ECLI:NL:GHARL:2022:3546

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
4 mei 2022
Publicatiedatum
3 mei 2022
Zaaknummer
21-002837-21
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep tegen vonnis rechtbank Overijssel inzake verzoeken verdediging in strafzaak Karlsbad

In deze zaak heeft het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 4 mei 2022 een tussenarrest gewezen in het hoger beroep van de verdachte, die in eerste aanleg door de rechtbank Overijssel was veroordeeld. De zaak betreft verzoeken van de verdediging die zijn gedaan tijdens de regiezitting op 7 april 2022. De verdachte, geboren in 1994 en momenteel verblijvend in een huis van bewaring, heeft hoger beroep ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank, dat op 4 juni 2021 werd uitgesproken. Het hof heeft kennisgenomen van de schriftelijke onderzoekswensen van de verdediging, die onder leiding van mr. M. Schwab de bandopnames van getuigen heeft verzocht. De verdediging stelt dat deze getuigen belastende verklaringen hebben afgelegd en dat het essentieel is om de betrouwbaarheid van deze verklaringen te toetsen. De advocaat-generaal heeft zich echter verzet tegen het verstrekken van de opnames op een digitale gegevensdrager, omdat dit technisch ondoenlijk zou zijn. Het hof heeft geoordeeld dat het verstrekken van de opnames niet van belang is voor de beslissing in de strafzaak en heeft het verzoek afgewezen, maar heeft de verdediging wel de mogelijkheid geboden om de opnames op het politiebureau te beluisteren.

Daarnaast heeft de verdediging verzocht om de verstrekking van uitgewerkte vonnissen inzake andere onderzoeken, waar de advocaat-generaal geen bezwaar tegen had. Het hof heeft besloten dat deze vonnissen ook aan de verdachte moeten worden verstrekt. Verder heeft de verdediging zich aangesloten bij verzoeken in de zaak van een medeverdachte om getuigen opnieuw te horen, maar dit verzoek is afgewezen. Het hof heeft ook ambtshalve bepaald dat een aanvullend proces-verbaal over contacten van een verbalisant zal worden gevoegd in het dossier van de verdachte. De verdediging heeft ook verzocht om de voorlopige hechtenis op te heffen, maar dit verzoek is door de advocaat-generaal bestreden. Het hof heeft het onderzoek geschorst voor een periode van langer dan een maand, maar niet langer dan drie maanden, en zal het onderzoek hervatten op een nog nader te bepalen tijdstip.

Uitspraak

Afdeling strafrecht
Parketnummer: 21-002837-21
Uitspraak d.d.: 4 mei 2022
TEGENSPRAAK
Tussenarrestvan de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Arnhem, gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Overijssel, zittingsplaats Zwolle, van 4 juni 2021 in de in eerste aanleg gevoegde strafzaken, parketnummers 08-952348-19 en 08-910042-20, tegen

[verdachte] ,

geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1994,
thans verblijvende in [huis van bewaring] te [plaats] .

Het hoger beroep

De verdachte heeft tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen van het hof van 7 april 2022 en 21 april 2022.
Het hof heeft kennisgenomen van de schriftelijke onderzoekswensen van de verdediging en de (nadere) onderbouwing daarvan, zoals door mr. M. Schwab ter terechtzitting naar voren is gebracht. Voorts heeft het hof kennisgenomen van het standpunt van de advocaat-generaal.

