Uitspraak
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Het vonnis waarvan beroep
De tenlastelegging
hij op of omstreeks 11 februari 2017 te [woonplaats] , althans in arrondissement Midden-Nederland, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om aan een kind over wie hij het gezag uitoefende, [het kind] opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, met dat opzet die [het kind] :
hij op of omstreeks 11 februari 2017 te [woonplaats] , althans in arrondissement Midden-Nederland, een kind over wie hij het gezag uitoefende, [het kind] , heeft mishandeld door die [het kind] :
Overwegingen met betrekking tot het bewijs
het hof begrijpt: getuige [getuige]) bezig om het huis schoon te maken. (…) Toen mijn vrouw (
het hof begrijpt: [de echtgenote]) thuiskwam, was op dat moment mijn zoon (
het hof begrijpt: [het kind]) boven. Ik zei: waarom helpt mijn zoon niet met opruimen? Onze zoon is uit de keuken gesprongen en heeft toen een pakje boter naar mij gegooid. Hij was erg agressief. Later heeft hij een metalen kandelaar gepakt en heeft die naar mij gegooid. Ik heb dus die kandelaar gepakt en heb daarmee geslagen. Ik had drie of vier blikken van een halve liter bier gedronken.
het hof begrijpt: [het kind]), links van de voordeur staan. Ik zag dat hij bloed op zijn voorhoofd had. (…) Ik vroeg aan hem wie hem had geslagen. Ik hoorde hem zeggen [verdachte] . (…) Ik vroeg aan [het kind] of [verdachte] degene was die hem had geslagen. Ik hoorde [het kind] “ja” zeggen. [5]
Bewezenverklaring
hij op 11 februari 2017 te [woonplaats] , ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om, [het kind] opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, met dat opzet die [het kind] :
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde c.q. van de verdachte
Noodweer
Oplegging van straf en/of maatregel
Vordering tenuitvoerlegging
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
60 (zestig) dagen.
58 (achtenvijftig) dagen, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
3 (drie) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
58 (achtenvijftig) uren, bij gebreke van het naar behoren verrichten te vervangen door
29 (negenentwintig) dagen hechtenis.