Uitspraak
Verkort arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Het vonnis waarvan beroep
De tenlastelegging
hij op of omstreeks 21 september 2020 te [plaats] aan [benadeelde partij] opzettelijk zwaar lichamelijk letsel, (te weten een 15 cm lange wond in de nek met beschadiging van de monnikskapspier en/of waarvoor een operatie noodzakelijk was en/of met een hersteltermijn van ongeveer 4 weken en/of blijvend litteken) heeft toegebracht door met een machete, althans een groot mes, die [benadeelde partij] met kracht (van achteren) in de nek te slaan en/of te steken en/of te snijden;
hij op of omstreeks 21 september 2020 te [plaats] ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om aan [benadeelde partij] opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, hebbende verdachte die [benadeelde partij] met een machete, althans een groot mes, met kracht (van achteren) in de nek geslagen en/of gestoken en/of gesneden, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
Bewezenverklaring
hij op 21 september 2020 te [plaats] ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om [benadeelde partij] opzettelijk van het leven te beroven, met een machete die [benadeelde partij] met kracht van achteren in de nek heeft geslagen, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
Inbeslaggenomen goederen
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij]
Vordering tenuitvoerlegging
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
4 (vier) jaren.
1 (één) jaar, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat:
- de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
- of de verdachte gedurende de proeftijd van 3 (drie) jaren ten behoeve van het vaststellen van zijn/haar identiteit geen medewerking heeft verleend aan het nemen van een of meer vingerafdrukken
- of geen identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage heeft aangeboden
- of geen medewerking heeft verleend aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclasseringsinstelling zo vaak en zolang als de reclasseringsinstelling dit noodzakelijk acht daaronder begrepen,
- dan wel de hierna te noemen bijzondere voorwaarden niet heeft nageleefd.
onttrekking aan het verkeervan het in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerp, te weten:
2 (twee) maanden.