GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
zaaknummers gerechtshof:
200.314.683/01 (beëindigen gezag over [de minderjarige1] , [de minderjarige2] en [de minderjarige3] en ots en uhp [de minderjarige4] ),
200.315.949/01 (beëindigen gezag over [de minderjarige1] , [de minderjarige2] en [de minderjarige3] ), en
200.316.349/01 (ots en uhp [de minderjarige4] ).
(zaaknummers rechtbank Noord-Nederland 181377 en 183973 en 184096)
beschikking van 6 december 2022
in de zaak met zaaknummer 200.314.683/01
[verzoekster](de moeder),
wonende te [woonplaats1] ,
verzoekster in hoger beroep,
de raad voor de kinderbescherming(de raad),
regio Noord Nederland, locatie Leeuwarden,
verweerder in hoger beroep,
de raad voor de kinderbescherming(de raad),
Landelijke Staf Organisatie te ’s-Gravenhage,
verweerder in hoger beroep.
Als overige belanghebbenden zijn aangemerkt:
[de pleegouders] ,
wonende op een geheim te houden adres,
verder te noemen: de pleegouders,
Stichting Leger des Heils Jeugdbescherming en Reclassering,
gevestigd te Leeuwarden,
verder te noemen: LJ&R,
Regiecentrum Bescherming en Veiligheid,
gevestigd te Leeuwarden,
verder te noemen: het Regiecentrum.
in de zaak met zaaknummer 200.315.949/01
[verzoekster](de moeder),
wonende te [woonplaats1] ,
en
[verzoeker](de vader),
wonende te [woonplaats2] ,
verzoekers in hoger beroep,
verder ook te noemen: de ouders,
advocaat: mr. J.D. Nijenhuis te Leeuwarden,
en
de raad voor de kinderbescherming(de raad),
regio Noord Nederland, locatie Leeuwarden,
verweerder in hoger beroep.
Als overige belanghebbenden zijn aangemerkt:
[de pleegouders] ,
wonende op een geheim te houden adres,
verder te noemen: de pleegouders,
Regiecentrum Bescherming en Veiligheid,
gevestigd te Leeuwarden,
verder te noemen: het Regiecentrum.
in de zaak met zaaknummer 200.316.349/01
[verzoekster](de moeder),
wonende te [woonplaats1] ,
en
[verzoeker](de vader),
wonende te [woonplaats2] ,
verzoekers in hoger beroep,
verder ook te noemen: de ouders,
advocaat: mr. J.D. Nijenhuis te Leeuwarden,
de raad voor de kinderbescherming(de raad),
Landelijke Staf Organisatie te ’s-Gravenhage,
verweerder in hoger beroep.
Als overige belanghebbende is aangemerkt:
Stichting Leger des Heils Jeugdbescherming en Reclassering,
gevestigd te Leeuwarden,
verder te noemen: LJ&R.
1. Het geding in eerste aanleg
Het hof verwijst voor het geding in eerste aanleg naar de beschikkingen van de rechtbank Noord-Nederland, locatie Leeuwarden, van 4 februari 2022 en 25 mei 2022 (zaaknummer 181377) en van de kinderrechter in genoemde rechtbank van 25 mei 2022, 14 juni 2022 en 13 juli 2022 (zaaknummers 183973 en 184096).
2 Het geding in hoger beroep
in de zaak met zaaknummer 200.314.683/01
2.1Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het beroepschrift met bijlage(n), ingekomen op 15 augustus 2022;
- een brief namens de moeder van 12 september 2022;
- een brief namens de moeder van 6 november 2022 met bijlage(n);
- een brief namens de moeder van 6 november 2022 met bijlage(n).
in de zaak met zaaknummer 200.315.949/01
2.2Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het beroepschrift met bijlage(n), ingekomen op 25 augustus 2022;
- een journaalbericht namens de moeder van 6 november 2022 met bijlage(n);
- een brief namens de moeder van 6 november 2022 met bijlage(n);
- een verweerschrift van de raad met bijlage(n).
in de zaak met zaaknummer 200.316.349/01
2.3Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het beroepschrift met bijlage(n), ingekomen op 14 september 2022;
- een brief namens de moeder van 6 november 2022 met bijlage(n);
- een journaalbericht namens de moeder van 6 november 2022 met bijlage(n);
- een verweerschrift van de raad met bijlage(n).
2.4De mondelinge behandeling van alle drie zaken heeft op 15 november 2022 plaatsgevonden. De ouders zijn in persoon verschenen, bijgestaan door hun advocaat. Namens de raad zijn verschenen [naam1] , [naam2] en [naam3] . Namens de LJ&R en het Regiecentrum zijn verschenen [naam4] en [naam5] van het Landelijk Expertise Team Jeugdbescherming (verder: LET).