In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 20 juni 2023, gaat het om een verzoek tot wijziging van de alimentatie voor een jongmeerderjarige na een echtscheiding. De vrouw, verzoekster in hoger beroep, heeft de rechtbank Gelderland verzocht om de alimentatiebijdrage van de man te verhogen van € 25,- naar € 250,- per maand. De rechtbank heeft dit verzoek afgewezen, omdat de vrouw haar verzoek onvoldoende heeft onderbouwd. De vrouw is in hoger beroep gegaan en heeft haar verzoek vermeerderd, waarbij zij nu een bijdrage van € 383,- per maand vraagt, met ingang van 1 mei 2022.
Tijdens de mondelinge behandeling op 28 april 2023 hebben beide partijen hun standpunten toegelicht. Het hof heeft vastgesteld dat er sprake is van een wijziging van omstandigheden, waardoor de eerdere beschikking van de rechtbank Gelderland van 5 juli 2019 voor wijziging vatbaar is. Het hof heeft echter ook geconstateerd dat beide partijen onvoldoende inzage hebben gegeven in hun inkomenssituatie, wat noodzakelijk is voor de berekening van de alimentatie. Op basis van de beschikbare informatie heeft het hof besloten dat beide ouders de helft moeten bijdragen in de behoefte van de jongmeerderjarige.
Uiteindelijk heeft het hof de bestreden beschikking vernietigd en bepaald dat de man aan de vrouw met ingang van 1 mei 2022 een bijdrage van € 135,93 per maand zal betalen, met een verhoging naar € 140,55 per maand vanaf 1 januari 2023. De bijdrage zal na de meerderjarigheid van de jongmeerderjarige rechtstreeks aan haar worden voldaan. De proceskosten in hoger beroep zijn gecompenseerd, waarbij elke partij de eigen kosten draagt.