Uitspraak
.
Overwegingen
Beslissing
[naam jeugdige].
6 (zes) maanden.
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 24 juni 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep betreffende de verlenging van de PIJ-maatregel voor een jeugdige, geboren in 1996, die verblijft in een jeugdinrichting. Het hof heeft de beslissing van de rechtbank Zeeland-West-Brabant van 15 februari 2021 vernietigd, waarin de vordering tot verlenging van de maatregel was afgewezen. Het hof oordeelt dat de jeugdige recentelijk uit wrok jegens twee medewerkers van de jeugdinrichting op onaanvaardbare wijze inbreuk heeft gemaakt op hun persoonlijke levenssfeer, wat de veiligheid van anderen in gevaar brengt. Dit, in combinatie met het recidiverisico dat door de jeugdinrichting is vastgesteld, leidt het hof tot de conclusie dat verlenging van de maatregel noodzakelijk is. De jeugdige had eerder deelgenomen aan een scholings- en trainingsprogramma, maar zijn recente gedrag en de verdenking van nieuwe strafbare feiten hebben geleid tot een heroverweging van zijn situatie. Het hof concludeert dat, hoewel de resterende termijn van de maatregel slechts drie maanden bedraagt, er nog mogelijkheden zijn om de jeugdige voor te bereiden op de voorwaardelijke beëindiging van de maatregel. Het hof heeft besloten de maatregel met zes maanden te verlengen, met als doel de ontwikkeling van de jeugdige te bevorderen en de risico's te managen. De maatregel zal voorwaardelijk eindigen op 10 september 2021 en onvoorwaardelijk op 10 september 2022.