AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd
Vaststelling van wederrechtelijk verkregen voordeel in ontnemingszaak
In deze ontnemingszaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 21 april 2021 uitspraak gedaan over het wederrechtelijk verkregen voordeel van de betrokkene, die betrokken was bij hennepteelt. De politierechter in de rechtbank Midden-Nederland had eerder het bedrag van het wederrechtelijk verkregen voordeel vastgesteld op € 20.261,81, maar het hof heeft deze beslissing vernietigd. Na onderzoek op de zitting van 7 april 2021 en het bestuderen van de vordering van de advocaat-generaal, heeft het hof vastgesteld dat het door de betrokkene wederrechtelijk verkregen voordeel op € 5.588,29 moet worden geschat. Dit bedrag is gebaseerd op de opbrengst van hennepplanten die door de betrokkene zijn geteeld, waarbij het hof rekening heeft gehouden met de kosten en de opbrengsten van de hennepteelt. Het hof heeft de verplichting tot betaling aan de Staat vastgesteld op dit bedrag, en heeft de toepasselijke wettelijke voorschriften, met name artikel 36e van het Wetboek van Strafrecht, in acht genomen. De uitspraak is gedaan in tegenwoordigheid van de griffier en is openbaar uitgesproken.
Voetnoten
1.In de hierna te melden bewijsmiddelen wordt, tenzij anders vermeld, telkens verwezen naar de bijlagen van het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal, genummerd 2018072053, gesloten en getekend op 27 september 2018 door [verbalisant1] , hoofdagent van politie-eenheid Midden-Nederland.
2.Een geschrift als bedoeld in artikel 344, eerste lid, aanhef en onder 5° van het Wetboek van Strafvordering, te weten het arrest van de meervoudige kamer van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden d.d. 6 april 2021 in de onderliggende strafzaak tegen verdachte met parketnummer 21-005802-19.
3.Een geschrift als bedoeld in artikel 344, eerste lid, aanhef en onder 5° van het Wetboek van Strafvordering, te weten een Rapport berekening wederrechtelijk verkregen voordeel hennepkwekerij (hierna: het ontnemingsrapport) d.d. 4 april 2018, voor zover inhoudende de verklaring van [naam1] , hoofdagent van politie-eenheid Midden-Nederland, opgenomen op pagina’s 167 e.v. van het voornoemde politie proces-verbaal.
4.Dit betreft het rapport: ‘Wederrechtelijk verkregen voordeel hennepkwekerij bij binnenteelt onder kunstlicht’ van het Functioneel Parket Afpakken (voorheen: Bureau Ontnemingswetgeving Openbaar Ministerie (BOOM)) dat is bijgewerkt tot 1 juni 2016.
5.Een geschrift als bedoeld in artikel 344, eerste lid, aanhef en onder 5° van het Wetboek van Strafvordering, te weten een Rapport berekening wederrechtelijk verkregen voordeel hennepkwekerij (hierna: het ontnemingsrapport) d.d. 4 april 2018, voor zover inhoudende de verklaring van [naam1] , hoofdagent van politie-eenheid Midden-Nederland, opgenomen op pagina’s 167 e.v. van het voornoemde politie proces-verbaal.
6.Een geschrift als bedoeld in artikel 344, eerste lid, aanhef en onder 5° van het Wetboek van Strafvordering, te weten een Rapport berekening wederrechtelijk verkregen voordeel hennepkwekerij (hierna: het ontnemingsrapport) d.d. 4 april 2018, voor zover inhoudende de verklaring van [naam1] , hoofdagent van politie-eenheid Midden-Nederland, opgenomen op pagina’s 167 e.v. van het voornoemde politie proces-verbaal.
7.Een geschrift als bedoeld in artikel 344, eerste lid, aanhef en onder 5° van het Wetboek van Strafvordering, te weten een Rapport berekening wederrechtelijk verkregen voordeel hennepkwekerij (hierna: het ontnemingsrapport) d.d. 4 april 2018, voor zover inhoudende de verklaring van [naam1] , hoofdagent van politie-eenheid Midden-Nederland, opgenomen op pagina’s 167 e.v. van het voornoemde politie proces-verbaal.