In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 15 juni 2021, gaat het om de beëindiging van het gezag van de vader en de (stief)moeder over hun kinderen, na een eerdere beslissing van de rechtbank Midden-Nederland. De vader en de (stief)moeder zijn in hoger beroep gegaan tegen de beslissing van de rechtbank, die het gezag over de kinderen had beëindigd vanwege ernstige zorgen over de opvoedsituatie. De kinderen, afkomstig uit Oeganda, zijn in Nederland geplaatst na meldingen van mishandeling en onveilige thuissituaties. Het hof heeft vastgesteld dat de kinderen in een veilige en stabiele omgeving verblijven en dat het in hun belang is dat het gezag van de ouders wordt beëindigd. Het hof heeft de beslissing van de rechtbank bekrachtigd, waarbij het belang van de kinderen voorop staat. De ouders hebben in het verleden niet de zorg kunnen bieden die de kinderen nodig hadden, en het hof concludeert dat een terugplaatsing bij de ouders schadelijk zou zijn voor hun ontwikkeling. De ouders hebben weliswaar verbeteringen laten zien in de opvoeding van hun jongste kind, maar dit biedt geen garantie voor de andere kinderen, die trauma's hebben opgelopen door de eerdere situatie. Het hof benadrukt het belang van duidelijkheid voor de kinderen over hun toekomst en de noodzaak van een veilige hechting.