Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoeker in hoger beroep,
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, gaat het om een wijziging van de zorgregeling tussen de ouders van een minderjarige. De vader, verzoeker in hoger beroep, heeft grieven ingediend tegen de bestreden beschikking van de rechtbank Midden-Nederland, waarin een zorgregeling was vastgesteld. De ouders hebben gezamenlijk het gezag over hun kind, geboren in 2015, en de moeder heeft de minderjarige bij zich wonen. In een eerder ouderschapsplan was afgesproken dat de minderjarige om het weekend bij de vader zou zijn en dat de vakanties en feestdagen in onderling overleg zouden worden verdeeld. De vader verzoekt nu om een wijziging van deze regeling, zodat de minderjarige in even weken bij hem is en de moeder een vergoeding betaalt voor het halen en brengen van de minderjarige.
Tijdens de mondelinge behandeling op 28 maart 2023 is naar voren gekomen dat de ouders zijn gestart met ouderschapsbemiddeling. De vader heeft aangegeven dat de communicatie tussen hen verbeterd is, terwijl de moeder zich zorgen maakt over de toekomst en de mogelijkheid dat de vader de minderjarige teleurstelt. De raad heeft geadviseerd om de procedure aan te houden voor zes maanden, zodat de ouders de kans krijgen om samen tot afspraken te komen. Het hof heeft besloten de behandeling van de zaak aan te houden voor zes maanden, in het belang van de minderjarige, en verzoekt partijen om uiterlijk op 19 september 2023 te rapporteren over de voortgang van de ouderschapsbemiddeling. De volgende zitting is gepland op 3 oktober 2023.