Uitspraak
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Het vonnis waarvan beroep
De tenlastelegging
hij op verschillende tijdstippen, althans op enig tijdstip, in of omstreeks periode van 31 augustus 2019 tot en met 2 september 2019, te [plaats 1] , althans in de gemeente [gemeente 1] , zijn levensgezel, [slachtoffer 1] , heeft mishandeld door de [slachtoffer 1] (telkens) - tegen het hoofd en/of het lichaam te slaan en/of te stompen en/of - bij de keel/hals vast te grijpen en/of in de keel/hals van die [slachtoffer 1] te knijpen en/of - (hard) aan te duwen, waardoor die [slachtoffer 1] ten val is gekomen;
hij op of omstreeks 2 september 2019, te [plaats 1] , althans in de gemeente [gemeente 1] , opzettelijk [slachtoffer 1] wederrechtelijk van de vrijheid heeft beroofd en/of beroofd gehouden, door die [slachtoffer 1] te dwingen/op te dragen in de/een kruipruimte van de woning [woning] te gaan en/of (vervolgens) het luik, dat toegang geeft tot die kruipruimte te blokkeren, althans goederen op het luik, dat toegang geeft tot die kruipruimte, te plaatsen;
hij, op of omstreeks 2 juni 2019 te [plaats 2] , gemeente [gemeente 2] , opzettelijk en wederrechtelijk twee ramen/ruiten van een woning, in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander, te weten aan [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] toebehoorde, heeft vernield, beschadigd, onbruikbaar gemaakt en/of weggemaakt;
hij, op of omstreeks 28 april 2019 te [plaats 2] , gemeente [gemeente 2] , [slachtoffer 2] heeft mishandeld door [slachtoffer 2] voornoemd op/tegen zijn ogen en/of zijn oor, althans in zijn gezicht, te slaan/stompen;
hij op of omstreeks 22 april 2018 te [plaats 2] , gemeente [gemeente 2] opzettelijk een ambtenaar,te weten [slachtoffer 4] ( [hoofdagent] ) en/of [slachtoffer 5] ( [hoofdagent] ), gedurende of ter zake van de rechtmatige uitoefening van zijn/hun bediening, in zijn/hun tegenwoordigheid, mondeling heeft beledigd, door hem/hun de woorden toe te voegen: "Kankerwouten oprotten! Kankerhomo's", "Kankerhomo's" en/of "Flikkers", althans woorden van gelijke beledigende aard en/of strekking;
hij op of omstreeks 30 april 2019 te [plaats 3] , gemeente [gemeente 2] [slachtoffer 6] heeft mishandeld door die [slachtoffer 6] in/tegen het gezicht/hoofd te slaan/stompen.
Bewijsoverwegingen
moest, terwijl zij anderzijds heeft verklaard
vrijwilligde kruipruimte in te zijn gegaan. In het licht van voornoemde feiten en omstandigheden kan de verklaring van aangeefster echter bezwaarlijk anders worden geduid dan dat zij met het woord “vrijwillig” heeft bedoeld dat zij “zelfstandig” (dat wil zeggen: zonder fysieke dwang) de kruipruimte in is gegaan. Naar het oordeel van het hof is op grond van het dossier voldoende vast komen te staan dat verdachte aangeefster in een volkomen ontredderde toestand heeft gebracht waarin het bieden van weerstand aan verdachte voor aangeefster redelijkerwijs niet meer mogelijk was. Door haar vervolgens opdracht te geven om de kruipruimte in te gaan, opdat zij ongezien zou blijven voor de ter plaatse gekomen verbalisanten, heeft verdachte haar de feitelijke mogelijkheid ontnomen om zich in vrijheid te verplaatsen. Dat uit het dossier kan worden afgeleid dat aangeefster op een later moment zelfstandig de kruipruimte weer heeft kunnen verlaten, doet aan dat oordeel niet af. Het hof acht het onder 2 tenlastegelegde wettig en overtuigend bewezen.
Bewezenverklaring
hij op verschillende tijdstippen in de periode van 31 augustus 2019 tot en met 2 september 2019 te [plaats 1] zijn levensgezel, [slachtoffer 1] , heeft mishandeld door [slachtoffer 1]
hij omstreeks 2 september 2019 te [plaats 1] opzettelijk [slachtoffer 1] wederrechtelijk van de vrijheid heeft beroofd en beroofd gehouden, door die [slachtoffer 1] op te dragen in de kruipruimte van de woning [woning] te gaan.
hij op 2 juni 2019 te [plaats 2] , opzettelijk en wederrechtelijk twee ruiten van een woning, die aan een ander, heeft vernield.
hij op 28 april 2019 te [plaats 2] , [slachtoffer 2] heeft mishandeld door [slachtoffer 2] voornoemd tegen zijn ogen te slaan/stompen;
hij op 22 april 2018 te [plaats 2] opzettelijk een ambtenaar, te weten [slachtoffer 4] ( [hoofdagent] ) en [slachtoffer 5] ( [hoofdagent] ), gedurende of ter zake van de rechtmatige uitoefening van hun bediening, in hun tegenwoordigheid mondeling heeft beledigd, door hun de woorden toe te voegen: "Kankerwouten oprotten! Kankerhomo's", "Kankerhomo's" en "Flikkers."
hij op 30 april 2019 te [plaats 3] [slachtoffer 6] heeft mishandeld door die [slachtoffer 6] tegen het gezicht te slaan.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf en/of maatregel
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 1]
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 2]
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
12 (twaalf) maanden.
9 (negen) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
taakstrafvoor de duur van
240 (tweehonderdveertig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
120 (honderdtwintig) dagen hechtenis.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 1]
€ 2.000,00 (tweeduizend euro) bestaande uit € 2.000,00 (tweeduizend euro) immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 2]
€ 2.296,29 (tweeduizend tweehonderdzesennegentig euro en negenentwintig cent) bestaande uit € 2.096,29 (tweeduizend zesennegentig euro en negenentwintig cent) materiële schade en € 200,00 (tweehonderd euro) immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.