ECLI:NL:GHARL:2022:1271
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Beperkte omgangsregeling tussen grootmoeder en kleinkind vastgesteld door het hof
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 17 februari 2022 een beschikking gegeven inzake de omgangsregeling tussen een grootmoeder en haar kleinkind. De grootmoeder, verzoekster in hoger beroep, had verzocht om een ruimere omgangsregeling met haar kleinkind, maar het hof heeft besloten dat een beperkte omgangsregeling van vier keer per jaar het meest in het belang van het kind is. Het hof heeft in zijn overwegingen de veiligheid en het welzijn van het kleinkind vooropgesteld. De grootmoeder had eerder een omgangsregeling die door de gecertificeerde instelling, de William Schrikker Stichting, was vastgesteld, maar het hof heeft deze regeling herzien op basis van de actuele situatie en de informatie die door de GI was verstrekt. De GI had aangegeven dat de grootmoeder onrust veroorzaakte tijdens de omgangsmomenten en dat het kleinkind negatief reageerde op de bezoeken. Het hof heeft de grootmoeder ontvankelijk verklaard in haar verzoek, maar heeft de frequentie van de omgangsregeling beperkt tot vier keer per jaar, waarbij de GI de invulling van de omgangsmomenten bepaalt. Het hof benadrukt dat het belang van het kleinkind altijd voorop staat en dat wijzigingen in de omgangsregeling in de toekomst mogelijk zijn, afhankelijk van de ontwikkeling van het kind.