ECLI:NL:GHARL:2023:4932
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwikkeling huwelijkse voorwaarden en waardering van aandelen in het kader van echtscheiding
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 13 juni 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep over de afwikkeling van huwelijkse voorwaarden tussen een man en een vrouw na hun echtscheiding. De man, vertegenwoordigd door advocaat mr. J. van Andel, en de vrouw, vertegenwoordigd door advocaat mr. M.G.G. de Bruin, hebben in eerdere procedures al diverse beslissingen van de rechtbank Midden-Nederland aangevochten. Het hof heeft in deze beschikking de waarde van de aandelen van de man in [naam1] B.V. beoordeeld, evenals de pensioenrechten die in het geding zijn. De man heeft bezwaar gemaakt tegen de conclusie van de deskundige dat overdrachtskosten buiten beschouwing moeten blijven, terwijl de vrouw deze conclusie steunt. Het hof heeft geoordeeld dat de deskundige op goede gronden tot zijn conclusie is gekomen en dat de waarde van de aandelen op € 1.589.551 moet worden vastgesteld.
Daarnaast heeft het hof zich gebogen over de vraag of rekening gehouden moet worden met 2% stijgende uitkeringen van de pensioenrechten. De man heeft gesteld dat dit moet gebeuren op basis van de pensioenovereenkomst en eerdere jurisprudentie, terwijl de vrouw zich op het standpunt heeft gesteld dat alleen gelijkblijvende uitkeringen in aanmerking moeten worden genomen. Het hof heeft uiteindelijk besloten dat de pensioenrechten geïndexeerd moeten worden, wat ook ten goede komt aan de vrouw.
De uiteindelijke beslissing van het hof houdt in dat de man aan de vrouw een bedrag van € 446.292,34 moet voldoen uit hoofde van het finaal verrekenbeding. De beschikking van de rechtbank is in zoverre vernietigd en opnieuw vastgesteld, waarbij het hof de eerdere beslissingen en de vermogensopstelling van beide partijen in acht heeft genomen.