Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoeker in hoger beroep,
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 21 januari 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep over een verzoek tot erkenning van twee kinderen door [verzoeker]. [Verzoeker], geboren in 1964 te Somalië, is in 1992 gehuwd met [H] en heeft in 2011 een tweede huwelijk gesloten met [J] in Ethiopië. Uit dit huwelijk zijn twee kinderen geboren, [de minderjarige1] en [de minderjarige2], die niet automatisch de Nederlandse nationaliteit hebben verkregen vanwege de bigamie die in Nederland niet erkend wordt. In 2018 heeft [verzoeker] de ambtenaar van de burgerlijke stand (ABS) verzocht om de kinderen te erkennen, maar dit verzoek werd afgewezen omdat eerder overgelegde documenten niet correct waren. Na een eerdere afwijzing door de rechtbank Gelderland, heeft [verzoeker] in hoger beroep nieuwe documenten overgelegd die door de IND als authentiek zijn beoordeeld. Tijdens de mondelinge behandeling op 8 januari 2021 heeft [verzoeker] zijn wens om de kinderen te erkennen benadrukt, en de ABS heeft verklaard dat de verschillen in de eerder overgelegde documenten twijfel hebben gezaaid over de juistheid van de gegevens. Het hof heeft geoordeeld dat de nieuwe documenten voldoen aan de vereisten voor erkenning en heeft de beschikking van de rechtbank vernietigd. Het hof gelast de ABS om de akten van erkenning op te maken voor de kinderen [de minderjarige1] en [de minderjarige2].