GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
zaaknummer gerechtshof 200.287.278
(zaaknummer rechtbank Midden-Nederland 8644397)
beschikking van 1 juli 2021
[verzoeker],
wonende te [woonplaats] ,
verzoeker in hoger beroep, verder te noemen: [verzoeker] ,
advocaat: mr. M.R.A. Rutten te Utrecht.
Als overige belanghebbenden zijn aangemerkt:
[de bewindvoerder] , handelende onder de naam [naam] ,
gevestigd te [vestigingsplaats1] ,
verder te noemen: [de bewindvoerder] ,
[de curator] ,
gevestigd te [vestigingsplaats2] ,
verder te noemen: de curator,
[de moeder],
wonende te [woonplaats] , verder te noemen: de moeder,
[de zus1] ,
wonende te [woonplaats] , verder te noemen: [de zus1] ,
[de broer],
wonende te [woonplaats] , verder te noemen: [de broer] ,
[de zus2],
wonende te [woonplaats] , verder te noemen: [de zus2] .
1. Het geding in eerste aanleg
Het hof verwijst voor het geding in eerste aanleg naar de beschikking van de kantonrechter (rechtbank Midden-Nederland, locatie [woonplaats] ,) van 10 september 2020, uitgesproken onder voormeld zaaknummer, verder ook te noemen: de bestreden beschikking.
2 Het geding in hoger beroep
2.1Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het beroepschrift met producties, ingekomen op 10 december 2020;
- het journaalbericht van mr. Rutten van 28 januari 2021 met producties 7 en 8.
2.2De mondelinge behandeling heeft op 3 juni 2021 plaatsgevonden.
Verschenen zijn:
- [verzoeker] , bijgestaan door zijn advocaat;
- [de bewindvoerder] ;
- [A] (hierna: [A] ), namens de curator;
- [de broer] .
2.3Ter mondelinge behandeling heeft [de bewindvoerder] de vaststellingsovereenkomst van 22 juni 2018, gesloten tussen [verzoeker] en [B] Schadeverzekering N.V., overgelegd.