ECLI:NL:GHARL:2022:8222
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Verlenging machtiging tot uithuisplaatsing van minderjarige in het belang van verzorging en opvoeding
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 20 september 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep over de verlenging van de machtiging tot uithuisplaatsing van de minderjarige [de minderjarige1], geboren in 2016. De kinderrechter had eerder op 23 juni 2022 de machtiging tot uithuisplaatsing van [de minderjarige1] verlengd tot 24 september 2022, maar de gecertificeerde instelling (GI) verzocht om een verdere verlenging tot 26 juni 2023. Het hof oordeelde dat, anders dan de rechtbank, het noodzakelijk is dat de machtiging tot uithuisplaatsing voor de gehele verzochte periode wordt verleend, gezien de onveilige thuissituatie en de zorgen over de opvoedvaardigheden van de moeder. De moeder heeft een verleden van afhankelijkheid van de vader, die gedetineerd is, en er zijn signalen dat de moeder niet openhartig is over haar contacten met de vader. Dit vormt een belemmering voor een eventuele terugplaatsing van [de minderjarige1] bij de moeder. Het hof heeft ook zorgen over de hechting en de opvoedbehoeften van [de minderjarige1], die door de gebeurtenissen in haar leven ernstig is beschadigd. De moeder heeft wel positieve stappen gezet, zoals het behalen van een diploma en het betrekken van een nieuwe woning, maar deze zijn onvoldoende om de zorgen weg te nemen. Het hof heeft daarom besloten de machtiging tot uithuisplaatsing te verlengen tot 26 juni 2023, om de continuïteit en veiligheid in de verzorging en opvoeding van [de minderjarige1] te waarborgen.