In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 21 september 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep over de kinderalimentatie en de onderhoudsplicht van de stiefouder. De zaak betreft een geschil tussen de vrouw, verzoekster in het principaal hoger beroep, en de man, verweerder in het principaal hoger beroep, over de hoogte van de alimentatie voor hun kinderen, waaronder een jongmeerderjarige. De vrouw verzocht om een verlaging van de alimentatie die de man aan haar moest betalen, terwijl de man en de stiefouder, [naam1], in incidenteel hoger beroep kwamen om de bestreden beschikking te vernietigen en een hogere bijdrage van de vrouw te eisen. Het hof heeft vastgesteld dat er een wijziging van omstandigheden heeft plaatsgevonden die een herbeoordeling van de behoefte en draagkracht rechtvaardigt. De behoefte van de jongmeerderjarige werd vastgesteld op € 626,- per maand, terwijl de behoefte van de andere jongere € 872,- per maand bedroeg. Het hof heeft de alimentatieverplichtingen van de vrouw en de man herzien en bepaald dat de vrouw met ingang van 8 januari 2020 € 171,- per maand moet betalen, met verdere aanpassingen in de daaropvolgende maanden. Tevens is bepaald dat de man te veel ontvangen kinderalimentatie aan de vrouw moet terugbetalen. De beslissing is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en de proceskosten in hoger beroep zijn gecompenseerd.