ECLI:NL:GHARL:2023:11001

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
21 december 2023
Publicatiedatum
8 januari 2024
Zaaknummer
P23/301
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht; Penitentiair strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging van de beslissing van de rechtbank en verlenging van de terbeschikkingstelling met twee jaar

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 21 december 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de rechtbank Amsterdam van 12 september 2023. De rechtbank had de terbeschikkingstelling van de terbeschikkinggestelde verlengd met een termijn van één jaar en het verzoek tot voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege afgewezen. Het hof heeft de zaak opnieuw beoordeeld en is tot de conclusie gekomen dat de terbeschikkingstelling met een termijn van twee jaar moet worden verlengd. Dit besluit is genomen op basis van de somatische en psychische toestand van de terbeschikkinggestelde, die ondanks enige verbetering nog steeds kwetsbaar is en een hoog recidiverisico met zich meebrengt. Het hof heeft de deskundigenrapporten en de adviezen van de Forensisch Psychiatrische Kliniek (FPK) in overweging genomen, waaruit blijkt dat de terbeschikkinggestelde niet gemotiveerd is voor behandeling en dat er nog veel werk aan de winkel is om het recidiverisico te verlagen. Het hof heeft het verzoek tot onderzoek naar de mogelijkheden van een voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege afgewezen, omdat de noodzakelijkheid van dit onderzoek niet is gebleken. De beslissing van de rechtbank is vernietigd en de terbeschikkingstelling is verlengd met twee jaar.

Uitspraak

TBS P23/301
Beslissing van 21 december 2023
De kamer van het hof als bedoeld in artikel 67 van de Wet op de rechterlijke organisatie heeft te beslissen op het beroep van
[de terbeschikkinggestelde],
geboren te [geboorteplaats] ( [geboorteland] ) op [geboortedatum] 1984,
verblijvende in het [onderdeel] , onderdeel van de [PI] te [plaats]
(onder verantwoordelijkheid van de Forensisch Psychiatrische Kliniek (hierna: FPK) [FPK] [locatie FPK] )
verder te noemen: de terbeschikkinggestelde.
Het beroep is ingesteld tegen de beslissing van de rechtbank Amsterdam van 12 september 2023. Deze beslissing houdt in de verlenging van de terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege met een termijn van één jaar en – impliciet – afwijzing van het verzoek tot voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege.
Het hof heeft gelet op dezelfde stukken als de rechtbank en daarnaast op:
- het proces-verbaal van het onderzoek in eerste aanleg;
- de beslissing waarvan beroep;
- de akte van 19 september 2023 waarbij de terbeschikkinggestelde beroep heeft ingesteld;
- een appelschriftuur van de raadsman van 3 oktober 2023;
- de aanvullende informatie van FPK [FPK] van 28 november 2023.
Het hof heeft ter zitting van 7 december 2023 gehoord de advocaat-generaal, mr. V. Smink, en de terbeschikkinggestelde, bijgestaan door zijn raadsman, mr. L. Nix, advocaat te Amsterdam-Duivendrecht.

