ECLI:NL:GHARL:2022:10495
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak in hoger beroep voor verdachte betrokken bij ontploffing met vuurwerk bij Albert Heijn
In deze zaak heeft het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 13 december 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Midden-Nederland. De verdachte was eerder veroordeeld voor het medeplegen van opzettelijk een ontploffing teweegbrengen met vuurwerk, wat gemeen gevaar voor goederen en levensgevaar voor anderen met zich meebracht. De politierechter had de verdachte een jeugddetentie van dertig dagen opgelegd, waarvan vijftien dagen voorwaardelijk, en een werkstraf van zestig uren. De benadeelde partij, Albert Heijn, had een schadevergoeding gevorderd die deels was toegewezen.
In het hoger beroep heeft de advocaat-generaal gevorderd om de verdachte te veroordelen op basis van de herkenning door verbalisanten en de belastende verklaring van een getuige. De raadsman van de verdachte heeft echter betoogd dat er te veel twijfel bestaat over de betrokkenheid van de verdachte en dat het bewijs onvoldoende betrouwbaar is. Het hof heeft de herkenningen door de verbalisanten en de verklaring van de getuige als onvoldoende betrouwbaar beoordeeld, onder andere vanwege de kwaliteit van de camerabeelden en de inconsistenties in de getuigenverklaring.
Uiteindelijk heeft het hof geoordeeld dat er onvoldoende bewijs is om de verdachte te veroordelen en heeft het vonnis van de politierechter vernietigd. De verdachte is vrijgesproken van zowel het primair als het subsidiair tenlastegelegde. De vorderingen van de benadeelde partijen zijn niet-ontvankelijk verklaard, omdat de verdachte niet schuldig is bevonden aan de tenlastegelegde feiten. Het hof heeft de kosten van de benadeelde partijen tot aan de uitspraak begroot op nihil.