ECLI:NL:GHARL:2022:2924

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
24 maart 2022
Publicatiedatum
15 april 2022
Zaaknummer
P21/0180
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging van de beslissing van de rechtbank Den Haag en verlenging van de terbeschikkingstelling met voorwaarden

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 24 maart 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de rechtbank Den Haag van 16 maart 2021, die de terbeschikkingstelling van de terbeschikkinggestelde met een jaar had verlengd. De terbeschikkinggestelde, geboren in 1989, verblijft onder verantwoordelijkheid van de Forensisch Psychiatrische Kliniek. Het hof heeft de terbeschikkinggestelde gehoord, bijgestaan door zijn raadsman mr. J.A.W. Knoester, en de advocaat-generaal mr. W.C.J. Stienen. Het hof heeft de relevante stukken en adviezen, waaronder het reclasseringsadvies van 4 januari 2022, in overweging genomen.

Het hof oordeelt dat de terbeschikkinggestelde, die onder behandeling staat voor schizofrenie, voldoende vooruitgang heeft geboekt in zijn behandeltraject. De reclassering heeft positief geadviseerd over een voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege, mits de terbeschikkinggestelde zich houdt aan de voorgeschreven voorwaarden. Het hof heeft besloten de beslissing van de rechtbank te vernietigen en de terbeschikkingstelling met twee jaar te verlengen, met voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege. De terbeschikkinggestelde moet zich houden aan diverse voorwaarden, waaronder het melden bij de reclassering en het naleven van het medicatiebeleid.

De beslissing van het hof is genomen in het belang van de veiligheid van anderen en de algemene veiligheid van personen. Het hof heeft vastgesteld dat het risico op recidive laag is, mits de terbeschikkinggestelde zich aan de voorwaarden houdt. De terbeschikkinggestelde heeft zich bereid verklaard om mee te werken aan de voorwaarden die door de reclassering zijn opgesteld, en het hof is van oordeel dat de veiligheid van anderen voldoende gewaarborgd kan worden door de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege.

Uitspraak

TBS P21/0180
Beslissing d.d. 24 maart 2022
De kamer van het hof als bedoeld in artikel 67 van de Wet op de rechterlijke organisatie heeft te beslissen op het beroep van
[terbeschikkinggestelde],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1989,
onder verantwoordelijkheid van de Forensisch Psychiatrische Kliniek
(hierna FPK)[forensisch psychiatrische klinkiek] te [plaats] verblijvende te [adres] .
Het beroep is ingesteld tegen de beslissing van de rechtbank Den Haag van 16 maart 2021, houdende verlenging van de terbeschikkingstelling met een termijn van een jaar.
Het hof heeft gelet op de stukken waarop de rechtbank haar beslissing heeft gebaseerd en daarnaast onder meer op:
- het proces-verbaal ter zitting van het hof van 9 september 2021;
- de tussenbeslissing van het hof van 23 september 2021 en de daarin opgesomde stukken;
- het proces-verbaal ter zitting van het hof van 16 december 2021;
- het verlengingsadvies van FPK [forensisch psychiatrische klinkiek] van 23 december 2021 met als bijlage de wettelijke aantekeningen van 13 maart 2021 tot en met 15 november 2021;
- het Reclasseringsadvies van Reclassering Nederland van 4 januari 2022.
Het hof heeft ter zitting van 10 maart 2022 gehoord de terbeschikkinggestelde, bijgestaan door zijn raadsman mr. J.A.W. Knoester, advocaat te 's-Gravenhage, en de advocaat-generaal mr. W.C.J. Stienen.

