Uitspraak
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Het vonnis waarvan beroep
De tenlastelegging
telkensna “Participatiewet” moet worden ingevoegd: en/of de Wet op de Arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO).
Overwegingen ten aanzien van het bewijs
€ 155.141,58. In de uitkeringsdossiers op naam van verdachte zijn geen documenten aangetroffen waaruit blijkt dat hij aan het UWV heeft doorgegeven dat hij werkzaamheden verrichtte en/of inkomsten had. Verdachte heeft tijdens een gesprek met een UWV-medewerker verklaard dat hij bekend was met de inlichtingenplicht. [2] In de periode van januari 2005 tot 1 april 2013 ontving iedere verzekerde met een WAO-uitkering eenmaal per jaar een wijzigingsformulier. Indien er sprake was van een wijziging ten opzichte van het voorgaande jaar moest de verzekerde deze wijziging vermelden op het wijzigingsformulier en dit terug sturen naar het UWV. Vanaf 1 april 2013 worden uitkeringsgerechtigden WAO-ers geacht uit eigen beweging wijzigingen door te geven. [3] Verbalisant [verbalisant1] zag in het uitkeringsdossier niets waaruit kan blijken dat verdachte op enige wijze aan het UWV heeft doorgegeven dat hij werkzaamheden verrichtte of inkomsten genoot met betrekking tot een hennepkwekerij. [4] Verdachte heeft op 8 mei 2012 tijdens het verhoor bij de politie verklaard dat hij de hennepkwekerij in [plaats2] heeft opgebouwd en dat hij dit zelf heeft gedaan. Tevens heeft hij verklaard dat hij eenmaal heeft geoogst. Bij het oogsten is volgens verdachte niemand betrokken geweest. [5] Het gerechtshof Arnhem heeft in 2008 een arrest gewezen waarin verdachte veroordeeld is voor het opzettelijk telen van een groot aantal hennepplanten in de periode van 1 januari 2006 tot en met 30 augustus 2006 te [plaats1] . [6] Verdachte heeft ter terechtzitting van het hof op 10 september 2021 verklaard dat hij inkomsten uit de hennepkwekerij in [plaats1] en [plaats2] heeft genoten. [7]
verdachtwordt van hennepteelt niet aan zijn inlichtingenplicht voldaan. Verdachte had uit eigen beweging alle benodigde gegevens over zijn feitelijk genoten inkomsten aan het UWV moeten verstrekken en niet moeten wachten tot het UWV bij hem zou aankloppen. Verdachte wist dit en dat maakt hem opzettelijk nalatig ten aanzien van de inlichtingenplicht.
Bewezenverklaring
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
2 (twee) maanden.
1 (één) jaaraan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.