ECLI:NL:GHARL:2021:796
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep over loonbetaling en aansprakelijkheid in arbeidszaak met opdrachtgever
In deze zaak heeft Ter Zake Nederland B.V. hoger beroep ingesteld tegen de beschikking van de kantonrechter in de rechtbank Overijssel, die op 23 juni 2020 uitspraak deed over de loonbetaling aan [verweerder]. De kantonrechter had Ter Zake hoofdelijk aansprakelijk gesteld voor de betaling van het loon van [verweerder] over de periode van februari 2020 tot en met december 2020, vermeerderd met wettelijke verhoging en wettelijke rente. Ter Zake betwistte deze aansprakelijkheid en stelde dat de kantonrechter artikel 7:616a BW niet had mogen toepassen. Het hof heeft de procedure op 13 januari 2021 mondeling behandeld, waarbij Ter Zake niet aanwezig was.
Het hof oordeelde dat de kantonrechter terecht had geoordeeld dat Ter Zake aansprakelijk was voor de loonbetaling, maar dat de wettelijke verhoging niet onder het loonbegrip van artikel 7:616a BW valt. Het hof bevestigde dat de schriftelijke arbeidsovereenkomst tussen [verweerder] en De Nationale Energie Wijzer B.V. (EW) geldig was en dat Ter Zake niet als werkgever kon worden aangemerkt, omdat zij pas na de oprichting van de vennootschap betrokken was bij de werkzaamheden van [verweerder].
De beslissing van de kantonrechter werd gedeeltelijk vernietigd, waarbij de toewijzing van de wettelijke verhoging werd afgewezen. Ter Zake werd veroordeeld in de proceskosten van [verweerder] in hoger beroep, vastgesteld op € 332,- griffierecht en € 2.148,- voor salaris advocaat. De uitspraak van het hof vond plaats op 27 januari 2021.