Overwegingen

Het standpunt van de terbeschikkinggestelde
De deskundigen die hebben gerapporteerd ten tijde van de oplegging van de terbeschikkingstelling hebben niet geadviseerd tot een terbeschikkingstelling met bevel tot verpleging van overheidswege. Onder druk laat de terbeschikkinggestelde zich behandelen. De terbeschikkingstelling met bevel tot verpleging van overheidswege is levensgevaarlijk voor de terbeschikkinggestelde. In zijn perspectief bevindt hij zich in een uitzichtloze situatie. Hij zit opgesloten, wordt onderworpen aan behandeling en ziet de nut en noodzaak hiervan niet in. Hij werkt nauwelijks mee aan behandeling. Hij komt de tijd door met televisie kijken, roken en hij ontleent enige vreugde aan lekker eten. De uitzichtloze situatie leidt ertoe dat de terbeschikkinggestelde afleiding zoekt in prikkels die slecht zijn voor zijn gezondheid. Gelukkig is de terbeschikkinggestelde er somatisch bovenop gekomen. [locatie FPK] heeft aangegeven dat ze de terbeschikkinggestelde niet weer willen opnemen, omdat ze niet kunnen ingrijpen als het somatisch misgaat. Mocht er wel een andere instelling worden gevonden, is er sprake van dezelfde situatie. Er kan op worden vertrouwd dat de terbeschikkinggestelde zich gedraagt. Bij enige vrijheid is het niet de verwachting dat hij snel zal terugvallen in grensoverschrijdend gedrag. De terbeschikkinggestelde zal zich aan de regels houden en is extern gemotiveerd. De terbeschikkinggestelde moet worden geplaatst in een situatie waarin hij iets te verliezen heeft. Het verzoek is om de terbeschikkinggestelde te plaatsen in een setting waarin hij niet vastzit in een uitzichtloze situatie en op een plek waar hij begeleiding krijgt. Om die reden wordt, zo begrijpt het hof, verzocht de mogelijkheden van een voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege te laten onderzoeken door de reclassering.
Het standpunt van het openbaar ministerie
Gelet op de sombere somatische toekomstverwachting verblijft de terbeschikkinggestelde momenteel in [plaats] . Het gaat daar naar omstandigheden goed. De terbeschikkinggestelde wordt niet voor zijn stoornissen behandeld. De stoornissen zijn nog altijd aanwezig en het recidiverisico wordt ingeschat als hoog. De terbeschikkinggestelde heeft geen ziekte-inzicht en is niet gemotiveerd voor behandeling en soms ook niet voor zorg. De kliniek probeert zo nauwgezet mogelijk aan te sluiten op de situatie van de terbeschikkinggestelde. De kliniek heeft geadviseerd de terbeschikkingstelling te verlengen met één jaar gelet op de somatische situatie op dat moment. De terbeschikkinggestelde lijkt enigszins op te knappen. De kliniek heeft in het aanvullende advies daarom geadviseerd om de terbeschikkingstelling te verlengen voor twee jaar, omdat de acute levensbedreigende situatie is geweken en er meer toekomstperspectief is. Er moet ruimte komen voor behandeling. Daarvoor is meer tijd nodig dan één jaar. De terbeschikkingstelling moet worden verlengd voor de duur van twee jaar. Het kader van de verpleging van overheidswege is noodzakelijk.
Het oordeel van het hof
Vernietiging
Het hof vernietigt de beslissing van de rechtbank, omdat het hof tot een ander oordeel komt over de duur van de verlenging van de terbeschikkingstelling.
Indexdelicten
De rechtbank Amsterdam heeft de terbeschikkinggestelde bij vonnis van 5 juli 2021 veroordeeld voor twee feitelijke aanrandingen van de eerbaarheid. Deze misdrijven zijn gericht tegen of veroorzaken gevaar voor de onaantastbaarheid van het lichaam van één of meer personen. De terbeschikkingstelling is daarom niet in duur beperkt.
Stoornissen en recidivegevaar
FPK [FPK] concludeert in het verlengingsadvies van 10 mei 2023 dat er bij de terbeschikkinggestelde sprake is van verschillende stoornissen, namelijk een andere gespecificeerde parafiele stoornis; seksuele preoccupatie, schizofrenie; multiple episoden, momenteel in gedeeltelijke remissie, een licht verstandelijke beperking, een stoornis in het gebruik van cocaïne: matig, in remissie in gereguleerde omgeving en een stoornis in cannabisgebruik: matig, ernstig, in remissie in gereguleerde omgeving.
In de aanvullende informatie van FPK [FPK] van 28 november 2023 staat beschreven dat het risico op seksueel grensoverschrijdend gedrag is verminderd. De kliniek merkt wel op dat de toegenomen mobiliteit maakt dat het recidiverisico op de korte, middellange en langere termijn toeneemt wanneer de huidige setting en context wegvallen.
Verlenging
Gelet op de advisering en op hetgeen overigens ter zitting naar voren is gekomen, is het hof van oordeel dat de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen of goederen de verlenging van de terbeschikkingstelling eist.
Het hof heeft als uitgangspunt dat de terbeschikkingstelling verlengd dient te worden met een termijn van twee jaar wanneer aannemelijk is geworden dat de behandeling en resocialisatie van de terbeschikkinggestelde in het bestaande juridische kader meer tijd in beslag zal nemen dan de tijd die resteert bij een verlenging van de terbeschikkingstelling met een termijn van een jaar. Het hof ziet in dit geval – anders dan de rechtbank – geen aanleiding om af te wijken van dit uitgangspunt.
In de bijzondere situatie van de terbeschikkinggestelde is palliatief beleid uitgezet. Tegen alle verwachtingen van betrokken artsen en hulpverleners in blijkt de terbeschikkinggestelde inmiddels medisch stabiel te functioneren over langere tijd. Zijn gezondheidstoestand blijft nog altijd kwetsbaar. Onduidelijk is in hoeverre nog gesproken kan worden van een palliatieve fase. Dat maakt dat er opnieuw ruimte lijkt te ontstaan voor behandeling van de criminogene factoren. Behandeling is binnen het gedwongen kader van de verpleging van overheidswege noodzakelijk. Vermindering van het recidiverisico staat nog in de kinderschoenen en zal zeker nog meerdere jaren in beslag nemen. Er dient opnieuw kritisch gekeken te worden naar zowel de benodigde medisch-somatische zorg als de benodigde psychische en psychiatrische behandeling in het kader van de terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege. De behandeling kan nu opnieuw worden vormgegeven gezien de recente ontwikkelingen in combinatie met het onverminderd hoge recidiverisico, de ontkennende houding van de terbeschikkinggestelde, het gebrek aan probleembesef en -inzicht en de weerstand tegen behandeling vanuit de terbeschikkingstelling. Het hof is van oordeel dat de terbeschikkingstelling met een termijn van twee jaren moet worden verlengd.
Afwijzing van het verzoek tot onderzoek voorwaardelijke beëindiging
Het hof acht zich op basis van de aanwezige informatie voldoende voorgelicht om te kunnen oordelen over het door de terbeschikkinggestelde ingediende beroep. Het verzoek tot het door de reclassering laten onderzoeken van de mogelijkheden van een voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege wordt afgewezen. De noodzakelijkheid van dit onderzoek is niet gebleken. Het recidiverisico wordt bij het wegvallen van het kader van de terbeschikkingstelling ingeschat als hoog. Op grond van bovengenoemde informatie acht het hof een voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege op dit moment te vroeg.

BESLISSING

Het hof:
Wijst afhet verzoek tot het laten onderzoeken van de mogelijkheden van een voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege.
Vernietigtde beslissing van de rechtbank Amsterdam van 12 september 2023 met betrekking tot de terbeschikkinggestelde,
[de terbeschikkinggestelde].
Verlengt de terbeschikkingstelling met een termijn van
twee jaar.
Aldus gedaan door
mr. D. Visser, voorzitter,
mr. R. Prakke-Nieuwenhuizen en mr. M. Keppels, raadsheren,
en drs. I.M. van Woudenberg en drs. R.A. Graaff, raden,
in tegenwoordigheid van mr. K. van Laarhoven, griffier,
en op 21 december 2023 in het openbaar uitgesproken.
De raden zijn buiten staat deze beslissing mede te ondertekenen.