Uitspraak
BDM,
[naam1] Technieken,
[geïntimeerde],
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 19 juli 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep over de aansprakelijkheid van een onderaannemer, BDM-Duurzaam B.V., voor schade die is ontstaan door onrechtmatig handelen. De onderaannemer had zonder medeweten van de hoofdaannemer, BTH Totaalbouw, rechtstreeks contracten gesloten met de opdrachtgever, de familie [naam2], wat leidde tot een conflict over de betaling van facturen en de uitvoering van werkzaamheden. De rechtbank had eerder de vordering van de onderaannemer afgewezen, maar in hoger beroep handhaafde BDM haar verweer en wijzigde haar vordering naar een verklaring voor recht dat de geïntimeerde aansprakelijk is voor de door haar geleden schade. Het hof oordeelde dat de onderaannemer onrechtmatig had gehandeld door zonder toestemming van BDM met de opdrachtgever te contracteren, en dat dit onrechtmatige handelen schade had veroorzaakt. De zaak werd verwezen naar een schadestaatprocedure om de exacte schade vast te stellen. Het hof vernietigde het eerdere vonnis en verklaarde de geïntimeerde aansprakelijk voor de schade, die nader moet worden vastgesteld. De proceskosten werden toegewezen aan BDM, die als de overwegend in het ongelijk gestelde partij werd aangemerkt.