Uitspraak
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Het vonnis waarvan beroep
De tenlastelegging
hij op of omstreeks 6 maart 2019 te [plaats] , in de gemeente [gemeente] , opzettelijk en wederrechtelijk de voordeur, een ruit (van de voordeur), een kledingkast(je), de vlizotrap, de stofzuiger, een lamp in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander, te weten aan [benadeelde partij2] en/of [benadeelde partij1] toebehoorde, heeft vernield, beschadigd, onbruikbaar gemaakt en/of weggemaakt;
hij op of omstreeks 6 maart 2019 te [plaats] , in de gemeente [gemeente] , (zijn levensgezel/echtgenoot) [benadeelde partij2] heeft mishandeld door meermalen althans eenmaal op/tegen het (linker)oog en/of in het gezicht en/of tegen het hoofd en/of tegen de schouder(s) en/of het bovenlichaam te stompen en/of te slaan en/of te duwen;
hij op of omstreeks 6 maart 2019, te [plaats] , in de gemeente [gemeente] , [benadeelde partij1] heeft mishandeld door een stuk hout tegen diens knie te gooien en/of op/tegen de hand en/of pink te stompen en/of te slaan.
Bewezenverklaring
hij op 6 maart 2019 te [plaats] , in de gemeente [gemeente] , opzettelijk en wederrechtelijk de voordeur, een ruit, een kledingkast, de vlizotrap, de stofzuiger en een lamp, die/dat geheel of ten dele aan een ander toebehoorde, heeft vernield;
hij op 6 maart 2019 te [plaats] , in de gemeente [gemeente] , zijn levensgezel [benadeelde partij2] heeft mishandeld door tegen het hoofd te stompen en haar te duwen;
hij op 6 maart 2019, te [plaats] , in de gemeente [gemeente] , [benadeelde partij1] heeft mishandeld door een stuk hout tegen diens knie te gooien en tegen de pink te slaan.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij1]
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
6 (zes) weken.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij1]
€ 617,96 (zeshonderdzeventien euro en zesennegentig cent) bestaande uit € 217,96 (tweehonderdzeventien euro en zesennegentig cent) materiële schade en € 400,00 (vierhonderd euro) immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.