Overwegingen:

Het standpunt van de terbeschikkinggestelde
De terbeschikkinggestelde geniet nog wekelijks ambulante begeleiding en is van plan om medicatie te blijven gebruiken. Het is wenselijk om de verpleging van overheidswege voorwaardelijk te beëindigen en de maatregel te verlengen voor de duur van twee jaar.
Het standpunt van het openbaar ministerie
Het advies van de reclassering van 4 januari 2022 tot voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege kan worden gevolgd. Het Adviescollege Verloftoetsing TBS heeft de minister geadviseerd tot het verlenen van een machtiging voor proefverlof. Deze machtiging is verleend en het proefverlof is op 1 januari 2022 ingegaan. De terbeschikkinggestelde heeft in dit kader al contact met de reclassering. Dit kan worden voortgezet in het kader van een voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege. Het door de reclassering benoemde risico van motivatie voor medicatiegebruik kan een risico zijn in beide kaders. Dit zal een aandachtspunt zijn. De door de reclassering voorgestelde voorwaarden bieden voldoende waarborgen. De advocaat-generaal heeft geconcludeerd tot vernietiging van de beslissing van de rechtbank en de maatregel te verlengen voor de duur van één jaar met voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege onder de voorwaarden zoals gesteld door Reclassering Nederland in het advies van 4 januari 2022.
Het oordeel van het hof
Procesverloop
Het hof heeft op 23 september 2021 een tussenbeslissing gewezen, waarin het onder andere het volgende heeft overwogen:
Het hof acht zich op basis van de voorhanden zijnde informatie onvoldoende voorgelicht om te kunnen oordelen op het door de terbeschikkinggestelde ingediende beroep. Voor de vorming van zijn eindoordeel acht het hof het, evenals de raadsman en de deskundigen, wenselijk dat de reclassering (nader) onderzoek verricht naar de (on)mogelijkheden tot voorwaardelijke beëindiging van de verpleging, waarbij door de reclassering tevens aandacht wordt besteed aan de vraag of in een gecontroleerd kader de medicatie afgebouwd kan worden.
Het hof heeft de advocaat-generaal verzocht zorg te dragen voor voormelde rapportage.
Reclasseringsrapport 4 januari 2022
Op 4 januari 2022 heeft de reclassering een advies uitgebracht. De reclassering heeft onder meer gerapporteerd dat de terbeschikkinggestelde het behandeltraject, inclusief het medicatiebeleid, afgelopen jaren naar tevredenheid heeft doorlopen, waarbij de terbeschikkinggestelde zich aan de afspraken heeft gehouden en geleidelijk meer vrijheden en verantwoordelijkheden heeft gekregen. De terbeschikkinggestelde is echter nog altijd niet overtuigd van de noodzaak van het gebruik van antipsychotische medicatie, vanuit zijn idee dat hij geen schizofrenie heeft. Naast de beschermende werking die uitgaat van het medicatiebeleid (wat het risico op psychotisch ontregelen moet voorkomen), heeft de terbeschikkinggestelde ook op andere leefgebieden gewerkt aan de opbouw van beschermende factoren. Zo beschikt hij sinds april 2020 over een eigen woning in [plaats] , waar hij sinds het najaar van 2021 structureel verblijft. In de loop van augustus 2021 is zijn vriendin bij hem ingetrokken in deze woning. De relatie lijkt een gelijkwaardige, steunende en liefdevolle relatie te zijn, waarbij de reclassering aantekent dat de relatie nog pril is. De terbeschikkinggestelde verricht betaalde arbeid en beschikt daarmee over een eigen inkomen. Geconcludeerd wordt dat de terbeschikkinggestelde al jarenlang abstinent is van alcohol- en softdrugsgebruik. De reclassering is van mening dat de terbeschikkinggestelde toe is aan een volgende stap in zijn traject, waarin hij onder toezicht van de reclassering zijn resocialisatietraject verder kan gaan vormgeven en bestendigen. Op 1 januari 2022 is het proefverlof ingegaan. De reclassering heeft geadviseerd om de verpleging van overheidswege voorwaardelijk te beëindigen onder de in het rapport genoemde voorwaarden.