Onderzoekswensen van de verdediging

Uitluisteren verhoren [getuige 1] , [getuige 2] , [getuige 3] en [getuige 4]
De verdediging heeft verzocht de bandopnames van de verhoren van [getuige 1] , [getuige 2] , [getuige 3] en [getuige 4] beschikbaar te stellen op een digitale gegevensdrager, teneinde deze verhoren in eigen tijd en/of in samenspraak met de verdachte uit te kunnen luisteren. Daartoe is aangevoerd dat voornoemde getuigen belastend hebben verklaard voor de verdachte en deze verklaringen door de rechtbank zijn gebezigd voor het bewijs. In dat licht dient de verdediging in de gelegenheid te worden gesteld om de betrouwbaarheid van voornoemde getuigen(verklaringen) te toetsen, alsmede te toetsen of er sturend is verhoord door de verbalisanten.
De advocaat-generaal heeft zich verzet tegen verstrekking van de opnames op een digitale gegevensdrager. In eerste aanleg is reeds gebleken dat het overzetten van de opnames van de verhoren op een digitale gegevensdrager technisch ondoenlijk en voor de politie redelijkerwijs niet uitvoerbaar is.
De advocaat-generaal heeft aangegeven dat de verdediging de opnames op het politiebureau kan komen uitluisteren en/of bekijken. De advocaat-generaal heeft in dat verband toegezegd te zullen onderzoeken of deze mogelijkheid kan worden geboden in een politiebureau in de buurt van het kantooradres van de raadsvrouw.
Het hof is – mede gelet op hetgeen door de verdediging ter onderbouwing van het verzoek is aangevoerd – van oordeel dat het verstrekken van de opnames niet redelijkerwijs van belang kan zijn voor enige door het hof in de strafzaak te nemen beslissing. Om die reden wijst het hof het verzoek af.
Een en ander laat echter onverlet dat het de verdediging vrijstaat om ten behoeve van de door haar genoemde toetsing van de betrouwbaarheid van de verklaringen van de getuigen de opnames op het politiebureau, indien mogelijk in de buurt van het kantoor van de raadsvrouw uit te luisteren en/of te bekijken zoals is voorgesteld door de advocaat-generaal.
Verstrekken uitgewerkte vonnissen inzake [onderzoek 1]
De verdediging heeft verzocht de uitgewerkte vonnissen inzake het onderzoek [onderzoek 1] te verstrekken en te voegen in onderhavig dossier. Aangevoerd is dat de verdediging wil kunnen nagaan hoe de rechtbank in die zaak heeft geoordeeld over de betrouwbaarheid van het tactisch bewijs en over de straf en op welke wijze die oordelen zijn gemotiveerd.
De advocaat-generaal heeft aangegeven dat het openbaar ministerie geen bezwaar heeft tegen het verstrekken van de gevraagde vonnissen.
Gelet op het standpunt van de advocaat-generaal behoeft het hof op dit verzoek geen beslissing te nemen. In de zaken tegen de medeverdachten is ook verzocht om verstrekking van de vonnissen in de onderzoeken [onderzoek 2] en [onderzoek 3] . In die zaken heeft de advocaat-generaal toegezegd ook die vonnissen te zullen verstrekken aan de verdediging. Het hof gaat er gezien de samenhang tussen de zaken van uit dat ook aan verdachte de vonnissen in de onderzoeken [onderzoek 2] en [onderzoek 3] worden verstrekt.
Aansluiting bij het verzoek in de zaak van medeverdachte [medeverdachte 1] betreffende het opnieuw horen van de reeds gehoorde getuigen [getuige 1] en [getuige 4]
De verdediging heeft zich aangesloten bij de in de zaak van medeverdachte [medeverdachte 1] gedane verzoeken tot het horen van de getuigen [getuige 1] en [getuige 4] . Daartoe is aangevoerd dat de verdediging thans geen zelfstandige vragen heeft voor voornoemde getuigen, maar de aanwezigheid bij de verhoren van deze getuigen wel van belang wordt geacht, voor het geval dat deze getuigen verklaringen afleggen inzake het onderzoek [onderzoek 4] en over de eventuele betrokkenheid van verdachte daarbij.
De advocaat-generaal heeft zich op het standpunt gesteld dat indien en voor zover het hof het verzoek tot het horen van voornoemde getuigen in de zaak van medeverdachte [medeverdachte 1] toewijst, het openbaar ministerie er geen bezwaar tegen heeft dat de raadsvrouw aansluit bij deze verhoren.
Het hof heeft in de zaak van medeverdachte [medeverdachte 1] het verzoek tot het horen van de getuigen [getuige 1] en [getuige 4] afgewezen. Derhalve behoeft dit verzoek geen nadere bespreking.
Ambtshalve voeging aanvullend proces-verbaal inzake contacten [verbalisant]
Het hof heeft in de zaken van de medeverdachten [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] een verzoek van de verdediging (deels) toegewezen en de stukken in handen gesteld van de advocaat-generaal teneinde een aanvullend proces-verbaal op te laten stellen omtrent de inhoud en frequentie van het e-mail- en appverkeer tussen de diensttelefoon van de (inmiddels overleden) verbalisant [verbalisant] en de getuigen [getuige 5] en [getuige 1] . Het hof bepaalt ambtshalve dat dit proces-verbaal ook zal worden gevoegd in het dossier van verdachte.

Verzoeken omtrent de voorlopige hechtenis

De verdediging heeft gemotiveerd verzocht de voorlopige hechtenis op te heffen dan wel te schorsen. De advocaat-generaal heeft zich hiertegen verzet. Het hof heeft bij afzonderlijk geminuteerde beslissing van 7 april 2022 op deze verzoeken beslist.

BESLISSING

Het hof:
̶
Heropenthet onderzoek;
̶
Wijst afhet verzoek tot het verstrekken van de opnames van de verhoren van [getuige 1] , [getuige 2] , [getuige 3] en [getuige 4] op een digitale gegevensdrager, alsmede het anders of meer verzochte;
̶
Bepaaltambtshalve dat het in de zaken van de medeverdachten [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] op te maken aanvullend proces-verbaal over de contacten van verbalisant [verbalisant] zal worden gevoegd in het dossier van verdachte;
̶
Schorsthet onderzoek langer dan een maand, maar niet langer dan drie maanden,
om de klemmende redenen dat het zittingsrooster van het hof een eerdere behandeling van de zaak niet toelaat en de onderzoekshandelingen naar verwachting niet binnen een maand zullen zijn voltooid;
̶
Bepaaltdat het onderzoek zal worden hervat tegen een nog nader te bepalen terechtzitting;
̶
Beveeltde oproeping van de verdachte tegen het nog nader te bepalen tijdstip, met tijdige kennisgeving daarvan aan de raadsvrouw van de verdachte en aan de benadeelde partijen.
Aldus gewezen door
mr. O.G. Schuur, voorzitter,
mr. J. Corthals en mr. C.H. Zuur, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. F.A.A.M. van der Veen, griffier,
en op 4 mei 2022 ter openbare terechtzitting uitgesproken.
Proces-verbaal van het in dezelfde zaak voorgevallene ter openbare terechtzitting van het gerechtshof van 4 mei 2022.
Tegenwoordig:
mr. K.A.J.M. Wetzels, voorzitter,
mr. R. Zwarts, advocaat-generaal,
mr. E. van der Zandt, griffier.
De voorzitter doet de zaak uitroepen.
De verdachte is niet in de zaal van de terechtzitting aanwezig.
De voorzitter spreekt het arrest uit.
Waarvan is opgemaakt dit proces-verbaal, dat door de voorzitter en de griffier is vastgesteld en ondertekend.