Uitspraak
Verkort arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
- een jeugddetentie van 203 dagen, met aftrek van het voorarrest;
- een onvoorwaardelijke PIJ-maatregel.
- beslist conform de rechtbank ten aanzien van het in beslag genomen goed;
- de vordering na voorwaardelijke veroordeling met parketnummer 18-067902-19 afwijst;
- de vordering na voorwaardelijke veroordeling met parketnummer 18-840052-19 gedeeltelijk toewijst, te weten: een jeugddetentie van 2 weken;
- beslist conform de rechtbank op de vorderingen tot schadevergoeding van de benadeelde partijen.
Ontvankelijk van het hoger beroep
Het vonnis waarvan beroep
- een jeugddetentie van 203 dagen, met aftrek van het voorarrest;
- een voorwaardelijke PIJ-maatregel met een proeftijd van 2 jaren, met als bijzondere voorwaarden een behandelverplichting in een intramurale instelling, meewerken aan vervolgbehandeling, een alcohol- en drugsverbod en het volgen van onderwijs en daarbij bepaald dat deze maatregel dadelijk uitvoerbaar is;
- het bevel tot voorlopige hechtenis opgeheven;
- de in beslag genomen telefoon verbeurd verklaard;
- de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [benadeelde partij 1] toegewezen;
- de overige benadeelde partijen niet-ontvankelijk verklaard in hun vorderingen tot schadevergoeding;
- de vordering na voorwaardelijke veroordeling met parketnummer 18-067902-19, afgewezen;
- de vordering na voorwaardelijke veroordeling met parketnummer 18-840052-19 gedeeltelijk toegewezen, te weten: een jeugddetentie van 2 maanden.
De tenlastelegging
hij op of omstreeks 11 januari 2021 te Groningen tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, ter uitvoering van het door verdachte en/of zijn/haar mededader(s) voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te
hij op of omstreeks 11 januari 2021 te Groningen tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk [slachtoffer 1] wederrechtelijk van de vrijheid heeft/hebben beroofd en/of beroofd gehouden, door - zakelijk weergegeven - die [slachtoffer 1] naar een woning (aan de [straatnaam] ( [huisnummer] )) te lokken en/of (aldaar) een kamer in te duwen en/of een mes en/of een schroevendraaier (ten overstaan van die [slachtoffer 1] ) ter hand te nemen en/of die schroevendraaier voor zijn gezicht te houden en/of met dat mes in de hand aan hem toe te voegen; "Doe wat hij zegt anders maak ik je dood. Ik ga je steken ik ga je prikken"
hij in of omstreeks de periode van 11 januari 2021 tot en met 26 januari 2021, althans in/op of omstreeks (11/12) januari 2021, te Groningen en/of Uithuizen , (althans) in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen, door bedreiging met smaad en/of smaadschrift en/of openbaring van een geheim, [slachtoffer 1] heeft gedwongen tot de afgifte van een of meerdere geldbedragen (in totaal (ongeveer) 6000 euro), geheel of ten dele toebehorende aan die [slachtoffer 1] althans aan een ander dan aan verdachte, immers heeft hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) aan die [slachtoffer 1] (via whatsapp/berichtenverkeer)
hij in/op of omstreeks (9 februari) 2021 te Uithuizen , (althans) in elk geval in Nederland, een wapen van categorie II, onder 5 van de Wet wapens en munitie, te weten een taser/straomstootwapen, zijnde een voorwerp waarmee door een elektrische stroomstoot
hij in/op of omstreeks (9 februari) 2021, te Uithuizen , (althans) in Nederland, opzettelijk een betaalpas ( ING ) en/of OV-chipkaart en/of ID-kaart, in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele toebehoorde aan (respectievelijk) [rechthebbende 1] en/of [rechthebbende 2] en/of [rechthebbende 3] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, en welk(e) goed(eren) verdachte anders dan door misdrijf, te weten als gevonden voorwerp(en), in elk geval anders dan door misdrijf, onder zich had, wederrechtelijk zich heeft toegeëigend;
hij op of omstreeks 22 juni 2020 te Uithuizen , gemeente Het Hogeland openlijk, te weten, op of aan de [straatnaam] , in elk geval op of aan de openbare weg en/of op een voor het publiek toegankelijke plaats (een sportveld), in vereniging geweld heeft gepleegd tegen een of meerdere perso(o)n(en) (waaronder/te weten [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] ) door (meermalen en/of met kracht) die (genoemde) perso(o)n(en) op en/of aan/tegen het lichaam te trekken/duwen en/of te slaan en/of te schoppen en/of met een (bromfiets)helm op/tegen en/of naar en/of in de richting van het gezicht/lichaam te slaan en/of te stoten;
hij in of omstreeks de periode van 01 april 2019 tot en met 01 juli 2019, althans in of omstreeks 2019, te Groningen , althans in Nederland, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, (meermalen) een voorwerp, te weten geld, heeft verworven, voorhanden gehad, overgedragen en/of omgezet, terwijl hij (telkens) wist, althans redelijkerwijs moest vermoeden, dat dat voorwerp geheel of gedeeltelijk - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was uit enig misdrijf;
een of meer onbekend gebleven perso(o)n(en) in of omstreeks de periode van 01 april 2019 tot en met 01 juli 2019, althans in of omstreeks 2019, te Groningen , althans in Nederland, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, (meermalen) een voorwerp, te weten geld, heeft verworven, voorhanden gehad, overgedragen en/of omgezet, terwijl die een of meer onbekend gebleven perso(o)n(en) (telkens) wist(en), althans redelijkerwijs moest(en) vermoeden, dat dat voorwerp geheel of gedeeltelijk - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was uit enig misdrijf, bij en/of tot het plegen van welk misdrijf verdachte, in of omstreeks de periode van 01 april 2019 tot en met 01 juli 2019, althans in of omstreeks 2019, te Groningen , althans in Nederland, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft, door - zakelijk weergegeven - een of meerdere bankpas(sen) en/of -rekening(en) en/of -rekeningnummer(s) te ronselen/bemachtigen en/of (met die bankpas(sen)) geld te pinnen/op te nemen.
