In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 26 april 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de kinderrechter in de rechtbank Overijssel. De kinderrechter had op 19 januari 2023 een eindezaaksverklaring uitgesproken na een positief afgerond mediation-traject tussen de verdachte en het slachtoffer. De officier van justitie had echter hoger beroep ingesteld, omdat hij voortzetting van het onderzoek had gevorderd. Het hof oordeelde dat de eindezaaksverklaring niet in overeenstemming was met de wet, aangezien de officier van justitie had verzocht om voortzetting van het onderzoek. Het hof vernietigde daarom de beslissing van de kinderrechter en deed opnieuw recht. De verdachte was beschuldigd van diefstal met geweld, gepleegd op 25 oktober 2022. Het hof achtte de verdachte schuldig aan de tenlastegelegde feiten, waarbij hij het slachtoffer meermalen had geslagen en diens tas had weggenomen. De verdachte had een bekennende verklaring afgelegd en er was geen vrijspraak bepleit. Het hof legde een voorwaardelijke taakstraf van 60 uren op, met een proeftijd van 1 jaar, en oordeelde dat de positieve uitkomst van het mediation-traject aanleiding gaf om van de gebruikelijke straffen af te wijken. Het hof benadrukte de ernst van de feiten en de impact op het slachtoffer, maar hield ook rekening met de positieve ontwikkeling van de verdachte sinds het delict.