Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.Het verloop van de procedure in hoger beroep
2.De kern van de zaak
3.Het oordeel van het hof
een gebouwde onroerende zaak, waarin een voor het publiek toegankelijk lokaal aanwezig is en waarin rechtstreeks consumpties aan het publiek worden geleverd, die ter plaatse worden genuttigd. Het hof licht hierna toe waarom daarvan naar zijn oordeel sprake is.
elkebelangstellende voor een op het complex gehouden (sport)evenement van de kantine gebruik maken. Sportbedrijf heeft niet onderbouwd waarom dat niet zou zijn toegestaan. De kantine kan verder worden gehuurd voor het plaatsvinden van bepaalde activiteiten of evenementen. Zo is er bijvoorbeeld een dartvereniging die frequent gebruik maakt van de kantine. Het hof begrijpt de praktische gang van zaken als volgt. [de huurster] deelt aan Sportbedrijf mee welke activiteiten in het gehuurde zullen plaatsvinden en, wanneer zij niet van Sportbedrijf hoort dat er bezwaar bestaat tegen het plaatsvinden van die activiteiten, deze activiteiten in beginsel doorgang vinden. Sportbedrijf heeft daarbij recht op een gedeelte van de omzet van de activiteiten, die buiten de reguliere (sport)activiteiten om, in het gehuurde plaatsvinden. Het hof begrijpt dat het nog niet is voorgekomen dat Sportbedrijf een bepaalde activiteit heeft geweigerd. Voor zover het Sportbedrijf heeft willen aanvoeren dat [de huurster] mogelijk niet alle activiteiten daadwerkelijk meldt heeft zij dit standpunt onvoldoende toegelicht.