ECLI:NL:GHARL:2022:3012
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Ontbinding huurovereenkomst en ontruiming wegens overlast door huurder
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 19 april 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep over de ontbinding van een huurovereenkomst en de ontruiming van een woning. De appellante, die in eerste aanleg gedaagde was, heeft in hoger beroep de beslissing van de kantonrechter bestreden. De zaak betreft een huurovereenkomst waarbij de stichting Vivare als verhuurder optreedt. Vivare had in eerste aanleg de ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de woning gevorderd, omdat de appellante overlast zou hebben veroorzaakt. Het hof heeft in een eerder tussenarrest van 23 november 2021 de appellante in de gelegenheid gesteld tegenbewijs te leveren tegen de beschuldigingen van overlast. De appellante heeft verschillende producties ingediend, maar het hof oordeelt dat zij niet is geslaagd in het leveren van tegenbewijs. Het hof concludeert dat de appellante zich niet heeft gehouden aan haar verplichtingen als huurder, zoals vastgelegd in artikel 7:213 BW en de Algemene huurvoorwaarden. De overlast die door de appellante is veroorzaakt, is volgens het hof ernstig en structureel, wat de ontbinding van de huurovereenkomst rechtvaardigt. Het hof bekrachtigt het vonnis van de kantonrechter en veroordeelt de appellante in de kosten van het hoger beroep. De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheden van huurders en de gevolgen van het veroorzaken van overlast voor omwonenden.