Vrijspraak van het in de zaak met parketnummer 18-284910-20 tenlastegelegde
Bewezenverklaring
hij op 11 januari 2021 te Groningen , tezamen en in vereniging met anderen, ter uitvoering
hij op 11 januari 2021 te Groningen , tezamen en in vereniging met een ander, opzettelijk
hij in de periode van 11 januari 2021 tot en met 26 januari 2021, te Groningen en Uithuizen , tezamen en in vereniging met een ander, met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen, door bedreiging met openbaring van een geheim, [slachtoffer 1] heeft gedwongen tot de afgifte van meerdere geldbedragen (in totaal ongeveer 6000 euro), geheel of ten dele toebehorende aan die [slachtoffer 1] , immers hebben hij, verdachte, en zijn mededader aan die [slachtoffer 1] (via WhatsApp) toegevoegd:
4.
hij op 9 februari 2021 te Uithuizen , een wapen van categorie II, onder 5 van de Wet wapens en munitie, te weten een taser, zijnde een voorwerp waarmee door een elektrische stroomstoot personen weerloos konden worden gemaakt of pijn kon worden toegebracht
hij op 9 februari 2021, te Uithuizen , opzettelijk een betaalpas ( ING ) en OV-chipkaart en ID-kaart, toebehoorde aan respectievelijk [rechthebbende 1] , [rechthebbende 2] en [rechthebbende 3] , en welke goederen verdachte anders dan door misdrijf, te weten als gevonden voorwerpen onder zich had, wederrechtelijk zich heeft toegeëigend;
hij op 22 juni 2020 te Uithuizen , gemeente Het Hogeland , openlijk, te weten aan de [straatnaam] , en op een voor het publiek toegankelijke plaats (een sportveld), in vereniging geweld heeft gepleegd tegen meerdere personen, te weten [slachtoffer 2] , [slachtoffer 3] , [slachtoffer 4] en [slachtoffer 5] , door die personen op en/of aan/tegen het lichaam te trekken/duwen en/of te slaan en/of te schoppen en/of met een (bromfiets)helm op/tegen het gezicht/lichaam te slaan en/of te stoten;
hij op 17 juni 2019 te Groningen , een voorwerp, te weten geld, heeft verworven, voorhanden gehad, terwijl hij redelijkerwijs moest vermoeden, dat dat voorwerp - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was uit enig misdrijf.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf en/of maatregel
updatevan JB Noord van 5 december 2022 wordt aangegeven dat verdachte vanaf september regelmatig zijn behandelafspraken niet nakomt. Ook blijkt dat verdachte is uitgeschreven bij zijn school. JB Noord acht behandeling binnen een PIJ-maatregel niet langer geïndiceerd. Volgens JB Noord heeft verdachte in dat geval namelijk niets meer te verliezen en zal behandeling niet lukken. JB Noord acht echter behandeling wel van belang. Men meent dat verdachte meer baat zal hebben bij verplichte behandeling bij [zorginstelling 1] of [zorginstelling 2] . JB Noord adviseert verder een overdracht naar volwassenenreclassering, gelet op verdachtes huidige volwassen leven als vader en de achterliggende problematiek en delictgeschiedenis. Een pedagogische aanpak heeft weinig meerwaarde meer voor verdachte, aldus JB Noord.
Beslag
Vorderingen tot schadevergoeding van de benadeelde partijen
Vorderingen na voorwaardelijke veroordeling
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
450 (vierhonderdvijftig) dagen.
247 (tweehonderdzevenenveertig) dagen,niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt of de verdachte gedurende de proeftijd van 2 (twee) jaren ten behoeve van het vaststellen van zijn/haar identiteit geen medewerking heeft verleend aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of geen identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage heeft aangeboden of geen medewerking heeft verleend aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclasseringsinstelling zo vaak en zolang als de reclasseringsinstelling dit noodzakelijk acht daaronder begrepen, dan wel de hierna te noemen bijzondere voorwaarde(n) niet heeft nageleefd.
Stelt als bijzondere voorwaarden:
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 2]
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 3]
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 1]
€ 10,00 (tien euro) ter zake van materiële schade, waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 4]
werkstrafvoor de duur van
180 (honderdtachtig) uren, bij gebreke van het naar behoren verrichten te vervangen door
3