Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoeker in hoger beroep,
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 2 maart 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep betreffende de verlenging van de ondertoezichtstelling van twee minderjarige kinderen. De vader, verzoeker in hoger beroep, was in beroep gegaan tegen de beschikking van de kinderrechter in de rechtbank Midden-Nederland, die op 6 september 2022 had besloten de ondertoezichtstelling te verlengen tot 11 september 2023. De vader verzocht het hof om de beschikking van de kinderrechter te vernietigen en om de termijn van de ondertoezichtstelling af te wijzen, alsook om de zorgregeling te wijzigen. Het hof heeft de vader echter niet-ontvankelijk verklaard in zijn verzoeken, omdat deze verzoeken voor het eerst in hoger beroep zijn gedaan. Het hof bekrachtigde de beschikking van de kinderrechter, waarbij werd vastgesteld dat de ondertoezichtstelling noodzakelijk was vanwege de ernstige ontwikkelingsbedreiging voor de kinderen. De vader had zich verzet tegen de begeleiding van de contactregeling en weigerde samen te werken met hulpverleners, wat leidde tot een gebrek aan contact met de kinderen. Het hof oordeelde dat de voortzetting van de ondertoezichtstelling noodzakelijk was om de ontwikkelingsbedreiging weg te nemen. Daarnaast werd het verzoek van de vader om de GI te vervangen en om de zorgregeling te wijzigen afgewezen, omdat hij niet-ontvankelijk was in deze verzoeken en er geen gewijzigde omstandigheden waren die een wijziging rechtvaardigden.