In deze zaak heeft het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 17 mei 2023 een tussenarrest gewezen in het hoger beroep van een verdachte die eerder door de rechtbank Midden-Nederland was veroordeeld tot zeven jaren gevangenisstraf voor een geweldsdelict. De verdachte had hoger beroep ingesteld tegen het vonnis van 18 november 2022, waarin ook beslissingen waren genomen over schadevergoeding aan benadeelde partijen en de teruggave van inbeslaggenomen voorwerpen. Tijdens de regiezitting op 20 april 2023 zijn verschillende verzoeken van de verdediging besproken, waaronder het horen van getuigen en deskundigen, en het uitvoeren van DNA-onderzoek. De verdediging betoogde dat de rechtbank ten onrechte voorbij was gegaan aan belangrijke conclusies van deskundigen en dat er alternatieve scenario's waren die de aanwezigheid van DNA op de schoen van de verdachte konden verklaren. Het hof heeft de verzoeken van de verdediging echter afgewezen, onder verwijzing naar de noodzaak en relevantie van de voorgestelde onderzoeken. Het hof oordeelde dat het voldoende voorgelicht was op basis van de beschikbare rapporten en dat er geen noodzaak was voor aanvullend onderzoek. Het hof heeft het onderzoek heropend en de reclassering verzocht te rapporteren over de verdachte, met bijzondere aandacht voor de toepassing van het adolescentenstrafrecht. De zaak zal worden hervat op een nog nader te bepalen datum.