Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.De procedure in verzet
2.De motivering van de beslissing in het incident
vonniswaartegen een rechtsmiddel is ingesteld of nog openstaat, zoals door de Hoge Raad geformuleerd bij arrest van 20 december 2019 (ECLI:NL:HR:2019:2026). Alleen is in deze procedure sprake van een
arrestwaartegen een rechtsmiddel (verzet) is ingesteld. Wanneer een veroordeling uitvoerbaar bij voorraad is verklaard, is deze uitvoerbaar, ook als daartegen hoger beroep is ingesteld. Het hof kan de uitvoerbaarheid schorsen als het belang van de veroordeelde partij bij behoud van de bestaande toestand zwaarder weegt dan het belang van de wederpartij bij uitvoering van het
arrest. Het hof gaat uit van de overwegingen en beslissingen van het
arrestdat door het hof is gewezen. De kans van slagen van het ingestelde rechtsmiddel (
verzet) blijft daarbij buiten beschouwing. Nu
het hof (in de hoofdzaak)in het arrest van 23 november 2021 geen gemotiveerde beslissing heeft gegeven over de uitvoerbaarverklaring bij voorraad, zal
het hof (in deze verzetprocedure)de belangen van de partijen afwegen. Als blijkt dat de beslissing van
het hof(in de hoofdzaak) op een kennelijke misslag berust, kan
het hof (in deze verzetprocedure)daaraan gevolgen voor de uitvoerbaarheid verbinden.