ECLI:NL:GHARL:2023:1832

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
2 maart 2023
Publicatiedatum
2 maart 2023
Zaaknummer
200.315.567
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontslag en benoeming van bewindvoerder in hoger beroep met dringende redenen

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 2 maart 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep inzake de ontslag van de bewindvoerder van verzoekers, [verzoeker] en [verzoekster]. De kantonrechter had eerder, op 10 juni 2022, het verzoek tot ontslag van de bewindvoerder, [verweerder] B.V., afgewezen wegens het ontbreken van gewichtige redenen. Verzoekers waren ontevreden over de uitvoering van het bewind en hebben in een e-mail van 18 november 2021 en een brief van 16 december 2021 hun onvrede geuit en verzocht om over te stappen naar een andere bewindvoerder, [naam2]. Tijdens de mondelinge behandeling op 2 februari 2023 heeft [verweerder] zijn standpunt gewijzigd en aangegeven mee te willen werken aan de overdracht van het bewind naar [naam2]. Het hof heeft vastgesteld dat er inmiddels sprake is van gewichtige redenen voor ontslag van [verweerder] als bewindvoerder. Het hof heeft besloten om [verweerder] met ingang van 1 april 2023 te ontslaan en [naam2] als opvolgend bewindvoerder te benoemen. De beschikking van de kantonrechter is vernietigd en het hof heeft de nieuwe beslissing genomen, waarbij het hof de overdracht van het bewind aan [naam2] heeft gefaciliteerd.

Uitspraak

GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN

locatie Arnhem
afdeling civiel recht
zaaknummer gerechtshof 200.315.567
(zaaknummers rechtbank Gelderland 9610393 en 9571561)
beschikking van 2 maart 2023
inzake
[verzoeker], en
[verzoekster],
beiden wonende te [woonplaats1] ,
verzoekers in hoger beroep, verder te noemen: [verzoekers] ,
advocaat: mr. H.L. Thiescheffer te Leeuwarden,
en
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[verweerder] B.V.,
gevestigd te [vestigingsplaats1] ,
verweerder in hoger beroep, verder te noemen: [verweerder] .
Als overige belanghebbende is aangemerkt:
[de zoon],
wonende te [woonplaats2] ,
de meerderjarige zoon van [verzoeker] .
Als informant is aangemerkt:
[naam1] ,handelende onder de naam
[naam2],
gevestigd te [vestigingsplaats2] ,
verder te noemen: [naam2] .

1.Het geding in eerste aanleg

Het hof verwijst voor het geding in eerste aanleg naar de beschikking van de kantonrechter in de rechtbank Gelderland, zittingsplaats Zutphen, van 10 juni 2022, uitgesproken onder voormeld zaaknummer, verder ook te noemen: de bestreden beschikking.

2.Het geding in hoger beroep

2.1
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het beroepschrift met producties, ingekomen op 7 september 2022, en
  • het verweerschrift met producties.
2.2
De mondelinge behandeling heeft op 2 februari 2023 plaatsgevonden.
Aanwezig waren:
  • verzoekers, bijgestaan door hun advocaat en een ambulant begeleider;
  • twee vertegenwoordigers namens [verweerder] , en
  • een vertegenwoordiger namens [naam2] .

3.De feiten

De kantonrechter heeft bij beschikking van 27 september 2018 over alle tegenwoordige en toekomstige goederen die toebehoren aan [verzoekers] een bewind in de zin van artikel 1:431 van het Burgerlijk Wetboek ingesteld en [naam3] tot bewindvoerder benoemd. [verweerder] is [naam3] als bewindvoerder opgevolgd.

4.De omvang van het geschil

4.1
In een emailbericht van 18 november 2021 hebben [verzoekers] de kantonrechter laten weten dat zij niet tevreden zijn over de uitvoering door van het bewind door [verweerder] en verzoeken zij het bewind eventueel op te heffen. In een brief van 16 december 2021 hebben [verzoekers] de kantonrechter bericht dat zij willen overstappen van [verweerder] als bewindvoerder naar [naam2] .
4.2
Bij de bestreden beschikking heeft de kantonrechter het verzoek tot ontslag van [verweerder] afgewezen wegens het ontbreken van gewichtige redenen.
4.3
Verzoekers zijn het niet eens met de afwijzing van hun verzoek door de kantonrechter. Zij verzoeken het hof, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, de bestreden beschikking te vernietigen en [verweerder] als bewindvoerder te ontslaan en te benoemen als nieuwe en opvolgend bewindvoerder [naam2] .
4.4
[verweerder] voert verweer.

5.De motivering van de beslissing

5.1
Op grond van artikel 1:448, tweede lid, van het Burgerlijk Wetboek wordt een bewindvoerder ontslag verleend hetzij op eigen verzoek hetzij wegens gewichtige redenen of omdat de bewindvoerder niet meer voldoet aan de eisen om bewindvoerder te kunnen worden, zulks op verzoek van een medebewindvoerder of degene die gerechtigd is onderbewindstelling te verzoeken als bedoeld in artikel 432, eerste en tweede lid, dan wel ambtshalve.
5.2
Tijdens de mondelinge behandeling in hoger beroep is gebleken dat [verweerder] zijn standpunt heeft gewijzigd. Omdat de communicatie tussen [verweerder] en [verzoekers] nu eenmaal niet goed verloopt en dat moeilijk is te veranderen, wil [verweerder] alsnog meewerken aan een overdracht van het bewind naar [naam2] . Dat aan een overdracht kosten zijn verbonden, moet daar dan maar niet meer aan in de weg staan, aldus [verweerder] .
[naam2] heeft zich bereid verklaard om het bewind van [verzoekers] over te nemen. Hij heeft al met [verzoekers] gesproken en het contact verloopt goed.
5.3
Het vorenstaande brengt mee dat er naar het oordeel van het hof inmiddels wel sprake is van gewichtige redenen om [verweerder] ontslag als bewindvoerder te verlenen. Nu het hof niet is gebleken van enig beletsel ten aanzien van de kwaliteitseisen en benoembaarheid van [naam2] en zowel [verweerder] als [naam2] professionele bewindvoerders zijn, zal het hof [verweerder] als bewindvoerder ontslaan en [naam2] als opvolgend bewindvoerder benoemen. Het hof zal daarbij als ingangsdatum 1 april 2023 als ingangsdatum hanteren, zodat [verweerder] nog enige tijd heeft om de rekening en verantwoording op te stellen en de overdracht van het bewind aan [naam2] voor te bereiden.
5.4
Op grond van hetgeen hiervoor is overwogen, zal het hof de bestreden beschikking vernietigen en beslissen als volgt.

6.De beslissing

Het hof, beschikkende in hoger beroep:
vernietigt de beschikking van de kantonrechter in de rechtbank Gelderland, zittingsplaats Zutphen, van 10 juni 2022, en opnieuw beschikkende:
ontslaat met ingang van 1 april 2023 de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid [verweerder] B.V. als bewindvoerder;
benoemt met ingang van 1 april 2023
[naam1]handelende onder de naam
[naam2], gevestigd te [vestigingsplaats2] , tot opvolgend bewindvoerder van [verzoeker] en [verzoekster] ;
wijst het meer of anders verzochte af.
Deze beschikking is gegeven door mrs. K. Mans, J.B. de Groot en R. Feunekes, bijgestaan door de griffier, en is op 2 maart 2023 uitgesproken door mr. R. Feunekes in het openbaar in tegenwoordigheid van de griffier.