Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoekster in hoger beroep,
William Schrikker Stichting Jeugdbescherming en Jeugdreclassering
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 23 september 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep over de beëindiging van het gezag van de moeder over haar minderjarige kind, geboren in 2012. De moeder had eerder het gezag alleen uitgeoefend, maar er waren zorgen over de stabiliteit van haar beslissingen en de ontwikkeling van het kind. De rechtbank Noord-Nederland had op 9 oktober 2020 het gezag van de moeder beëindigd en de William Schrikker Stichting Jeugdbescherming en Jeugdreclassering tot voogd benoemd. De moeder ging in hoger beroep met drie grieven, maar het hof oordeelde dat de wettelijke vereisten voor gezagsbeëindiging waren vervuld. Het hof concludeerde dat het kind, dat te maken had met een verstandelijke beperking en andere ontwikkelingsproblemen, een stabiele en veilige plek nodig had in het gezinshuis waar hij sinds 2017 verbleef. De moeder gaf aan dat ze niet in staat was om de benodigde zorg te bieden. Het hof oordeelde dat de beëindiging van het gezag in het belang van het kind was en dat er geen minder ingrijpende alternatieven beschikbaar waren. De beslissing van de rechtbank werd bekrachtigd, en het hof wees het verzoek van de moeder af.