Uitspraak
S&H,
[geïntimeerde],
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak, die voor het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden diende, betreft het een hoger beroep van Smid & Hollander Dakbouw B.V. (hierna: S&H) tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Overijssel. Het hof heeft op 11 juli 2023 uitspraak gedaan in het eindarrest, dat een vervolg is op eerdere arresten van 28 februari 2023 en 5 april 2022. De zaak draait om de omvang van de schade die S&H claimt in verband met verschillende projecten, waarbij het hof eerder heeft geoordeeld dat S&H recht heeft op betaling van een bedrag van € 17.391,83, met een openstaande post voor project 1 en een bedrag van € 4.160 voor onderzoekskosten.
Het hof heeft in het eindarrest vastgesteld dat S&H onvoldoende heeft aangetoond dat zij de geïntimeerde in de gelegenheid heeft gesteld om het dak van project 1 te inspecteren. De bewijslast voor de gestelde schade en de kosten van herstel ligt bij S&H, maar het hof concludeert dat de schade niet aannemelijk is gemaakt. Hierdoor wordt de claim voor de openstaande post afgewezen.
Daarnaast heeft S&H aanspraak gemaakt op wettelijke rente vanaf de dag van dagvaarding, welke door het hof is toegewezen. Het hof heeft ook de proceskostenveroordeling uit de rechtbankprocedure in stand gelaten, met uitzondering van de kosten van beslag op de onroerende zaak, die aan de geïntimeerde zijn opgelegd. Het hof heeft de geïntimeerde veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 21.551,83 met wettelijke rente en € 310,68 voor de kosten van beslag.
Het hof heeft de vorderingen van S&H voor het overige afgewezen en de kosten van de procedure in hoger beroep gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt.