Uitspraak
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Het vonnis waarvan beroep
De tenlastelegging
hij op of omstreeks 11 april 2018 te [plaats] , een goed te weten een scooter (type Santini San Remo) heeft verworven, voorhanden gehad, en/of overgedragen, terwijl hij ten tijde van de verwerving of het voorhanden krijgen van dit goed wist, althans redelijkerwijs had moeten vermoeden dat het een door misdrijf verkregen goed betrof.
hij op of omstreeks 27 juni 2018 te [plaats] , ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om een scooter (Peugeot Zenith), in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander toebehoorde, te weten aan [naam1] , weg te nemen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen en zich toegang tot de plaats van het misdrijf te verschaffen en/of dat weg te nemen goed onder zijn bereik te brengen door middel van braak en/of verbreking,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
Overwegingen met betrekking tot het bewijs
“Hier heb ik wel aan gesleuteld, ik weet wel van wie. Die scooter heeft niet lang bij mij gestaan en ik heb de uitlaat voor hem gefixt”. Op de vraag voor welke jongen hij dat ‘gefixt’ heeft, heeft hij de naam [verdachte] genoemd, waarmee hij - naar het hof aanneemt - verdachte bedoelt. [naam2] verklaarde verder:
“Hij kwam hem brengen en heeft hem bij mij opgehaald. (…) Hij is een goede vriend, hij brengt scooters en is wel een maatje van mij”. Volgens [naam2] (ver)koopt hij geen scooters zonder papieren en doet hij niets via Marktplaats.
“ [naam2] heeft de scooter van marktplaats gehaald waar ik bij was. Hij zei tegen mij dat hij de papieren nog zou regelen bij de RDW”.
Bewezenverklaring
hij op 11 april 2018 te [plaats] , een goed te weten een scooter (type Santini San Remo) voorhanden gehad, terwijl hij ten tijde van de verwerving of het voorhanden krijgen van dit goed wist dat het een door misdrijf verkregen goed betrof.
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf en/of maatregel
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
2 (twee) weken.
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
taakstrafvoor de duur van
40 (veertig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
20 (twintig) dagen hechtenis.