij deze beschikking de handtekening van de man vervangt;
- bepaalt dat indien het partijen niet lukt om binnen één week na de opdrachtverlening gezamenlijk de vraagprijs te bepalen, de makelaar die bindend voor partijen zal vaststellen, waarbij ieder van partijen dit aan de makelaar kan verzoeken;
- bepaalt dat indien het volgens de makelaar nodig is de vraagprijs op enig moment bij te stellen partijen het daar onderling over eens dienen te zijn en zo zij dit niet eens worden kan de makelaar de vraagprijs zelfstandig aanpassen;
- bepaalt dat de man zijn medewerking dient te verlenen aan alle feitelijke handelingen die redelijkerwijs nodig zijn om tot een zo hoog mogelijke verkoopprijs van de woning te komen, waaronder in ieder geval begrepen:
- het opvolgen van de aanwijzingen van de makelaar;
- het verschaffen van toegang tot de woning aan de makelaar met potentiële kopers;
- het ordelijk en schoonhouden van de woning;
- het netjes houden van de tuin;
- niet aanwezig zijn op het moment dat de makelaar met potentiële kopers op het perceel is;
- het zich onthouden van handelingen die de verkoop van de woning belemmeren/verslechteren;
- bepaalt dat partijen het eens dienen te worden over de uiteindelijke verkoopprijs en voor het geval zij het niet eens kunnen worden, kan de makelaar die voor partijen bindend vaststellen door een acceptabel bod te accepteren;
- bepaalt dat partijen hun medewerking dienen te verlenen aan de ondertekening van de koopakte;
- voor het geval de man hier op eerste verzoek van de vrouw niet aan meewerkt machtigt het hof de vrouw voor alsdan om mede namens de man de koopakte (al dan niet onder de gebruikelijke opschortende en/of ontbindende voorwaarden) van de woning te ondertekenen, waarbij deze beschikking de handtekening van de man vervangt;
- bepaalt dat partijen hun medewerking dienen te verlenen aan de akte van levering;
- voor het geval de man hier op eerste verzoek van de vrouw of de notaris niet aan meewerkt machtigt het hof voor alsdan de vrouw om namens de man de akte van levering te ondertekenen waarbij deze beschikking de handtekening van de man vervangt;
- bepaalt dat de kosten van de makelaar en de overige kosten ter zake van de verkoop en de levering door partijen ieder voor de helft worden gedragen en worden voldaan en verrekend met de verkoopopbrengst van de woning ter gelegenheid van de notariële levering;
- bepaalt dat de hypothecaire geldlening bij die gelegenheid wordt afgelost uit de verkoopopbrengst;
- bepaalt dat de alsdan resterende netto-verkoopopbrengst tussen partijen bij helfte dient te worden verdeeld;
- bepaalt dat indien de man niet meewerkt aan de feitelijke handelingen tot verkoop van de woning zoals voornoemd binnen zestig dagen na betekening van de deze beschikking, de man de woning dient te ontruimen en ontruimd te houden en de woning onder afgifte van de sleutels ter beschikking van de makelaar dient te stellen, waarbij de kosten van ontruiming voor rekening van de man zijn;