Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoeker in hoger beroep, verder te noemen: [verzoeker] ,
[naam3],
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De feiten
4.De omvang van het geschil
fair trialen
equality of armsvan artikel 6 EVRM en in artikel 8 EVRM met zijn equivalent in artikel 17 BUPO, zijn geschonden;
5.De motivering van de beslissing
fair trialen
equality of arms.[verzoeker] had op zijn verblijfplaats kunnen worden gehoord. Ten aanzien van de machtiging tot verlenen van verplichte zorg is [verzoeker] ook gehoord. Het is dan ook onjuist dat [verzoeker] geen bemoeienis wil en niet wil verschijnen, zoals [verweerster] stelt. Het hof overweegt het volgende.
a. voor een bepaalde of onbepaalde tijdsduur indien de meerderjarige tijdelijk of duurzaam niet in staat is ten volle zijn vermogensrechtelijke belangen behoorlijk waar te nemen als gevolg van zijn lichamelijke of geestelijke toestand, dan wel
b. voor een bepaalde tijdsduur indien de meerderjarige tijdelijk niet in staat is ten volle zijn vermogensrechtelijke belangen behoorlijk waar te nemen als gevolg van verkwisting of het hebben van problematische schulden.