Uitspraak
Advance,
[geïntimeerde],
1.De procedure bij de rechtbank
2.De procedure in hoger beroep
3.De vaststaande feiten
4.Het geschil en de beslissing van de rechtbank
5.De vordering in hoger beroep
6.De beoordeling van de grieven en de vordering
“Indien de Raad voor Rechtsbijstand de Vordering niet binnen 400 dagen nadat de vordering is aangekocht door Koper (…) heeft voldaan, is Verkoper verplicht de desbetreffende Vordering op eerste verzoek binnen vijf (5) dagen terug te kopen tegen betaling van een bedrag van 100% van het aankoopbedrag zoals genoemd op de aankoopafrekening inclusief de omzetbelasting, factorloon, rente en kosten.”Omdat, zoals overwogen, sprake is van een openstaande termijn van langer dan 400 dagen en uit de stukken in hoger beroep blijkt dat [geïntimeerde] op 30 december 2021 is verzocht de overgedragen toevoegingsvorderingen terug te kopen, is [geïntimeerde] , zoals Advance stelt, gehouden de gefactorde toevoegingsvorderingen van in totaal € 234.112,30 terug te kopen en daarnaast verplicht tot vergoeding van factorloon, omzetbelasting, rente en kosten.
7.De slotsom
8.De beslissing
- € 234.122,30 aan hoofdsom, vermeerderd met € 131.836,99 (inclusief btw) aan factorloon;
- een factorloon (inclusief btw) van 0,05% per dag over de nog verschuldigde hoofdsom op basis van de factoringovereenkomst vanaf 31 december 2021 tot voldoening van de hoofdsom;
- de contractuele rente van 1,5% per maand over € 234.122,30 vanaf 5 januari 2022 tot voldoening van de hoofdsom;
- € 3.101,22 aan beslagkosten, vermeerderd met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW vanaf de dag van betekening van het te wijzen arrest;
- € 4.361,80 aan vergoeding voor buitengerechtelijke kosten, vermeerderd met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW vanaf veertien dagen na betekening van het te wijzen arrest;