Uitspraak
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Het vonnis waarvan beroep
De tenlastelegging
zij in of omstreeks de periode van 25 augustus 2015 tot 1 januari 2016 te [plaats] , althans in het arrondissement Midden-Nederland, in elk geval in Nederland, opzettelijk een hoeveelheid geld (te weten een bedrag van 1853,17 euro), waarop door [naam1] N.V. en/of [naam2] op grond van artikel 435 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, in elk geval krachtens de wet, beslag was gelegd, aan dat beslag heeft onttrokken;
zij op of omstreeks 5 augustus 2016 te [plaats] , althans in het arrondissement Midden-Nederland, in elk geval in Nederland, opzettelijk en wederrechtelijk identificerende persoonsgegevens, niet zijnde biometrische persoonsgegevens, te weten een e-mail account ( [naam3] hotmail.com) en/of een wachtwoord ( [wachtwoord] ), van een ander, te weten [naam3] , heeft gebruikt met het oogmerk om haar identiteit te verhelen of de identiteit van die [naam3] te misbruiken, waardoor uit dat gebruik enig nadeel heeft kunnen ontstaan immers heeft zij, verdachte,
zij in of omstreeks de periode van 21 november 2016 tot 09 december 2016 te [plaats] , althans in het arrondissement Midden-Nederland, (telkens) met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening (telkens) heeft weggenomen een aantal goederen, in elk geval enig goed,(telkens) geheel of ten dele toebehorende aan een ander of anderen dan aan verdachte, immers heeft zij, verdachte,
Vrijspraak feit 2
Overweging met betrekking tot het bewijs van feit 1
Overweging met betrekking tot het bewijs van feit 3
Bewezenverklaring
zij in de periode van 25 augustus 2015 tot 1 januari 2016 te [plaats] , opzettelijk een hoeveelheid geld (te weten een bedrag van 1853,17 euro), waarop door [naam1] N.V. en/of [naam2] op grond van artikel 435 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering beslag was gelegd, aan dat beslag heeft onttrokken;
zij in de periode van 21 november 2016 tot 09 december 2016 te [plaats] telkens met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een aantal goederen, toebehorende aan een ander of anderen dan aan verdachte, immers heeft zij, verdachte,
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
2 (twee) weken.
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
taakstrafvoor de duur van
80 (tachtig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
40 (veertig) dagen hechtenis.