ECLI:NL:GHARL:2022:10669
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Tussenuitspraak
- R. Prakke-Nieuwenhuizen
- Th.C.M. Willemse
- K. Mans
- Rechtspraak.nl
Incident schorsing in hoger beroep met betrekking tot ontruiming van woning
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, betreft het een incident van schorsing in hoger beroep. De appellant, die in eerste aanleg gedaagde was, heeft een vordering tot schorsing van de tenuitvoerlegging van een vonnis ingediend. De woning van de appellant is inmiddels ontruimd, nadat de kortgedingrechter op 23 augustus 2022 de vorderingen van de appellant in een executiegeschil had afgewezen. De appellant stelt dat hij nog steeds belang heeft bij schorsing, omdat hij dakloos is en niet in staat is om vervangende woonruimte te vinden. Hij voert aan dat hij fysiek en mentaal niet in staat is om op straat te leven en dat hij geen familie of vrienden heeft om bij te verblijven.
Het hof overweegt dat wanneer een veroordeling uitvoerbaar bij voorraad is verklaard, deze ook uitvoerbaar blijft tijdens een hoger beroep. Het hof kan de uitvoerbaarheid schorsen als het belang van de veroordeelde partij bij behoud van de bestaande toestand zwaarder weegt dan het belang van de wederpartij. In dit geval is de woning echter al ontruimd, waardoor het behoud van de bestaande toestand niet meer aan de orde is. De vordering tot schorsing wordt dan ook afgewezen.
De appellant wordt veroordeeld in de kosten van het incident, vastgesteld op € 1.114,- voor salaris van de advocaat van de geïntimeerde, Stichting Vivare. Het hof bepaalt dat de hoofdzaak wordt voortgezet in de stand waarin deze zich bevindt, en houdt verdere beslissingen aan.