Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoekster in hoger beroep,
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 4 mei 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep over de aansprakelijkheid van een bewindvoerder, [verzoekster], voor schade die is ontstaan door tekortkomingen in haar rol als bewindvoerder van de betrokkene. De betrokkene, geboren in 1953, is onder bewind gesteld vanwege zijn geestelijke en lichamelijke toestand. [Verzoekster] was aanvankelijk benoemd als bewindvoerder, maar werd in 2018 ambtshalve ontslagen en vervangen door [verweerster]. De kantonrechter had eerder geoordeeld dat [verzoekster] tekort was geschoten in haar zorgplicht, wat resulteerde in een schadevergoeding van € 130.054,43 aan de betrokkene.
In hoger beroep heeft [verzoekster] de beslissing van de kantonrechter betwist en verzocht om matiging van het schadebedrag en de kosten. Het hof heeft de grieven van [verzoekster] verworpen en bevestigd dat zij aansprakelijk is voor de schade die is ontstaan door haar tekortkomingen. Het hof heeft de schade vastgesteld op het eerder genoemde bedrag en [verzoekster] veroordeeld tot betaling van de kosten van het hoger beroep, vastgesteld op € 1.500,-. De beslissing van het hof is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat [verzoekster] onmiddellijk moet voldoen aan de veroordelingen, ongeacht een eventuele verdere procedure.