ECLI:NL:GHARL:2023:4708
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Bevestiging vonnis groepsverkrachting met aanvullingen in hoger beroep
In deze zaak heeft het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 30 mei 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Overijssel, dat op 10 november 2021 werd uitgesproken. De verdachte, geboren in 2000, was veroordeeld voor verkrachting door twee of meer verenigde personen en kreeg een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 36 maanden, met aftrek van voorarrest. De benadeelde partij kreeg deels gelijk in haar vordering. Het hof bevestigde het vonnis van de rechtbank en voegde enkele gronden toe aan de overwegingen.
Tijdens de zittingen op 30 augustus 2022 en 16 mei 2023 zijn verschillende getuigen gehoord. De verklaringen van deze getuigen, waaronder die van [getuige 1] en [getuige 2], werden door het hof als niet specifiek genoeg beoordeeld om het oordeel van de rechtbank te weerleggen. Het hof hechtte waarde aan de verklaringen die kort na het incident aan de politie waren afgelegd. De verdediging betoogde dat niet kon worden vastgesteld dat het geweld tegen de aangeefster voorafging aan de seksuele handelingen, maar het hof vond dat de bewijsmiddelen dit niet ondersteunden.
Een Pro Justitia rapportage toonde aan dat de verdachte geen psychische stoornis of verstandelijke handicap had, en de reclassering adviseerde om de verdachte volgens het volwassenenstrafrecht te berechten. Het hof concludeerde dat er geen reden was om af te wijken van de strafoplegging van de rechtbank en bevestigde het vonnis. De uitspraak werd gedaan in tegenwoordigheid van de griffier en de advocaat-generaal, waarbij de verdachte niet aanwezig was.