Vernietiging
Het hof zal de beslissing waarvan beroep vernietigen, omdat het hof tot een andere beslissing komt.
Indexdelict
Bij vonnis van de rechtbank ’s-Gravenhage van 1 maart 2011 is aan de terbeschikkinggestelde de maatregel van terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege opgelegd, ter zake van moord. Dit is een misdrijf dat is gericht tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen.
Stoornis en recidivegevaar
Bij de terbeschikkinggestelde is sprake van schizofrenie.
Het risico op recidive wordt thans door de reclassering ingeschat als laag, zolang de terbeschikkinggestelde zich houdt aan het voorgeschreven medicatiebeleid, geen alcohol en of middelen gebruikt, goed in beeld blijft bij zijn professionele netwerk en zich daarbij houdt aan de voorwaarden en afspraken. Essentieel is dat de terbeschikkinggestelde goed in beeld is en blijft bij zijn sociale steunende netwerk, waarbij het van belang is en blijft dat ook die omgeving in een vroeg stadium oog heeft voor mogelijke signalen van toenemende achterdocht en dergelijke, of het niet meer nemen of afbouwen van zijn medicatie, en dit dan ook tijdig zal signaleren bij het professionele netwerk. Op termijn bestaat het risico dat de terbeschikkinggestelde, bij het ontbreken van een verplicht zorgkader (medicatiebeleid), onvoldoende motivatie ten toon zal spreiden om de aan hem voorgeschreven antipsychotica te zullen blijven gebruiken. Hiermee zal de kans op recidive aanzienlijk oplopen, maar door de geleidelijkheid hiervan niet direct duidelijk merkbaar zijn. Er is de afgelopen jaren echter flink geïnvesteerd in de opbouw van beschermende factoren.
Verlengen maatregel
Op grond van deze overwegingen komt het hof tot het oordeel dat de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen de verlenging van de maatregel eist.
Voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege
Het hof ziet in het behandelde ter zitting en in de overige adviezen aanleiding de verpleging van overheidswege voorwaardelijk te beëindigen.
De reclassering heeft positief geadviseerd over een voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege en heeft daarvoor voorwaarden geformuleerd. De terbeschikkinggestelde heeft zich op de zitting van het hof bereid verklaard zich te houden en te zullen houden aan deze voorwaarden.
Gelet hierop is het hof van oordeel dat het gevaar voor de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen tot een zodanig aanvaardbaar niveau is teruggebracht dat beëindiging van de verpleging van overheidswege onder de hierna te noemen voorwaarden verantwoord is. Op basis van de progressie die de terbeschikkinggestelde in zijn behandeltraject heeft laten zien en de tot op heden bereikte resultaten, is het hof, evenals de reclassering, van oordeel dat de terbeschikkinggestelde toe is aan een volgende stap in zijn traject, waarin hij onder toezicht van de reclassering zijn resocialisatietraject verder kan gaan vormgeven en bestendigen. Het door de reclassering benoemde risico van stoppen met medicatiegebruik, kan worden ondervangen in het kader van een voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege.
Duur van de verlenging
Met de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege breekt een nieuwe fase aan in het resocialisatietraject. Aannemelijk is geworden dat dit traject in het kader van de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege meer tijd in beslag zal nemen dan de tijd die resteert bij een verlenging van de terbeschikkingstelling met een termijn van een jaar. Het hof zal derhalve de maatregel verlengen met een termijn van twee jaren.

