ECLI:NL:GHARL:2023:2798
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Tussenbeschikking
- Rechtspraak.nl
Vervangende toestemming voor erkenning vaderschap en onderzoek naar gezag en contactopbouw
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 28 maart 2023 een tussenbeschikking gedaan in een hoger beroep inzake de erkenning van een kind. De vrouw, verzoekster in hoger beroep, weigerde mee te werken aan een DNA-onderzoek om het biologisch vaderschap van de man vast te stellen. Het hof heeft in eerdere beschikkingen de partijen de mogelijkheid geboden om DNA-onderzoeken te laten verrichten, maar deze zijn niet uitgevoerd. De man heeft verzocht om vervangende toestemming voor de erkenning van het kind, omdat de vrouw haar toestemming niet verleende. Het hof heeft vastgesteld dat de man en de vrouw in de periode van de conceptie veelvuldig bij elkaar waren en dat er seksueel contact heeft plaatsgevonden. Ondanks de weigerachtige houding van de vrouw, heeft het hof voldoende aanknopingspunten om aan te nemen dat de man de verwekker is van het kind. Het hof heeft geoordeeld dat de belangen van het kind en de man zwaarder wegen dan de belangen van de vrouw, en heeft de vervangende toestemming voor erkenning verleend. Daarnaast heeft het hof de raad voor de kinderbescherming verzocht om onderzoek te doen naar de mogelijkheden van gezamenlijk gezag en contactopbouw tussen de man en het kind. De beslissing van de rechtbank is vernietigd en de zaak is aangehouden voor verder onderzoek.