Uitspraak
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Het vonnis waarvan beroep
De tenlastelegging
De ontvankelijkheid van het openbaar ministerie
- verdachte en de medeverdachte naast elkaar lopen op het plein voor het Centraal Station te Utrecht,
- twee mannen in burgerkleding de verdachten van achteren benaderen en dat een andere man in burgerkleding op enig moment voor de verdachten gaat staan,
- beide verdachten vervolgens van achteren om de nek worden gepakt en naar de grond worden gewerkt door de mannen in burgerkleding,
- te horen is dat de een van de mannen in burgerkleding zegt dat ze van de politie zijn en dat de verdachten zijn aangehouden,
- terwijl verdachte gestrekt op de grond ligt, één van de mannen in burgerkleding zijn knie op het hoofd van verdachte drukt en het hoofd van verdachte naar beneden gedrukt houdt,
- te horen is dat verdachte meerdere keren roept: au, mijn hoofd,
- aan verdachte vervolgens handboeien worden aangelegd.
Overweging met betrekking tot het bewijs
Bewezenverklaring
of omstreeks19 februari 2022 te Utrecht tezamen en in vereniging met een
of meerander
en, althans alleen, een portemonnee (met inhoud),
in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan politie (Landelijke Eenheid), in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader
(s)toebehoorde
(n)heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf en/of maatregel
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
7 (zeven) weken.