Uitspraak
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Het onderzoek van de zaak
- het vonnis van de politierechter zal vernietigen;
- de verdachte zal vrijspreken van het primair aan hem ten laste gelegde feit;
- de verdachte ter zake van het subsidiair aan hem ten laste gelegde feit zal veroordelen tot een taakstraf voor de duur van honderdtachtig uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door negentig dagen hechtenis.
Het vonnis waartegen het hoger beroep is gericht
De tenlastelegging
kunnen leiden:
Vrijspraak van het primair ten laste gelegde feit
oogmerkheeft gehad om de onder hem aangetroffen (valse) bankbiljetten als echt en onvervalst uit te geven en/of te doen uitgeven ontbreken.
Overweging met betrekking tot het bewijs
rechtstreeksegevolg is van het onrechtmatig staande houden van de verdachte door de politie.
medeter controle op de naleving van de bij of krachtens de Wegenverkeerswet 1994 gestelde bepalingen en is de verdachte om inzage van zijn rijbewijs gevraagd.
rechtstreeksegevolg geweest van enig tegen de verdachte uitgeoefend dwangmiddel of van de inzet van enige opsporingsbevoegdheid, maar van het vrijwillig voldoen van de verdachte aan een (herhaald) verzoek van de hoofdagent aan hem om zijn jaszakken leeg te maken.
reeds op dat momentin beslag zijn genomen door de politie.
Bewezenverklaring van het subsidiair ten laste gelegde feit
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde feit
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
- de verhouding tot andere strafbare feiten, zoals onder meer tot uitdrukking komt in het hierop gestelde wettelijk strafmaximum en in de straffen die voor soortgelijke feiten worden opgelegd;
- de omstandigheid dat vals geld in het algemeen het vertrouwen in papiergeld kan ondermijnen en het monetaire verkeer schade kan toebrengen als het in omloop wordt gebracht.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
geldboetevan
€ 750,00 (zevenhonderdvijftig euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
15 (vijftien) dagen hechtenis.