ECLI:NL:GHARL:2022:10397

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
29 november 2022
Publicatiedatum
5 december 2022
Zaaknummer
200.294.939/01
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bepaling geslachtsnaam van minderjarige na keuze door ouders

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 29 november 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep inzake de keuze van de geslachtsnaam van een minderjarige. De zaak betreft een verzoek van de moeder, die in hoger beroep is gegaan tegen een eerdere beschikking van de rechtbank Noord-Nederland. De ouders van de minderjarige, geboren in 2018, hebben gekozen voor de geslachtsnaam van de moeder. Dit verzoek is gedaan na een tussenbeschikking van het hof op 31 mei 2022, waarin werd bepaald dat de ouders tot en met 30 november 2022 de gelegenheid hadden om hun keuze voor de geslachtsnaam te maken.

De ambtenaar van de burgerlijke stand heeft op 25 oktober 2022 een akte van naamskeuze opgemaakt, waarin de gekozen geslachtsnaam is vastgelegd. In zijn brief van 28 oktober 2022 heeft de ambtenaar het hof verzocht om de geboorteakte van de minderjarige aan te vullen met deze akte van naamskeuze. Het hof heeft overwogen dat de eerdere beschikking van de rechtbank, die de geslachtsnaam van de minderjarige op de naam van de vader had vastgesteld, niet in stand kan blijven nu de ouders gezamenlijk voor de naam van de moeder hebben gekozen.

Het hof heeft de bestreden beschikking van de rechtbank vernietigd voor zover deze aan het oordeel van het hof onderworpen was en heeft gelast dat de geboorteakte van de minderjarige wordt aangevuld met de akte van naamskeuze. Tevens is bepaald dat de griffier een afschrift van de beschikking moet zenden aan de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Leeuwarden, met inachtneming van een termijn van drie maanden na de uitspraak.

Uitspraak

GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN

locatie Leeuwarden
afdeling civiel recht
zaaknummer gerechtshof 200.294.939/01
(zaaknummer rechtbank Noord-Nederland 171625)
beschikking van 29 november 2022
inzake
[verzoekster](de moeder),
wonende te [woonplaats1] ,
verzoekster in hoger beroep,
advocaat: mr. L. Leenders te Den Haag.
Als belanghebbenden zijn aangemerkt:

1.[de vader] (de vader),

wonende te Irak,
2.
de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Leeuwarden(de ambtenaar van de burgerlijke stand of de gemeente),
zetelend te Leeuwarden,

3.het Openbaar Ministerie,

vertegenwoordigd door de Advocaat-Generaal in het ressort Arnhem-Leeuwarden,
verweerder in hoger beroep.

1.Het verloop van het geding in hoger beroep

1.1
Voor het verloop van het geding tot 31 mei 2022 verwijst het hof naar zijn tussenbeschikking van die datum.
1.2
Het verdere verloop blijkt uit een brief van de ambtenaar van de burgerlijke stand van 28 oktober 2022 met bijlage(n).
1.3
In zijn (tussen)beschikking heeft het hof overwogen dat het hof de zaak na ontvangst van het bericht van de ambtenaar van de burgerlijke stand in beginsel verder op de stukken zal afdoen. Het hof acht een nadere mondelinge behandeling niet noodzakelijk en partijen hebben daartoe evenmin de wens uitgesproken. Het hof zal de zaak daarom – zoals aangekondigd in de tussenbeschikking – verder op de stukken afdoen.

2.De motivering van de beslissing

2.1
Het hof blijft bij hetgeen is overwogen en beslist in de (tussen)beschikking van 31 mei 2022, voor zover hierna niet anders wordt overwogen of beslist.
2.2
In die – uitvoerbaar bij voorraad verklaarde – beschikking heeft het hof bepaald dat de ouders tot en met 30 november 2022 het recht hebben om ten overstaan van de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Leeuwarden, althans op een door hem te bepalen plaats en wijze, te verklaren welke van hun beider geslachtsnamen hun kind [de minderjarige] , geboren [in] 2018 in de gemeente Leeuwarden, zal hebben. Het hof heeft iedere verdere beslissing aangehouden in afwachting van nader bericht van de ambtenaar van de burgerlijke stand.
2.3
Uit de brief van de ambtenaar van de burgerlijke stand van 28 oktober 2022 blijkt dat de ouders de naam ‘ [verzoekster] ’ hebben gekozen als geslachtsnaam voor [de minderjarige] . Hiervan heeft de ambtenaar van de burgerlijke stand op 25 oktober 2022 een akte van naamskeuze opgemaakt. In zijn brief van 28 oktober 2022 verzoekt de ambtenaar van de burgerlijke stand het hof (zo begrijpt het hof:) te gelasten dat de geboorteakte van [de minderjarige] in het register van de burgerlijke stand wordt aangevuld met de akte van naamskeuze.
2.4
Nu de ouders hebben gekozen voor de geslachtsnaam van de moeder kan de bestreden beschikking van de rechtbank Noord-Nederland, locatie Leeuwarden, van 3 februari 2021, voor zover het de beslissing betreft verbetering te gelasten van de geboorteakte van [de minderjarige] in die zin dat in de geboorteakte de geslachtsnaam van [de minderjarige] wordt verbeterd in [de vader] , niet in stand blijven.

3.De slotsom

Het hof zal op grond van het voorstaande de bestreden beschikking vernietigen voor zover aan het oordeel van het hof onderworpen en aanvulling van de geboorteakte van [de minderjarige] gelasten.

4.De beslissing

Het hof, beschikkende in hoger beroep:
vernietigt de beschikking van de rechtbank Noord-Nederland, locatie Leeuwarden, van 3 februari 2021, voor zover aan het oordeel van het hof onderworpen, en (in zoverre) opnieuw beschikkende:
gelast aanvulling van de akte met nummer [nummer1] ingeschreven in het register van geboorten van het jaar 2018 van de gemeente Leeuwarden, betreffende:
[de minderjarige] , geboren [in] 2018 in de gemeente Leeuwarden,
in die zin dat aan die akte wordt toegevoegd de akte van naamskeuze zoals hierboven onder 2.3 is weergegeven;
draagt - op grond van artikel 1:24 lid 2 van het Burgerlijk Wetboek - de griffier op niet eerder dan drie maanden na de dag van de uitspraak van deze beschikking een afschrift van deze beschikking te zenden aan de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Leeuwarden;
wijst het meer of anders verzochte af.
Deze beschikking is gegeven door mrs. I.M. Dölle, J.W. Keuning en F. Menso, bijgestaan door mr. T. van der Veen als griffier, en is op 29 november 2022 uitgesproken in het openbaar in tegenwoordigheid van de griffier.