Beslissing

Het hof:
Vernietigtde beslissing van de rechtbank Den Haag van 16 maart 2021 met betrekking tot de terbeschikkinggestelde
[terbeschikkinggestelde].
Verlengtde terbeschikkingstelling met een termijn van
twee jaar.
Beëindigtde verpleging van overheidswege en stelt daarbij de volgende voorwaarden:
De terbeschikkinggestelde:
maakt zich niet schuldig aan een strafbaar feit;
werkt mee aan het reclasseringstoezicht. Deze medewerking houdt onder andere in:
- de terbeschikkinggestelde meldt zich op afspraken bij de reclassering. De reclassering bepaalt hoe vaak dat nodig is;
- de terbeschikkinggestelde laat één of meer vingerafdrukken nemen en laat een geldig identiteitsbewijs zien. Dit is nodig om de identiteit van de terbeschikkinggestelde vast te stellen;
- de terbeschikkinggestelde houdt zich aan de aanwijzingen van de reclassering. De reclassering kan aanwijzingen geven die nodig zijn voor de uitvoering van het toezicht of om de terbeschikkinggestelde te helpen bij het naleven van de voorwaarden;
- de terbeschikkinggestelde helpt de reclassering aan een actuele foto waarop zijn gezicht herkenbaar is. Deze foto is nodig voor opsporing van ongeoorloofde afwezigheid;
- de terbeschikkinggestelde werkt mee aan huisbezoeken;
- de terbeschikkinggestelde geeft de reclassering inzicht in de voortgang van begeleiding en/of behandeling door andere instellingen of hulpverleners;
- de terbeschikkinggestelde vestigt zich niet op een ander adres zonder toestemming van de reclassering;
- de terbeschikkinggestelde werkt mee aan het uitwisselen van informatie met personen en instanties die contact hebben met de terbeschikkinggestelde, als dat van belang is voor het toezicht. Hieronder valt ook medewerking aan het convenant tussen reclassering en politie, dat onder meer inhoudt dat de terbeschikkinggestelde onaangekondigd door de wijkagent gecontroleerd kan worden binnen zijn huis of omgeving;
- de terbeschikkinggestelde verschaft de reclassering zicht op de voortgang van zijn resocialisatie en begeleiding en verleent de reclassering toestemming om relevante referenten te raadplegen en contact te onderhouden met personen en instanties die deel uitmaken van zijn netwerk;
3. werkt mee aan Forensisch Psychiatrisch Toezicht, ook als dit betekent een time-out in de Forensische Psychiatrische Kliniek [forensisch psychiatrische klinkiek] (of een door het NIFP/IFZ nog nader te bepalen Forensisch Psychiatrisch Centrum of andere instelling), voor maximaal veertien weken per kalenderjaar;
4. zal zich niet buiten de Europese landsgrenzen van Nederland begeven;
5. laat zich behandelen door het [ambulant centrum] of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering. De behandeling duurt zolang de reclassering en/of de zorginstelling dat nodig vindt. De terbeschikkinggestelde houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling, het medicatiebeleid daarbij inbegrepen;
6. houdt zich aan het door de zorgverlener / behandelaar opgestelde en voorgeschreven medicatiebeleid als onderdeel van de behandeling. Het innemen en toedienen van medicatie en de controle daarop maakt onderdeel uit van de behandeling;
7. geeft openheid over zijn middelengebruik en werkt mee aan controle van het gebruik van alcohol en/of softdrugs om het middelengebruik te beheersen. De reclassering kan urineonderzoek en ademonderzoek (blaastest) gebruiken voor controle. De reclassering bepaalt hoe vaak de terbeschikkinggestelde wordt gecontroleerd. Bij terugval in middelengebruik zal de terbeschikkinggestelde, indien dit door de reclassering noodzakelijk worden geacht, meewerken aan een kortdurende klinische opname (voor de duur van maximaal zeven weken) bij een forensische verslavingskliniek;
8. zet zich in voor het realiseren en behouden van een passende en door de reclassering goedgekeurde dagbesteding;
9. geeft de reclassering openheid over het aangaan en onderhouden van (partner)relaties en verleent de reclassering toestemming om relevante referenten uit zijn (sociale) netwerk te raadplegen en contact te onderhouden met personen en instanties die deel uitmaken van zijn (sociale) netwerk.
Draagtde reclassering, Reclassering Nederland op de terbeschikkinggestelde bij de naleving van de voorwaarden hulp en steun te verlenen.
Aldus gedaan door
mr. M.E. van Wees als voorzitter,
mr. R. Prakke-Nieuwenhuizen en mr. M. Keppels als raadsheren,
en dr. P.K.J. Ronhaar en drs. I. Breukel als raden,
in tegenwoordigheid van mr. D. van der Geld als griffier,
en op 24 maart 2022 in het openbaar uitgesproken.
Mr. M.E. van Wees en de raden zijn buiten staat deze beslissing mede te ondertekenen.